Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Als de commissaris der Koningin op 3 juni 1922 Cuijk heeft bezocht en Escharen, noteert hij dat in beide gemeenten veel animo is voor de burgerwacht. Er zijn ook schietbanen en dat doet de commissaris deugd.
De burgerwachten ontstaan in het najaar van 1918, na een oproep van de regering. De Nederlandse autoriteiten zijn behoorlijk geschrokken van de Russische revolutie en van arbeidersopstanden in Duitsland en Oostenrijk. Ook in andere delen van Europa is het onrustig. Eind oktober 1918 is er zelfs in Nederland een oproer. In de legerplaats Harskamp komen militairen in opstand. Ze zijn verbitterd omdat ze al zolang gemobiliseerd zijn en omdat alle verloven zijn ingetrokken. Ze steken barakken en de kantine in brand. Ook in veertien andere legerplaatsen breken onlusten uit. Een maand later zijn er overal in Nederland grote stakingen.
De revolutionaire geluiden in Europa en het dalende vertrouwen in het eigen leger, doen de regering besluiten het volk op te roepen zich te verdedigen tegen mogelijk revolutionair geweld. De gemeenten wordt dringend verzocht burgerwachten op te richten. Er is dan al een Vrijwillige Landstorm, opgericht in 1914, na het uitbreken van de oorlog. Maar daar kunnen alleen dienstplichtige soldaten tot 30 jaar terecht. Andere vrijwilligers moeten zich bij burgerwachten melden. Dat gebeurt ook massaal in het Land van Cuijk.
Wie zich de Britse tv-serie Daar komen de schutters herinnert, kan zich wel een beeld vormen van zo’n burgerwacht. Goedbedoelende patriotten, die, voorzien van krakkemikkige wapens, geacht worden de plaatselijke politie bij te staan als in het dorp of stad revolutionairen opstaan die de macht willen overnemen.
De burgerwachten in deze regio leiden een bekommerd bestaan. De bewapening is pover, munitie te weinig en mogelijkheden om te oefenen beperkt. Geld, om de vrijwilligers een vergoeding te geven of voor het geven van instructies door beroepskrachten, ontbreekt. Al een jaar na de oprichting doet de Federatie van Burgerwachten in het Land van Cuijk een noodkreet: veel burgerwachten krijgen geen vergoeding en er is geen geld om de mannen les te geven.
Dan is er nog de bureaucratie. De burgemeester van Beugen krijgt een pittig briefje van een kapitein als hij 315 geweren bestelt terwijl zijn burgerwacht maar 280 leden heeft. Schietbanen moeten voldoen aan eisen, anders mag er niet geschoten worden. Om de zoveel tijd komt een controleur kijken, die niet te beroerd is een schietbaan af te keuren. De schietbaan in Oploo noemt de controleur ‘op primitieve wijze samengesteld’ en hij besluit dat op die baan niet in staande houding mag worden geschoten.
Als er wel geschoten mag worden, blijkt dat soms levensgevaarlijk. De weduwe Peeters vindt in haar stro een kogel van de schietbaan Escharen en de gezondheidscommissie vindt die baan, bij ’t Huukske in Langenboom, levensgevaarlijk.
In 1922 acht de regering de revolutionaire gevaren geweken. Tot verdriet van de inmiddels opgerichte Nederlandsche Bond van Vrijwillige Burgerwachten wordt de begroting met twee derde verlaagd; er blijft nog 6 ton over. Subsidies voor schietwedstrijden worden afgeschaft. Maar ter compensatie krijgen leden van de burgerwachten… medailles.
De Echo 12 maart 1919 (coll. BHIC)
De burgerwacht van Zeeland poseert, ca. 1938 (BHIC, coll. Willem Keeris, fotonr. 1698-000068)
Graafsche Courant van 18 september 1920 (coll. BHIC)
Dit verhaal verscheen eerder in dagblad De Gelderlander.
Bekijk hier alle verhalen in de serie Hoog Bezoek