Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
De geallieerde vliegtuigen waren heel vaak bommenwerpers die bij bombardementsmissies op doelen in Duitsland geraakt werden door Duits afweergeschut (de zogenaamde Flak) of onderschept werden door Duitse jachtvliegtuigen (vooral ’s nachts, tijdens de zogenaamde Nachtjagd).
Wij gaan proberen de verhalen achter al deze crashes te achterhalen met behulp van iedereen die ofwel zélf nog herinneringen heeft of de verhalen gehoord heeft van eerdere generaties. Soms is er al veel bekend, soms wat minder.
Op 17 september 1944, tijdens de Operatie Market Garden, stortte in Linden om 13.30 een C-47A Skytrain van het 441TCG/99Sq. neer, gevlogen door 1st Lt. James O. Martin.
Veel meer weten we niet van deze crash. Heeft de bemanning van dit transportvliegtuig zich nog in veiligheid kunnen brengen? En wat is er vervolgens met hen gebeurd? Zijn er aan de grond nog slachtoffers gevallen of gebouwen beschadigd? Er zijn vast nog mensen die hier wél meer van weten!
Dankzij de hieronder genoemde brochure van G. Thuring uit 1991 (met dank aan Marcel Peeters voor de tip) en het boek van Hans den Brok, Wings of Freedom (2008) kunnen we een aantal van die vragen beantwoorden. De bemanning van deze Skytrain, “Satan’s Fate” gedoopt, heeft het niet overleefd. Opgestegen van het vliegveld Langar in Engeland, was het op weg naar een Dropping Zone bij Groesbeek om daar paratroopers af te werpen.
De linker motor van het toestel werd om 13.30 uur door Duitse luchtafweer in brand geschoten, een paar minuten voor het de DZ zou bereiken. Piloot Martin besloot zo lang mogelijk door te vliegen om zijn para’s naar het doel te kunnen brengen en dat lukte ook: dertien van de veertien man konden op het goede moment uit het vliegtuig springen. Alleen Pvt. Ralph P. Bellesfield bleef in het toestel, wellicht omdat hij al gewond of gedood was door het heftige luchtafweergeschut.
Inmiddels had het vuur beide brandstoftanks bereikt en het vliegtuig stortte vlak na de draai neer bij Linden. De volledige bemanning, co-piloot 1st Lt. Walter A. Voight, radiotelegrafist S/Sgt. Vernon G. Kassekert en crew chief S/Sgt. Anthony P. Biondo, kwam daarbij om. De verbrande en verminkte resten werden geborgen. In opdracht van waarnemend burgemeester J. Heijnen werden er de volgende dag drie lijkkisten gemaakt, waarin de vijf militairen werden gelegd. Op 20 september werden ze onder grote publieke belangstelling begraven op het kerkhof van Linden.
De stoffelijke overschotten zijn toen niet geïdentificeerd, ook niet na de oorlog, toen ze in eerste instantie werden overgebracht naar de Amerikaanse erebegraafplaats Neuville-en-Condroz (bij Luik). Identificatie vond veel later alsnog plaats, waarna de vijf uiteindelijk zijn gerepatrieerd. Bellesfield ligt sinds 1949 begraven in Allentown, Pennsylvania, de vier anderen in een collectief graf op de nationale begraafplaats Jefferson Barracks in St. Louis, Missouri.
James Martin is in 1945 postuum onderscheiden met het Distinguished Flying Cross vanwege betoonde moed en buitengewone prestatie tijdens zijn laatste vlucht.
De beide foto's zijn van de begrafenis op 20-09-1944 van de vijf bemanningsleden (foto: Martens).