In deze acten wordt nog meer duidelijk:
o.m. dat Geurt Aerts een zoon is van Aert Jans Kock, wonend op de Hiersenhoff (xx ? Lijneken, die overl. vóór 1670). En dat Barbara Hendriks, de vrouw van Geurt Aerts er eentje is van Hendrik Jacobs op de Nieuwenhoff.
ORA Beers 261 dd. 13.2.1670: Aert Janssen, wonende op den Hierschen Hoff te Beers en Jenneken Peters, weduwe van Hendrick Jacobs, wonende op den Nieuwen Hoff te Beers met haar zonen Aert en Peter Hendricx als momboirs verklaren, dat zij hebben overgenomen en overnemen bij deze de pacht van zijn Hoogheids bouwhoven te Beers waar zij comparanten tegenwoordig wonen en die zij in gebruik hebben gepacht bij of door de notaris de Meijer; (..)als borgen voor de pacht conform de pachtvoorwaarden stellen zij Geurt Aerts, zoon van voornoemde Aert Jans en diens echtgenote Berber Hendricx, Huijbert Philipsen, wonende te Gassel, zich sterkmakend voor de onmondige kinderen van de voornoemde Aert Jans, verwekt bij wijlen diens echtgenote Lyneken en Aert en Peter Hendricx, comparanten en borgen stellen hiertoe hun persoon en goederen onder vrijwillige condemnatie van de Raad van Brabant.(..) in de marge: notaris Jan de Meijer verklaar, dat met zijn kennis en instemming Jenneken Peters, weduwe van Hendrick Jacobs en haar kinderen aan Cornelis van Koevenhoven en Anna Beventrup e.l. hebben getransporteerd het huis, hof, schuur en landerijen te Beers, genaamd de Pluckwolff etc.
Idem dd. 21.11.1670: Jenneken Peeters, weduwe van Hendrick Jacops; Aert Hendricx en zijn vrouw Peeterken Jans; Peeter Hendricx en zijn vrouw Jenneken Hendricx; Geurt Aerts en zijn vrouw Berber Hendricx; Maria Hendricx en Merrittijen Hendricx, beiden meerderjarig en ongehuwd; verkopen aan Cornelis van Cauwenhoven en zijn echtgenote Anna Beventrip een huis, hof, schuur en landerijen grenzend aan den Pluckwolff.
ORA Beers 467 dd. 1677: Aert Hendricks en zijn vrouw Segerke, Aert ook als vader en voogd van zijn minderjarig kind uit zijn eerdere huwelijk met Jenneke zaliger; Peter Hendrix en zijn vrouw Jenneke; Berber Hendrickz, weduwe van Geurt Aertz, geassisteerd door Aert Jans Kock, haar schoonvader, namens haar onmondige kinderen echtelijk verwekt bij genoemde Geurt Aertz; Merritje Hendrickz, meerderjarig en ongehuwd, zich ook sterk makend voor haar zwager Hendrick Martens en zijn vrouw Maria Hendrickz, haar zuster, die afwezig zijn; zij allen verklaren, dat zij aan de Eerw. Dominee Daniel Nicolaij, predikant te Beers, verkocht hebben een stuk land genaamd de Pluckwolff.