Inventaris 183 jaar 1 maart 1749 folio 233 Deijling tussen Tomas Janse van Rooij inwoonder alhier. Antonij Hendrik van der Schoot in huwelijk hebbende Catalijn Janse van Rooij. Mattijs van Dijk man en momboir van Geertruijd Janse van Rooij. Geerit Teerelings weduwnaar van wijlen Hendrien Janse van Rooij, te voren weduwe van Jan van Eijlant (Engelant), mitsgaders Philips Daavits getrouwt met Agnees van Eijlant (Eneglant) ende Jan Hendrix ook getrouwt met Isabella van Eijlant woonende tot Den Bosch. Eijke Janse van Rooij weduwe wijlen Jan Geevers Verhagen woonende tot Gemonde als moeder en voogdesse over haare drie minderjarige kinderen, verwekt bij den voorschreven haare man ende Peeter meerderjarige zone wijlen Joost Janse van Rooij inwoonder alhier, sig meede vervangende fort en sterk makende voor Johannis Joost Janse van Rooij, sijne absente broeder. Alle kinderen en kintskinderen van wijlen Jan Janse van Rooij in egte verwekt bij Marie Wouters van der Schoot, gewoont hebbende binnen deese vrijheijt. Goederen hen aangekoomen bij succesie en erffenisse van hunne voornoemde ouders en aflijvige broeder, en daarvoor den Rato caveerende, alle kinderen en van wijlen Jan Janse van Rooij in egte verwekt Marie Wouters van der Schoot gewoont hebbende binnen deze vrijheijt voornoemt. De welke bekende ende verklaarde met elkander te hebben aangegaan, gemaakt en opgericht te hebben deese henne minnelijke schifftinge end deijlinge van de goederen hen lieden aangekomen bij successie en erffenisse van henne voorouders en Aflijvige broeder Andries Janse van Rooij.
O.a. aan Tomas Janse van Rooij 1/3 part in huijs, hof en aangelag, geleegen op Houtum, aan deen sijde de weduwe Wouter van Eijk, dander sijde de gemeene straat.
Aan Antonij Hendrik van der Schoot o.a. een derde part en een huijsken, hoff en aangelag, geleegen op Houtum, aan erve deen sijde de weduwe Wouter van Eijk, dander sijde de gemeene straat, deen eijnde de weduwe Willem Habraken, dander eijnde Juffrouw van Geffen.
Aan Mathijs van Dijk o.a. een parceeltje teullant genaamt de Kuijfheuvel? gelegen onder de dorpen van Liemde.
Aan Geerit Teerelings, Philip Davits ende Jan Hendrix, den eerste ter togte en de twee laeste ten erffregt, een 1/3 part in huijs hoff en aangelagh, geleegen tot Houtum, aan deen sijde de weduwe Wouter van Eijk, dander sijde de gemeene straat, deen eijnde de weduwe Willem Habraken, dander eijnde juffrouw van Geffen.
Aan Eijke Janse van Rooij ten behoeve van haare onmundige kinderen een parceel teullant gelegen tot Houtum, aan een sijde Dirk Dirx van Houtum, de ander sijde de weduwe Willem Habraken, een eijnde een meswegh
Aan Peeter Joost Janse van Rooij, mede ten behoeve van sijn broeder hiervoor gemelt een parceel teullant gelegen tot Houtum, deen sijde juffrouw van Ceulen, dander sijde Geerit van den Bergh, een eijnde de Dommel.