Notaris-, schepen- en andere akten

4 Voor schepenen van Helvoirt zijn verschenen Hendrik Adriaans Smolders uit Helvoirt als aanstaande bruidegom en Helena Jans Meijs weduwe Bastiaan van Broekhoven als aanstaande bruid. De comparanten verklaren dat zij van plan zijn binnenkort met elkaar in het huwelijk te treden onder de huwelijkse voorwaarden zoals hierna beschreven. Beide comparanten brengen bij hun huwelijk in de inkomsten van al hun hebbende en verkrijgende goederen. Bij vooroverlijden van aanstaande bruid verkrijgt eerste comparant levenslang vruchtgebruik van alle erfelijke goederen in eigendom van tweede comparant met bevoegdheid deze goederen te verkopen voor 600 gulden en over dit geld te beschikken als zijn eigendom. Verder verkrijgt hij in dat geval alle goederen die de comparanten in eigendom toebehoorden onder voorwaarde dat eerste comparant alle schulden overneemt in het bijzonder die waaraan de tweede comparant enigszins gehouden kan worden. Bij vooroverlijden van de eerste comparant verkrijgt tweede comparant alle goederen die zij samen bezitten om daarover naar eigen goeddunken te beschikken. Als laatste herroept tweede comparant voor zover het haar goederen betreft, nadrukkelijk al wat in strijd is met bepalingen in testament van overleden echtgenoot Bastiaan van Broekhoven, gepasseerd 17-03-1748 voor schepenen alhier. Tot nakoming van voorgaande verbinden comparanten hun persoon als ook hun hebbende en verkrijgende goederen.

420 Voor de schepenen van Vught zijn verschenen Luijcas Jansen Verasdoncq, toekomstige bruidegom en Anthonisken de dochter van Peter Waijers en weduwe van Jan Peters Haerwassers, toekomstige bruid. Zij hebben huwelijkse voorwaarden opgesteld. De bruidegom zal hierbij inbrengen al zijn roerende en onroerende goederen. Indien de bruidegom komt te overlijden zonder kinderen dan ontvangt de bruid 300 gulden. Indien de bruid eerder dan de bruidegom komt te overlijden ook zonder kinderen dan erft de bruidegom alle goederen. Bij het overlijden van bruid en bruidegom zullen de goederen van de bruidegom en de goederen van de bruid gelegen te Maasbommel verdeeld worden onder al de verwekte kinderen uit dit huwelijk en de voorkinderen van de bruid.

305 Voor de schepenen van Vught zijn verschenen de volgende personen. Enerzijds Willem Adriaens, toekomstige bruidegom geassisteerd met zijn broer Handrick en zijn vrienden Michiel Goijart Hulsen en Handrick Michielsen van Hal. Anderzijds Heijlken Petersen Loeff, toekomstige bruid, geassisteerd met haar vader Peter Loeff en haar neef Handrick Cornelis Francken. Zij hebben samen huwelijkse voorwaarden opgemaakt. Daarbij brengt ieder 100 gulden in voor het gezamenlijk budget en hun meubels. Verder worden enige details geregeld. Belangrijk is nog dat de twee voorkinderen van de bruidegom gelijk gesteld worden met de kinderen die in dit huwelijk worden geboren.

114 Voor de schepenen van Vught zijn verschenen Jonkheer Isaack van Hoorn toekomstige bruidegom ter ene zijde en Joffrouw Geertruijt van Maeren weduwe van Jonkheer Peter de Baast?, ter andere zijde. Zij maken huwelijkse voorwaarden. De bruidegom brengt al zijn roerende en onroerende goederen in. Indien bruidegom eerder overlijdt dan bruid, zal zij al zijn goederen erven ook de goederen die hij alsnog zal erven van zijn ouders. De bruid brengt het huis met toebehoren genaamd Leeuwenborgh in, alsmede nog 2 percelen genaamd de Langenacker en de Vliert. Wanneer de bruid als eerste overlijdt zal de bruidegom dit bezit erven. De bruid zal al deze bezittingen mogen beheren zonder inmenging van de bruidegom. De langstlevende erft dus alle gezamenlijke bezittingen. Deze akte is ondertekend door Isaac van Hoorn en Geertruijt van Maeren.