Tusschen: 1. Gerardus van de Laar, te Oss, voor zich en als gemachtigde van Willem van de Laar, wiens woonplaats onbekend is, 2. Peter van de Laar, te Oss, en 3. Petronella van de Laar, te Geffen; van tusschen hen in onverdeeldheid bezeten roerende en onroerende goederen.
Tusschen: 1. Petrus van der Heijden, Johannes Corneliszoon, en 2. Francisca van der Heijden, beiden te Nistelrode, van tusschen hen in onverdeeldheid bezeten onroerende goederen.
Tusschen 1. Maria Dresselaars, weduwe van Jacobus van Delst, te Nistelrode, 3. Cornelis van Delst, te Oss, 3. Antoon van de Ven, Willemzoon, te Nistelrode, gehuwd met Christina van Delst, van: tusschen hen in onverdeeldheid bezeten roerende en onroerende goederen.
Tusschen: 1. Franciscus van den Berg, voor zich en als vader voogd over: Johanna -, Nicolasina -, Martina Maria -, Johannes Martinus -, Anna Maria - en Catharina Johanna van den Berg, 2. Josephus van den Berg, 3. Catharina van den Berg, 4. Jacomina van den Berg, 5. Hubertus van den Berg, 6. Petrus van den Berg, 7. Franciscus Adriaan Leeijen, gehuwd met Ida van den Berg, 8. Franciscus Timmermans, als toeziende voogd over genoemde minderjarigen, allen te Heesch; van onroerende goederen behoorende tot de nalatenschappen van Johannes van den Berg en Johanna van de Wetering, beiden overleden te Heesch.