Tusschen 1. Juliana Maria van den Dries, te Uden, voor zich zelven en als gemachtigde van Rosalia Maria Henrica van den Dries, te Nijmegen, en 2. Catharina Maria Petronella van den Dries, te Uden; van tusschen haar in onverdeeldheid bezeten onroerende goederen.
Tusschen: 1. Joannes Hendricus Nieuwenhuijzen, te 's-Hertogenbosch, voor zich zelven en als gemachtigde van Petrus Cornelis Maria Nieuwenhuijzen, te Driel, 2. Richardus Josephus Hubertus Spolders, te 's-Hertogenbosch, gehuwd met Anna Johanna Maria Nieuwenhuijzen, en 3. Petrus Antonius Scheffers, te 's-Hertogenbosch, gehuwd met Antonetta Cornelia Nieuwenhuijzen, aldaar [te 's-Hertogenbosch], van: roerende en onroerende goederen behoorende tot de nalatenschappen hunner ouders en behuwd ouders Hendrikus Nieuwenhuijzen en Catharina de Gruijter, beiden overleden te 's-Hertogenbosch.
Tusschen: 1. Maria Nicolasina van Boxtel, te Oss, 2. Peter Willebrordus Maas, te Berchem, als gemachtigde van Anna Lamberta van Boxtel, te Oss, 3. Antonius Nicolaas de de Louw, te Oss, voor zich zelven en als gemachtigde van: a. Maria Josephina Wilhelmina de Louw, te Strijp, b. Maria Johanna de Louw, te Delft, c. Francisca Josephina de Louw, te Tilburg, 4. Franciscus Ignatius de Louw, te Oss, voor zich en als gemachtigde van: a. Adriana Lamberta de Louw, te Oss, b. Maria Donata de Louw, te Oss, c. Anna Maria de Louw, te Oss, en d. Johan Cornelis van Will, te Helmond, 5. Willem van Dijk, te 's-Hertogenbosch, als gemachtigde van: a. Maria Petronella van Erp, te Budel, b. Maria Donata van Erp, te Someren, en c. Maria Elisabeth van Erp, te Vucht, 6. Josephus Franciscus van Erp, te Eindhoven, 7. Meester Willem Karel Gerard Dittlinger, te 's-Hertogenbosch, als curator in den faillieten boedel van Petrus Schellekens, te Eindhoven, 8. Emile Cap, te Schaerbeek, gehuwd met Maria Helena van Erp, te Antwerpen; van roerende goederen behoorende tot de nalatenschap van wijlen Maria Agatha van Erp, overleden te Rosmalen.