Door Jan van den Hurk, te Geffen; tot uitvoerder van zijnen uitersten wil, den heer Johannes Nepomucenus van Lith, aldaar [te Geffen].
Tot voogd, door Johannes van Heesch, te Nuland, over zijne minderjarige dochter Maria van Heesch, aldaar [te Nuland], Petrus van Loon, aldaar [te Nuland].
Tot voogd, door Jan Francis Langens, te Geffen, voor diens docher Catharina Langens, aldaar [te Geffen].
Tot voogd, door Johanna van Nistelrooij, weduwe van Joost van den Bosch, te Nuland.