Notaris-, schepen- en andere akten

19 Onderzoek van een missive geschreven door G. van der Werken drossaard te Waalwijk op een rekest van Pieter Willem Leemans predikant in de gereformeerde gemeente van Besoijen in zijn kwaliteit als voogd over Paul Hermans die hij aangesteld wil zien tot secretaris van Waalwijk vanwege het overlijden van Laurens Werther; Hermans heeft echter de volle ouderdom van 18 jaren nog niet bereikt; als substituut wordt bij akte van 19 januari 1782 aangesteld Hendrik Jacob Beije.

72 Rekest van Pieter Willem Leemans predikant van de gereformeerde gemeente van Besoijen in kwaliteit als voogd over Paulus Heenmans nagelaten zoon van Antonij Gerard Heenmans in zijn leven secretaris en notaris te Waalwijk inhoudende dat Louis Theodore Forestier d’Orgis Heer van Waalwijk, in huwelijk hebbende Paulia Maria Constantia Le Leu de Wilhem Vrouwe van Waalwijk die had goedgevonden genoemde Paulus, 12 jaar oud, bij provisie te begunstigen met het secretarisambt aldaar, mits dat voorlopig zou worden waargenomen door een substituut-secretaris in de persoon van Lauwerens Werther.

25 Rekest van de Ho: Mo: waarbij de raad commissoriaal werd gemaakt een missive van de magistraat van ’s-Hertogenbosch en een kopie van een groot aantal commercierende kooplieden en inwoners mitsgaders schippers en verdere geïnteresseerden binnen genoemde stad te kennen gevende dat die van Waalwijk een dorp gelegen tussen Baardwijk en Besoijen nog behorende onder het kwartier van Oisterwijk bezig waren met het verdiepen van hun vaart en tegelijk met aanwijzing van het nadeel hetgeen daaruit voor de gemelde stadscommercie zou kunnen resulteren en er zou een bericht naar Waalwijk gestuurd moeten worden dat ze dit werk staken – zie ook folio 1639, folio 1719v.

99 Missive van de raad en rentmeester generaal der domeinen van Brabant De Schmeling op een rekest van Frederik Vliethoorn drossaard van de stad en vrijheid Waalwijk te kennen gevende dat het officierstraktement aldaar maar 85 gl. bedraagt en dat daar tegenover staat dat de bediening van de justitie meer dan 4 gl. wekelijks van de gemeente trekt, dat daarenboven gemelde dienaar een brutaal onzeglijk en ongehoorzaam subject is om welke reden hij eertijds te Besoijen door de schout en gerecht is afgezet geworden, gelijk hij mede op verzoek van de suppliant in 1735 is gedeporteerd geweest en naderhand ook gesuspendeerd, dat in plaats hem zulks tot beterschap verstrekt zou hebben, naderhand nog brutaler en ongezeglijker is geworden, in zoverre dat hij zelfs geweigerd heeft in zijn bediening te fungeren, waarover hij suppliant zich met beëdigde bewijzen heeft gewend tot de regenten van Waalwijk waarop men de suppliant noodzaakte een proces communicatoir aan te gaan met deze diender en de suppliant daardoor te chagrineren en tot grote kosten te verplichten