Notaris-, schepen- en andere akten

7 De schouw betreffende

6 heeft om aen te nemen, mach sich alsdan daer vijnden laten, ende nemen ’t selve aen, soo na als hij can, daer na sich een ieder to reguleeren. Ravensteijn den 29 novembris 1631,
Onder stont: Sibergh.
Opschrift.
To bestellen aen den richterbod om tegens mergen aen den stap to vercondigen tot Uden.

Accordeert dese copije met den principale sijnde bij den heer scholtis Liefferts saliger gescreven ende bij den heer landtdrost Siberg saliger selffs onderteekent quod attestor,
Wilhelm Orsolet, notarius publicus. 1660.

5 Copia
Hiermede wordt eenen ijeder verkundigt ende to weeten gedaen, overmits dat bij die fortificatie alle die weegen ende straeten, bij ende beneffens dese stadt Ravensteijn vergraven ende dan die hooge nodurff ervordert, dat dieselve wederom reparirt, ende in esse? Gebracht werden, daer ende alsoo bij dijckgrave ende heijmraden tot den minsten penninck schaden van de geerffdens is geordonneert, gelijck dan oick recht ende billijck sijn wollen, soo als die slichtinge derselver fortificatie bij den semptlijcken onderdanen heeft moeten geschieden, dat oick die opgegraven grachten alleen voor soo veel als tot die weegen van nooden bij den selven oick door gedijckt ende toegedampt worden ’t welck alhoewell een gerings importeert dennoch tot noch toe niet int werck gericht en wort, alsoo dat hoochnoodich is, ende hiermede eenen iederen notificeert ende aengekundigt wordt, dat de scholtis mit den heijmraden tegens toecommenden vrijdach, den 5 van december op costen ende widdercosten van den semptelijcken onderdanen dieselve grachten ten vier off vijff plaetsen over ende to todammen voor den minsten penninck sall verdingen, die daer toe gadinge

103 Het uurwerk op de toren van de kerk te Helvoirt verkeert in zeer slechte staat door achterstallig onderhoud. De schepenen verstrekken de klokkenmaker Johannes Overbeeck woonachtig te Boxtel de opdracht reparatie van het uurwerk op zich te nemen voor 40 gulden. Tevens krijgt hij opdracht te voorzien in jaarlijks onderhoud van het uurwerk en wel voor de som van 6 gulden en 10 stuivers.