Johannes Dicbier en Godescalcus de Bladel, schepenen van 's-Hertogenbosch, oorkonden dat Gossuinus, kanunnik van Sint-Oedenrode, afstand gedaan heeft ten behoeve van het convent van het huis van Postel van goederen in Bladel, tevoren van Godefridus geheten de Loue.
Johannes Dicbier en Godescalcus de Bladel, schepenen van 's-Hertogenbosch, oorkonden dat Gossuinus, kanunnik van Sint-Oedenrode, afstand gedaan heeft ten behoeve van het convent van het huis van Postel van goederen in Bladel, tevoren van Godefridus geheten de Loue.