Schepenen van 's-Hertogenbosch oorkonden dat hun medeburger Luppertus geheten de Vucht en zijn vrouw Wendelmodis hun eigen goed te Gestel, namelijk een hoeve land met toebehoren, geheten Ten Putte, overgedragen hebben aan frater Walterus, prior, en frater Elyas, provisor van het klooster van de heilige Maria in Postel, ten behoeve van dat klooster, in ruil voor een jaarlijkse lijfrente op hun leven van 12 mud rogge en 3 mud gerst, te leveren in 's-Hertogenbosch.
Schepenen van 's-Hertogenbosch oorkonden dat hun medeburger Luppertus geheten de Vucht en zijn vrouw Wendelmodis hun eigen goed te Gestel, namelijk een hoeve land met toebehoren, geheten Ten Putte, overgedragen hebben aan frater Walterus, prior, en frater Elyas, provisor van het klooster van de heilige Maria in Postel, ten behoeve van dat klooster, in ruil voor een jaarlijkse lijfrente op hun leven van 12 mud rogge en 3 mud gerst, te leveren in 's-Hertogenbosch.