Notaris Thomas de Craendonc, clericus van Luik, instrumenteert dat Gerardus, zoon van (Gerardus) wijlen des Heelcs de Asten, wonend in Panhedel (Panheel?), en Godefridus geheten Die Moelner als voogd van zijn vrouw Wendela, dochter van wijlen Gerardus des Heelcs de Asten, overgedragen hebben aan Margareta Praets ten behoeve van het gasthuis van Postel alle goederen die ze geërfd hebben van hun vader Gerardus, liggend in (Lierop) op een plaats geheten Hersel en die deels Lobbepoel en deels des Heel(..) heten. Gedaan in Weert (Valkenswaard?) in het huis van Margareta met als getuigen Henricus Mostels en Godefridus zoon van Godefridus de Bistervelt, burgers van Helmond, en Elisabeth Praets.
Notaris Thomas de Craendonc, clericus van Luik, instrumenteert dat Gerardus, zoon van (Gerardus) wijlen des Heelcs de Asten, wonend in Panhedel (Panheel?), en Godefridus geheten Die Moelner als voogd van zijn vrouw Wendela, dochter van wijlen Gerardus des Heelcs de Asten, overgedragen hebben aan Margareta Praets ten behoeve van het gasthuis van Postel alle goederen die ze geërfd hebben van hun vader Gerardus, liggend in (Lierop) op een plaats geheten Hersel en die deels Lobbepoel en deels des Heel(..) heten. Gedaan in Weert (Valkenswaard?) in het huis van Margareta met als getuigen Henricus Mostels en Godefridus zoon van Godefridus de Bistervelt, burgers van Helmond, en Elisabeth Praets.