Cornelis Dicbier, schout van Oisterwijk, geeft relaas van zijn onderzoek naar aanleiding van klachten van de abt van Floreffe en de meester van Postel. Hij is naar Hoogemierde gegaan met een authentieke kopie van de schenking van hertog Jan van het recht van banmolen aan het godshuis van Postel, geldend voor de dorpen Reusel, Mierde, Hulsel en Bladel. Deze molen van het godshuis staat in Reusel, hetgeen getuigen bevestigen. Sinds oktober jongstleden heeft Willem van Tuldel een watermolen opgericht in Mierde. Omdat hij zich tegen dit recht van Postel verzet daagt de schout hem voor de Raad van Brabant in Brussel.
Cornelis Dicbier, schout van Oisterwijk, geeft relaas van zijn onderzoek naar aanleiding van klachten van de abt van Floreffe en de meester van Postel. Hij is naar Hoogemierde gegaan met een authentieke kopie van de schenking van hertog Jan van het recht van banmolen aan het godshuis van Postel, geldend voor de dorpen Reusel, Mierde, Hulsel en Bladel. Deze molen van het godshuis staat in Reusel, hetgeen getuigen bevestigen. Sinds oktober jongstleden heeft Willem van Tuldel een watermolen opgericht in Mierde. Omdat hij zich tegen dit recht van Postel verzet daagt de schout hem voor de Raad van Brabant in Brussel.