Schepenen van Diest oorkonden dat tegenover hen en Arnoldus de Loe, schout van Diest, Johannes de Ponte, zoon van wijlen Petrus Gallici, een erfcijns van vijf schellingen klein Leuvens op het huis van Beatrix, weduwe van Henricus, zoon van wijlen Michael de Beylaer, en haar kinderen, gelegen in de Beverstrata richting de dries, naast het huis van Willelmus dictus Meester, verkocht heeft aan Henricus de Bennevorde.
Schepenen van Diest oorkonden dat tegenover hen en Arnoldus de Loe, schout van Diest, Johannes de Ponte, zoon van wijlen Petrus Gallici, een erfcijns van vijf schellingen klein Leuvens op het huis van Beatrix, weduwe van Henricus, zoon van wijlen Michael de Beylaer, en haar kinderen, gelegen in de Beverstrata richting de dries, naast het huis van Willelmus dictus Meester, verkocht heeft aan Henricus de Bennevorde.