Schepenen en gezworenen van de vrijheid Turnhout oorkonden dat heer Jan van Turnhout, deken van Sint-Pieters te Utrecht, bij testament telkens een derde deel van al zijn goederen in en rond Turnhout had gelegateerd aan de kartuizers te Antwerpen, het godshuis van Postel en de Heilige-Geesttafel van Turnhout, en dat die goederen op advies van de schout en schepenen van Turnhout in erfpacht zijn gegeven door Jan, zoon van Ancem Jans vanden Bomen, en Jan die Knecht, mombers van de Heilige-Geesttafel, aan Jan Brekenere, voor een jaarlijkse erfcijns van 30 schellingen oude groten Tournois, zijnde 10 schellingen voor elk van de drie genoemde instellingen, waarvoor deze zijn goederen te Beerse als pand had gesteld, blijkens akte van 16 april 1338, en dat zij, omdat die goederen versnipperd waren geraakt, alle bezitters en getuigen hebben ontboden om onder ede hun percelen te specifiëren, waarna diverse personen een verklaring hebben afgelegd, maar dat de drie instellingen daarmee niet tevreden zijn en gezamenlijk willen vasthouden aan het onverdeelde onderpand.
Schepenen en gezworenen van de vrijheid Turnhout oorkonden dat heer Jan van Turnhout, deken van Sint-Pieters te Utrecht, bij testament telkens een derde deel van al zijn goederen in en rond Turnhout had gelegateerd aan de kartuizers te Antwerpen, het godshuis van Postel en de Heilige-Geesttafel van Turnhout, en dat die goederen op advies van de schout en schepenen van Turnhout in erfpacht zijn gegeven door Jan, zoon van Ancem Jans vanden Bomen, en Jan die Knecht, mombers van de Heilige-Geesttafel, aan Jan Brekenere, voor een jaarlijkse erfcijns van 30 schellingen oude groten Tournois, zijnde 10 schellingen voor elk van de drie genoemde instellingen, waarvoor deze zijn goederen te Beerse als pand had gesteld, blijkens akte van 16 april 1338, en dat zij, omdat die goederen versnipperd waren geraakt, alle bezitters en getuigen hebben ontboden om onder ede hun percelen te specifiëren, waarna diverse personen een verklaring hebben afgelegd, maar dat de drie instellingen daarmee niet tevreden zijn en gezamenlijk willen vasthouden aan het onverdeelde onderpand.