Boede die Leeuwe en Dirc van der Voert, schepenen te Velp, oorkonden dat Aert van der Heghe en Katryn zijn echtgenote, hebben bekend schuldig te zijn aan Willem van Stramproede en zijn erfgenamen 9 vaten rogge per jaar, Herpense maat, elk jaar te betalen op de dag voor Kerstmis, afkomstig uit een stuk land te Velp, genaamd de Cappelakker, grenzende aan het erf van Stynen van Kuyck en aan her erf van Goessens van der Heghe.
Origineel ( inv. nr. 39), met het geschonden zegel van Dirc van der Voert, het zegel van Boede die Leeuwe is verloren gegaan. Afschrift Cartularium, III (inv. nr. 2)
Boede die Leeuwe en Dirc van der Voert, schepenen te Velp, oorkonden dat Aert van der Heghe en Katryn zijn echtgenote, hebben bekend schuldig te zijn aan Willem van Stramproede en zijn erfgenamen 9 vaten rogge per jaar, Herpense maat, elk jaar te betalen op de dag voor Kerstmis, afkomstig uit een stuk land te Velp, genaamd de Cappelakker, grenzende aan het erf van Stynen van Kuyck en aan her erf van Goessens van der Heghe.
Origineel ( inv. nr. 39), met het geschonden zegel van Dirc van der Voert, het zegel van Boede die Leeuwe is verloren gegaan. Afschrift Cartularium, III (inv. nr. 2)