Jan van Ewick en Wemmer van Ewick, erfpachters te Nederasselt, oorkonden dat Henrick Egbertss. van Beugen en Elizabeth, zijn echtgenote, hebben opgedragen aan Jan van Aeken, Goert van den Broick en Henrick Coenen, dekens van de Sacramentsbroederschap te Grave, 2 malder rogge per jaar, elk jaar te betalen te Grave met Pasen, afkomstig uit een huis en een hof te Nederasselt, groot 2 morgen, gelegen tussen de gemene straat , het erf van de pastoor en het erf van Jan Rutten, te lossen met 14 Philippusgulden en de pacht.
Origineel ( inv. nr. 47), met het zegel van de erfpachters.
Afschrift Cartularium XXXIII (inv. nr. 2)
Jan van Ewick en Wemmer van Ewick, erfpachters te Nederasselt, oorkonden dat Henrick Egbertss. van Beugen en Elizabeth, zijn echtgenote, hebben opgedragen aan Jan van Aeken, Goert van den Broick en Henrick Coenen, dekens van de Sacramentsbroederschap te Grave, 2 malder rogge per jaar, elk jaar te betalen te Grave met Pasen, afkomstig uit een huis en een hof te Nederasselt, groot 2 morgen, gelegen tussen de gemene straat , het erf van de pastoor en het erf van Jan Rutten, te lossen met 14 Philippusgulden en de pacht.
Origineel ( inv. nr. 47), met het zegel van de erfpachters.
Afschrift Cartularium XXXIII (inv. nr. 2)