Siardus Stenot, provisor van de Abdij van Postel, verklaart voor schepenen van 's-Hertogenbosch dat hij als gemachtigde van de abdij van juffrouw Marie Catharina van de Coevering, weduwe van Martinus de Leeuw, 3000 gulden tegen 3,5 procent geleend heeft.
Roomskeizer Carel, hertog van Brabant, oorkondt aan de eerste deurwaarder van de Raad van Brabant, op verzoek van prelaat en conventualen van Postel om mandement van debitis, aan de schuldenaren van Postel aan te zeggen dat ze hun schulden moesten betalen, en hen bij weigering voor de Raad te dagen. Gegeven te Brussel.
Jan van de Laar, burger van deze stad, heeft verkocht voor schepenen van Helmond aan Leendert van Hoek, zijn medeburger, een stukje land int Hemelrijck in Helmond, 1 lopense groot, gelegen aan het Pottestraetje.
Roomskeizer Charles, hertog van Brabant, geeft toestemming aan de Abdij van Postel, wegens overlijden van abt Jerome de Raveschoot, Isfridus van den Broeck, pastoor van Helmond, als opvolger aan te nemen.
Roomskeizer Karel, hertog van Brabant, oorkondt aan de eerste deurwaarder van de Raad van Brabant, op verzoek van prelaat en conventualen van Postel om mandement van debitis, aan de schuldenaren van Postel aan te zeggen dat ze hun schulden moesten betalen, en hen bij weigering voor de Raad te dagen. Gegeven te Brussel.
Paus Innocentius VII schrijft aan de officiaal van de aartsbisschop van Mechelen, op verzoek van abt en kloosterlingen van de abdij van Postel, de incorporatie van de parochiekerk van Luyksgestel bij de Abdij van Postel met nadere voorwaarden te bekrachtigen, zoals aan de abdij voorheen was gegeven door de bisschop van Luik, Josephus Clemens. Deze had dit recht ontnomen aan de Staten-Generaal van de Nederlanden, die het als bezitter van de kerk van Bergeijk, moederkerk van Luyksgestel, gemeend had te kunnen presenteren aan de abdij. Datum Rome apud Sanctam Mariam Maiorem.
De Raad van Brabant in Den Haag beveelt aan zijn eerste deurwaarder op verzoek van Henricus Lallemande, koopman en inwoner van Luik, diens schuldenaren te laten dagvaarden wegens onbetaalde levering van paarden en varkens aan vele personen in de Meierij van Den Bosch.
Schepenen van Antwerpen oorkonden dat de abdij van Postel ten behoeve van Pedro Jacomo van Kessel voor 12000 gulden een rente van 750 gulden vestigt op de tiende van Arendonk en de molen daar, de tiende van Olmen en een rente van 20.000 gulden ten laste van de Berg van Barmhartigheid in Antwerpen, als wisseling van een rente van 15000 gulden ten behoeve van Anna Catherina Tsantele, vrouwe van Reet, weduwe van jonker Ignatius Henricus van Kerrenbroeck.
De heren Theodorus Gerardi, prior van Postel, en Nicolaas van den Boomen, provisor van deze abdij, gemachtigden van de prelaat van Postel, Hyeronimus van Raveschoth, etc., hebben overgedragen voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan meester Anthonij Molemakers, wonend te Helmond, de tienden van de stad Helmond, Rixtel, Binderen en Overbruggen, alsmede de pastorie van Helmond met het patronaatsrecht van het altaar van Sint-Anna, het altaar van Sint-Petrus en Paulus, het beneficie van Sint-Nicolaas, het beneficie van het altaar van Onze Lieve Vrouw, het beneficie van het Heilig Sacrament, het beneficie van Sint-Catharina, het beneficie van het altaar van het Heilig Kruis, het beneficie van het altaar van de Zaligmaker, het beneficie van de Heilige Maagd Maria, het beneficie van het altaar van Sint-Jan Baptist, het beneficie van het altaar van Sint-Leonardus, het beneficie van Sint-Hubertus en het beneficie van het altaar van Sint-Hubertus en het beneficie van het altaar van de Heilige Drievuldigheid in Helmond en Rixtel, alle behorende tot de genoemde abdij, door koop en opdracht verkregen van de abdij van Floreffe, verleden voor schepenen van Helmond.
President en andere raden van de Raad van Brabant bevelen aan hun eerste deurwaarder op verzoek van Adriaen van Kerckhoff, pastoor van Sint-Oedenrode, al enige jaren achtereen wonende op het huis Ten Bogt in Sint-Oedenrode, vroeger van zijn overleden vader Johan, op te dragen de voortijdige verdeling van de erfenis van Johan door Adriaens zusters Elisabeth, Margaretha en Maria en door Johan Baptist van Oudenhoven, zoon van zijn overleden zuster Clara, te staken. Gegeven te 's-Gravenhage.