skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Stef Uijens
Stef Uijens RA Tilburg
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Stef Uijens
Stef Uijens RA Tilburg

Regesten

2114 Abdij van Postel, 1138-1797

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
2114   Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Geschiedenis
Verantwoording van de inventarisatie
Aanwijzingen voor het gebruik
Regesten
Records 1 t/m 100
Records 101 t/m 200
201 1352-05-29.
Notaris Leonius de Atrio, keizerlijk notaris in het diocees Luik, instrumenteert dat Henricus geheten de Stoclo, wonend in Eersel, legateert aan zijn broer Wolterus de Stoclo eenmalig 20 kleine gulden, aan zijn zusters Hildegundis en Helsbedis ieder evenveel, en aan zijn natuurlijke kinderen Wolterus, Henricus, Wilhelmus en Heilwigis samen 2000 kleine gulden. Als executeurs testamentair benoemt hij Nicolaus de Parwijs en zijn broer Arnoldus.
202 1352-09-30.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heinric Smeeds verkocht heeft aan Didderik Heinricszoene van Tuernout, geboren in Retie, een erfpacht van 1 mud rogge uit de hof van genoemde Heinric in Eersel en uit de verbetering van de Hese Ecker en de Kraen Braken in Eersel bij de kerk.
203 1352-11-18.
Schepenen van Oerle oorkonden dat Heinric van Stoclo overgedragen heeft aan broeder Arnt, ondermeester en provisor van het godshuis van Postel, ten behoeve van dat godshuis een erfpacht van 4 mud rogge uit een goed geheten Ten Beyarde in Wintelre.
204 1353-02-15.
Schepenen van Hilvarenbeek oorkonden dat Radolphus geheten Rover de Vlederacker geschonken heeft aan Luppertus de Herseel een erfcijns van 6 pond kleine penningen.
205 1353-07-28.
Schepenen van Postel oorkonden dat Marselius geheten van den Cranenpoel verkocht heeft aan Jhan geheten Culoets zoen van Mierde een erfcijns van 1 pond payment uit alle goederen die Marselius bezit in Knegsel.
206 1353-08-07.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heinric geheten Bruninc, Didderic Hanmans en zijn broer Peter Hanmans gezworen hebben dat ze aanwezig waren bij de opdracht door Heinric geheten Stoxken Heinrics zoen van Stoclo van al zijn goederen aan zijn vader Heinrik van Stoclo.
207 1354-03-09.
Schepenen van Oerle oorkonden dat Peter Jhans geheten Naghels zoen in pacht gegeven heeft aan Godevard Godevards geheten Strixkens zoene alle goederen met toebehoren die hij verkregen heeft van het goed Ten Eynde in Oerle voor een erfpacht van 18 lopen rogge, met als onderpand een streep land in Den Raephof en een hof, beide in Oerle.
208 1354-03-16.
Schepenen van Oerle oorkonden dat Peter Jhans geheten Naghels zoen opgedragen heeft aan Jhan Jhans geheten Culoets zoen van Mierde een erfpacht van 18 lopen rogge uit goederen die Peter verkregen had van het goed Ten Eynde in Oerle.
209 1354-04-20.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Ihan Heinrics geheten Brunings zoen verkocht heeft aan Willem Librechts zoen van Lumel ten behoeve van het godshuis van Postel een erfpacht van 1 mud rogge uit een bocht met toebehoren, uit een stuk land en uit het vierde deel van een stuk land geheten de Scadewiker Ecker, alle gelegen in Eersel.
210 1354-08-01.
Schepenen van Oerle oorkonden dat Jhan Jhans geheten Culoets zoen van Myerde overgedragen heeft aan de provisor van het godshuis van Postel ten behoeve van dat godshuis een erfpacht van 2 mud rogge uit het derde deel van een goed te Zyttart in Oerle, een erfpacht van 18 lopen rogge uit een goed in Oerle dat vroeger tot het goed Ten Eynde behoorde, een erfpacht van 14 lopen en een half vat rogge, een erfpacht van 2 mud rogge vroeger van heer Herman, persoon van Knegsel, uit de verbetering van het goed van heer Herman te Wolfshoven in Knegsel, een erfpacht van 2 mud rogge aan genoemd goed gelegen, verkregen van Herman, zoon van genoemde heer Herman, een erfpacht van 23 lopen rogge uit goed van heer Herman van Knechtsel te Wolfhoven, een erfpacht van 14 lopen rogge uit heer Herman van Knechtsels goed te Wolfhove, een erfpacht van 1 mud rogge uit de helft van Wouter Olyards goed en uit een huis en hof, een erfpacht van een half mud rogge uit Willem Houtappels Hof bij Die Leemputten, een erfcijns van 1 pond payment uit alle goederen van Marselius van den Cranenpoel in Knegsel, een erfcijns van 12 schelling payment uit een huis en hof en goederen van Wouter die Weven en zijn vrouw Conegont in Oerle, met de voorwaarden beschreven in de oudere schepenakten.
211 1354-12-03.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Merten Heinrics geheten Scotteir zoen van Eyke overgedragen heeft aan broeder Arnt, vroeger ondermeester van Postel, ten behoeve van het godshuis van Postel een beemd met toebehoren in Dommelen, geheten Scoefs Kinder erve van Dommelen.
212 1355-01-12.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Didderic geheten Kreyten die Smyt van Loen voor zichzelf en zijn vrouw Margriete verkocht hebben aan Jhan die Kemenader van Postel, geboren van Lieshout van der Moelen, een erfpacht van 3 mud rogge uit een stuk land geheten 't Vlaslant gelegen bij Enghebrechts erve in Casteren, uit der Loden Hofstat bij Everards erve in Casteren, uit een goed geheten Die Loden Hoeve, die afgescheiden is van Lauwreynsen erve van Den Vaernehoevel in Hoogeloon, uit de hofstad met aangelegen bocht en de naastgelegen Heyde Bocht, alle in Hoogeloon, met uitzondering van Didderics huis dat op de voorschreven hofstad staat, en uit een goed met toebehoren geheten 't Nulant met de bijbehorende heide in Casteren.
213 1355-03-31 (n.s.) – Tervuren.
Jan III, hertog van Brabant, oorkondt dat hij, gelet op de grote kosten van het godshuis van Postel en na advies van zijn raad, beperkende richtlijnen inzake de opvang van gasten uitvaardigt voor de meester van Postel.
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
213
1355-03-31 (n.s.) – Tervuren.
Jan III, hertog van Brabant, oorkondt dat hij, gelet op de grote kosten van het godshuis van Postel en na advies van zijn raad, beperkende richtlijnen inzake de opvang van gasten uitvaardigt voor de meester van Postel.
Datumaanduiding:
Ghegheven ter Vuren opten lesten dach vander maent van merte int jaire Ons Heren dusentich drie hondert vijftich ende viere, na die costume des bisdoems van Cameric
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Abdij_8; vidimus in inv.nr. Abdij_20; vidimus in inv.nr. Abdij_24
Beschrijving zegel:
met fragment van het zegel van de hertog
NB:
oorspronkelijk met (nu verdwenen) transfix van 5 september 1377 (zie inv.nr. Abdij_20). In dorso o.a.: wat men den gastery schuldich es te doene.
Zie ook:
214 1356-02-29.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Loye Box en zijn broer Gherart Box beloofd hebben aan Heinrik van Stockeloe een erfpacht van 7 mud rogge uit een goed met toebehoren geheten Die Boxhoeve, ook wel geheten Die Hondsbossce, in Eersel.
215 1356-05-08.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Connegont Wintermans dochter verkocht heeft aan Arnd Moenens Swevers zoen van Eyke een erfpacht van 1 mud rogge uit de goederen die vroeger van haar vader Didderic Winterman waren.
216 1356-06-21.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Wouter Wellens zoen van Eersel verkocht heeft aan Arnd Symoens zoen van Eyke een erfpacht van 1 mud rogge uit een akker geheten Die Nyeskens Ecker, gelegen in Die Eynde Ecker, met een zijde gelegen in de richting van de molen, en uit een akker geheten Die Neyskens Ecker met toebehoren, gelegen bij Den Mortere.
217 1357.
Notaris Johannes de Heardevelde geeft afschrift van stukken uit 1357 van aanklachten en verdediging in het geschil tussen Willem van Stackenborgh te Someren enerzijds en pater Jan van Perweijs, meester van Postel, en de abt van Floreffe anderzijds, ter beslechting waarvan de hertog en de hertogin van Brabant hebben aangesteld heer Jan, ridder, heer van Wittem en Wahlwiller, en heer Jan Tserclaes, deken van Sint-Goedele te Brussel. Het betreft onder meer de verkoop van heerlijkheid en kasteel van Asten (broer van Willem is Henrick, ridder en later meester van Postel, hun moeder is vrouwe van Boisschot, grootmoeder is Beatix van Cuijk), in bewaring gegeven documenten en kostbaarheden wegens een reis van Willem naar het Heilig Land met zijn broer Theus, diverse andere kostbaarheden, hoeven, tienden en de molen te Someren, goederen te Rode, Hofstade, Hilvarenbeek.
218 1357-08-16.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Jhan, zoon van Margrete, vrouw van Dyderic Kreyten, en haar eerste man, overgedragen heeft aan zijn broer Dyderick Dyderic Kreyten zoen het deel dat hem ten deel gevallen is in de erfdeling met zijn broers en zusters, in een klein broek, geheten Die Mostker Nyt, en zijn deel in Die Heyhoeve, gelegen bij het huis.
219 1357-10-06.
Frater Laurentius, investiet, ... tienden ... bij de kerk van Rixtel ... portio ...
220 1357-10-28.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heynric geheten Sloude Kathelinen zoen van der Achter schuldig is aan Heynrik geheten van Stocloe 60 oude schilden, met als onderpand zijn leven en goederen.
221 1357-11-04 – Vorselaar.
Gheeraerd [II], heer van Vorselaar, burggraaf van Geldenaken, oorkondt dat hij aan het godshuis van Postel al zijn recht en cijns in de hof van Eersel (Versel) geschonken heeft, met name zes vaten gerst en een meischaap en vier broden, in Castelre (Casterle) twee vaten gerst en een brood, en in Diessen een vat gerst.
222 1357-11-12.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Ghyesbrecht van der Achter geheten Heynrics zoen van der Achter verkocht heeft aan Marselies Wouters zoen van der Heiden van Knechsel een roggepacht uit een goed in Duizel.
223 1357-11-12.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heylwijch van den Achter, vrouw van Heynric van der Achter, overgedragen heeft aan Ghiesbrecht van der Achter, wettige zoon van haar en Heynrik van der Achter, al haar goederen in ter Achter in Duizel.
224 1357-12-13.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Wouter die Volre geheten Scuddekijn verkocht heeft aan Willem Lippen zoen van Lommel een erfpacht van 1 mud rogge uit zijn huis en hoeve in Eersel en uit goederen aan beide zijden van het huis en de hoeve.
225 1358-01-08.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heinric van Stocloe overgedragen heeft aan Heinrick Nyclaus zoen van Stocloe al zijn goederen met uitzondering van een nader omschreven uitspraak.
226 1358-01-15.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heylwijch Heynrics dochter van der Achter overgedragen heeft aan haar broer Ghiesbrecht van der Achter geheten al haar onroerende goederen in Duizel voor een erfpacht van 9 lopen rogge gedurende haar leven.
227 1358-03-08.
Notaris Mathias geheten Scilder de Busco Ducis instrumenteert dat Johannes geheten Lurinc geschonken heeft aan zijn broer Theodericus geheten Lurinc een erfcijns van 4 gouden obool uit alle goederen van Symon geheten van den Hoeve de Baesscot in Diessen. Gedaan in 's-Hertogenbosch in het woonhuis van Theodericus Lurinc met als getuigen Willelmus geheten van der Aa, Jacobus geheten van den Hove en Johannes geheten Boc, clericus van Luik.
228 1358-04-14.
Johannes de Gravia, (bischoppelijk?) commissaris aan Enghelbertus, bisschop van Luik, ... naar Bergeijk en Helmond ... getuigen via frater Laurentius, investiet van de kerken van Rixtel en Helmond,... onderzoek via getuigen.
229 1358-04-14.
... oorkondt ... een akte van 1357-10-06.
230 1358-06-06.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Jhan Barbier geheten van Eyke verkocht heeft aan Godevard van Peelt geheten Ouster van Eyke de verbetering van een beemd in Bergeijk aan de molen, met lasten.
231 1358-07-01.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heinric die Hase van Dusel verkocht heeft aan Dyderik van den Spiker Jan Spikermans zoen een erfpacht van 1 mud rogge uit een akker geheten Die Bracker Ecker en uit een beemd geheten Die Braker Beempt met aanliggend eeuwsel, alle gelegen in Hapert.
232 1359-01-05.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Loye Box Gherardts Boxs zoen verkocht heeft aan Arnt Symoens Swervers zoen van Eyke een erfpacht van 1 mud rogge uit een goed met toebehoren, geheten Dat Boender, met een zijde gelegen in de richting van De Heynshoevel en geheel omgraven, en uit een beemd geheten Ghodeverts Stedekijns Putten, met een zijde gelegen in de richting van de Heynshoevel en met een zijde aan Dat Bercter Broke, alle gelegen in Eersel.
233 1359-01-10.
Notaris Lucas geheten Cleric(?), clericus van Doornik, instrumenteert dat in aanwezigheid van de heer van Wittem, ridder, en heer Johannes Seclaes, rechtsgeleerde en deken van Sint-Goedele in Brussel, arbiters in het geschil tussen heer Johannes van Pierweis, meester van het huis of gasthuis van Postel, en heer Willelmus de Stakenborch, armiger, de geschilpunten oplossen over de verdeling van de kostbaarheden, de tienden en de goederen te Someren, het goed Ten Rode, het goed Ter Hofstat, de documenten te Diest en Postel en de lijfrenten op Herentals. Gedaan te Brussel in de kamer van de heer van Wittem met als getuigen heer (...)ambeke kanunnik van Sint-Servaas in Maastricht, Nicolaus (...) (Specht?), secretaris van de hertog en hertogin van Brabant. Gegeven te Brussel met als getuigen Reynerus Ollandrie (...) Theodericus de Gouda, subdiaken, en Martinus de Zuemeren (...) de Wittem, en Johannes de Rode, leek.
234 1359-02-05.
Schepenen van Arendonk oorkonden dat Marselijs Mertens van Hapaert verkocht heeft aan Henrik Goes Peter Goes sone van Herentals een erfpacht van 1 mud rogge uit een bocht en een huis in Bladel.
235 1359-03-24.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Katherine Heinrics dochter van der Achter overgedragen heeft aan haar broer Ghiesbrecht al haar goederen in Duizel voor een erfpacht van 1 mud rogge gedurende haar leven.
236 1359-05-16.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Ghiesbrecht Heinrics zoen van der Achter verkocht heeft aan Heinric van den Spiker een erfcijns van 2 gouden helling uit de goederen die Heylwijch van der Achter, Ghiesbrechts moeder, en zijn zuster Katherine bezaten in Duizel en uit de goederen daar van zijn zuster Heilwijch.
237 1359-08-15.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Merten Kenens geheten Wijnric Smeyers en Heinric Osken onder ede verklaard hebben dat ze aanwezig waren toen Ghodevart van Peelt met zijn moeder(?) al zijn goederen opdroeg aan heer Heinric Stakenborch, hogemeester van Postel, ten behoeve van dat godshuis.
238 1359-08-15.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Elizabet Peters dochter van Echtsel gegeven heeft aan heer Jhan van Pareweys, hogemeester van Postel, ten behoeve van het godshuis van Postel 4 pond oude groten die Ghodevart van Peelt aan haar schuldig is uit een goed geheten Die Poertync en al zijn andere goederen in Eykelberghe (Bergeijk).
239 1360-01-15.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Merten geheten Kenens soen, Heinric Osken en Wijnric Smeyers onder ede verklaard hebben dat het twee jaar of langer geleden is dat er afspraken gemaakt zijn tussen heer Heinrik, hogemeester van Postel, en Godevard van Peelt.
240 1360-01-30.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Arnt Symoens zoen Swevers van Eyke opgedragen heeft aan broeder Jhan van den Poele, ondermeester van Postel, ten behoeve van het godshuis van Postel een erfpacht van 1 mud rogge uit een goed dat vroeger van Dieric Wintermans was, een erfpacht van 1 mud rogge uit een akker land geheten Die Nyeskens Ecker en uit een akker land geheten Die Nyeskens Ecker met toebehoren, gelegen bij de Mortere, en een erfpacht van 1 mud rogge uit een goed geheten Dat Boender, met een zijde gelegen in de richting van Heynshovel, en uit een goed geheten Ghodevarts Scedekijns Putten.
241 1360-03-22.
Johannes geheten Leu, investiet van Bladel, verklaart dat hij in de hof Versele (Vorsel) van het huis van Postel in zijn parochie de Laatste Sacramenten toegediend heeft aan Theodericus Spikerman en diens testament genoteerd heeft. Theodericus schenkt aan het huis van de armen van Postel zijn goed in Casteren met toebehoren, op voorwaarde dat zijn bastaard die woont bij de Heuvel (Mons) van Bladel gedurende zijn leven er een roggepacht uit krijgt, tenzij hij als een verloren zoon leeft. Leeft hij eerzaam dan vraagt hij aan Postel hem op te nemen als een buitenknecht. Bovendien schenkt hij aan de provisor van Postel geld uit zijn roerende goederen in zijn huis in Casteren of in Netersel, aan de ondermeester van Postel geld, aan zijn broer Henricus Spikerman een roggepacht in Hoogeloon bij Hapert, aan het armenhuis van Postel een roggepacht in Bladel, aan de rector van Bladel 4 pond Bosch geld, aan de minderbroeders en de predikheren van 's-Hertogenbosch ieder 40 schelling Bosch geld voor het jaargetijde van zijn vader en moeder, aan ieder van de heren en priesters in Postel en aan ieder van de priesters in hun vigilie en hun mis geld, en aan de kerken van Postel, Bladel, Casteren en Ravels ieder een kaars. Als executeur testamentair wijst hij frater Johannes de Poele aan, aan wie hij bovendien een kist ('scrinium') en alle roerende goederen (of meubels) gaf in zijn kamer in de hof van Vorsel met verplichting ook zijn schulden te betalen. Gedaan in de hof van Vorsel in de kamer van de testator met als getuigen Wilhelmus Baeten de Arendonc, Marcelius Deschelmans en Danyel Arnoldi zoon van Jute.
242 1360-04-21.
De officiaal van het hof van Luik verklaart dat hij goedkeuring verleent aan het testament van Theodericus geheten Spikerman, zoals beschreven is in de brief van heer Johannes, investiet van de kerk van Bladel, hieraan bevestigd.
243 1360-04-30.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Jhan Pauwels zoen van Kerkasterle beloofd heeft aan broeder Jhan van den Pole, ondermeester van Postel, ten behoeve van het godshuis van Postel, een roggepacht van 2 mud rogge uit de helft van een beemd en uit een beemd die gelegen is op Gheen Torfhove in Bergeijk.
244 1360-08-10.
Notaris Henricus de Malsen de Busco Ducis, clericus van Luik, instrumenteert dat frater Johannes de Poel, supprovisor van het huis van Postel, executeur-testamentair van Theodericus geheten de Spiker, overgedragen heeft aan de kinderen van Heinricus geheten Spikermans de Dusel twee schepenakten van Eersel en een erfpacht van een halve mud rogge uit een stukje land in Hoogcasteren, geheten Hildwaren Brake, waarvan de ene schepenakte dateert van 1351-01-15 en de andere van 1358-07-01. Gedaan in het dorp Eersel opten Hovel bij het beeld van Sint-Nicolaas met als getuigen Ywanus geheten de Welde, clericus, Willelmus geheten uuten Ghelucke, Jacobus geheten de Spiker en Symon zoon van Daniel, leken van het bisdom Luik.
245 1360-08-28.
Notaris Henricus de Malsen de Buscho Ducis, clericus van Luik, instrumenteert dat Elysabet, dochter van Henricus geheten Ghoesmans de Westerhoven, geschonken heeft onder de levenden aan frater Johannes de Poel, supprovisor van Postel, ten behoeve van het huis van Postel een deel in een beemd geheten Boeken Beemt in Westerhoven, tegenover Sluys. Gedaan in Eersel in de parochiekerk met als getuigen heer Henricus geheten Soedeken, priester, Arnoldus geheten Coc en Johannes geheten Stoffe, leken.
246 1361-04-17.
Schepenen van Hilvarenbeek oorkonden dat Rolof geheten Rover van Vlederacken verkocht heeft aan het godshuis van Postel een erfcijns van 6 pond uit een erfcijns van 12 pond, die hij bezat uit goederen van Daneel van den Spelhovel, waarop Daneel nu woont, en Daneel verklaarde dat hij schuldig is aan het godshuis 6 pond erfcijns uit zijn goederen. Rolof had deze 6 pond aan het godshuis verkocht in 1353 op het feest van de apostelen Simon en Judas.
247 1361-06-18.
Marcelius geheten de Vessem heeft verkocht voor schepenen van 's-Hertogenbosch een erfcijns van 40 schelling uit land geheten Dat Bossche, uit land geheten Die Cranenbrake en uit het huis en de hof waar nu Theodericus geheten Hannensoen woont, alle gelegen in Eersel.
248 1361-10-14.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Wijnric geheten Smeyers van Eyke verkocht heeft aan broeder Jhan geheten van den Poel, ondermeester van Postel, ten behoeve van het godshuis van Postel 3 mud rogge jaarlijks uit twee stukken land, land of heide, geheten Die Eykenhovel, een stuk land, geheten Dat Eycsken, land int Laer liggend aan de weg die loopt van de kerk van Bergeijk naar Berct, een stuk land, geheten Mynten Kynder Ecker, en uit een beemd in Bercterbroke.
249 1361-11-05 – Brussel.
Wenceslas en Johanna, hertogen van Brabant, oorkonden dat zij de meester, ondermeester, broeders, knapen en dienaars en laten van het godshuis van Postel en al hun goederen in bescherming nemen.
250 1362-04-28.
Heinric Mercelis soen van Aestappen die Wiser, Heinric die Raven van Mierle, Marcelis van den Ravenecker van Vlierden, Ysebout Brustens soen van den Scoet, Zegher Zeghers soen van Helmont en Willem Ghiben soen van Meyle hebben beloofd voor schepenen van Someren 800 en 262 pond Bosch' geld te betalen aan de meester van Postel ter afhandeling van de verdeling van vee tussen het godshuis en meester Godert van Berghelen en zijn zoon Heinric Staesken.
251 1362-08-15.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Aelbrecht Enghebrechs zoen van Kerchasterle overgedragen heeft aan Dyderik Dyderics Creyten zoen van Kerchasterle hei die hij had liggen in 't Wuels(?) Ven in Hoogeloon en dat hij beloofd heeft aan hem 'putten ende palen te leveren ende te bewiesen van der vors. heyen'.
252 1362-10-12.
Schepenen van Someren oorkonden dat Dyebout, zoon van Henric zoon van Dyebout van Zoemeren, een verdeling wilde met Kathelijn Sproefs van het goed Ten Eckerbroecke, als zekerheid waarvoor panden ter waarde van 200 mottoenen gezet moesten worden.
253 1362-10-12.
Schepenen van Someren oorkonden dat hun medeschepenen Dyebout van den Eckerbroecke en Henric die Vroede verklaarden dat zij als schepen aanwezig waren toen Dyebout, zoon van Henric zoon van Dyebout van Zoemeren, van Katheline Sproefs deling eiste van het goed Ten Eckerbroec, waarna Katheline hem voor het gerecht daagde om dit goed te verdelen en de panden van 200 pond te laten opheffen.
254 1362-11-08.
Schepenen van Someren oorkonden dat hun medeschepenen Matheus die Scoemeker, Dyebout van der Eckerbroecke en Hubrecht Peters soen verklaard hebben dat ze als schepen aanwezig waren toen Dyebout, zoon van Henrix zoon van Dyebout van Zoemeren, bij Katheline Sproefs te Eckerbroec op het goed kwam en als panden eiste de roerende goederen die hij daar aantrof ter waarde van 200 mottoenen, waarna beiden twee arbiters kozen en een 'overman'. Na het besluit dat ze als broer en zuster moesten delen vervielen de panden.
255 1362-11-30.
Schepenen van Someren oorkonden dat hun medeschepen Henric die Vroede een verdeling gemaakt heeft tussen Dyebout Henrics soen, zoon van Dyebout van Zomeren, en Katheline Sproefs, waarbij Dyebout de helft ten deel viel van de roerende goederen en de helft van de schuur, de 'buer'met haar hofsteden en de boomgaard van het goed Ten Eckerbroec en de helft van alle goederen die Katheline nu gebruikt, welke helft gelegen is aan de kant van Valkenswaard in Someren.
256 1362-12-04.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heylwijch, vrouw van Dyderic Hanmans, dochter van Gheronc van Steensel, en haar zoon Dyderic beloofd hebben aan het godshuis van Postel een erfpacht van 1 mud rogge uit een bocht in Eersel.
257 1362-12-09.
Rutgherus van der Braken heeft verkocht voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan Johannes geheten Groet de Herlaer een derde deel van een erfpacht van 2 mud rogge, welke pacht de monniken(!) van Postel aan Arnoldus geheten van den Braken, vader van genoemde Rutgherus, moesten betalen uit de watermolen van deze monniken(!) in Westerhoven, en het derde deel van een erfcijns van 15 oude groot toernoois uit een stukje land in Belver in Haaren bij de kapel.
258 1363-01-23 (n.s.) – Brussel.
Johanna, hertogin van Brabant, beveelt de schouten van ’s-Hertogenbosch, Kempenland, Peelland en alle anderen dat zij de rechten van de meester en het godshuis van Postel inzake beden, dienst of andere, moeten handhaven en geen gehoor mogen geven aan andersluidende bevelen van de drossaards, rentmeester of iemand anders van harentwege.
259 1363-02-03.
Notaris Henricus geheten de Malsen de Buscoducis, clericus van Luik, instrumenteert dat heer Andreas de Rijpemont, provisor van het huis van Postel, en Henricus, natuurlijke zoon van Henricus geheten de Stocloe, namens alle gerechtigden in deze zaak, als arbiters aanvaard hebben frater Johannes de Poel, supprovisor van het huis van Postel, frater Johannes de Ghestel, conversen van de orde van Prémontré, Rutgherus de Scadeacker, clericus en Symon, zoon van Daniel rademaker (rotarius) de Eersel in hun geschil over 90 gulden die wijlen Henricus de Stocloe aan het godshuis geschonken heeft. Gedaan in Postel onder de grote eik bij de kamer en de woning van voornoemde provisor, met als getuigen genoemde arbiters, Walterus, zoon van Walterus de Bladel, clericus, Johannes geheten Stoffe en Egidius geheten de Postel, leken, samen met vele omstanders.
260 1363-02-26.
Notaris Emondus de Niet de Beke, clericus van Luik, instrumenteert dat, in aanwezigheid van heer Andreas de Rippemont, kanunnik van Floreffe en provisor van het huis van Postel, enerzijds en Henricus, natuurlijke zoon van Henricus geheten de Stoclo, anderzijds, deze beide partijen verklaarden dat het godshuis beslag had gelegd op alle goederen van wijlen Henricus de Stoclo wegens een schenking van 90 gulden aan dat godshuis door de overleden Henricus. Zijn natuurlijke kinderen beloofden de rechten die ze hadden op de goederen van hun vader als schenking onder de levenden aan Postel over te dragen. Gedaan in het gastenverblijf van Arnoldus Coke de Eersel met als getuigen Symon die Rademaker, Henricus geheten Steenvoert, Wilhelmus Scordels, Theodericus Multor, Godefridus van der Hese, Johannes geheten die Wilde en Wautgherus geheten Hanscomeker, schepenen van Eersel, Willelmus Philippi, Goeswinus, vorster, en Arnoldus Coke en vele anderen.
261 1363-04-14.
Theodericus de Ghemert heeft verkocht voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan Gevardus geheten Stumpken een erfcijns van 3 pond groten toernoois uit een erfcijns van 8 pond groten toernoois uit goederen te Heeze in land geheten in Deyghen.
262 1363-08-24.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heinric, natuurlijke zoon van Heinric van Stocloe, voor zichzelf, zijn broers en zuster hebben overgedragen aan heer Andries, hogemeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van dat godshuis alle rechten die ze hebben op goederen van genoemde Heinric van Stocloe.
263 1363-12-07.
Nadat Willelmus geheten van den Scadeacker, echtgenoot van Margareta dochter van Johannes Betten soen, zich beroepen had op zijn vernaderingsrecht inzake een hoeve in Oisterwijk en Loon op Zand en een hoeve hei, verkocht aan Rutgherus van den Scadeacker door Jacobus de Eel, en Rutgerus dit erkende, heeft Willelmus voor schepenen van 's-Hertogenbosch zijn recht overgedragen aan Rutgherus.
264 1364-02-26.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heylwijch, vrouw van Dyderic Hanmans van Eersel, dochter van Gherunc van Steensel, en haar kinderen Jhan en Dyderic verkocht hebben aan Gheertrude, dochter van Wouter Skoelborrer van Lyemde, en haar zoon Wouter de verbetering van een beemd geheten die Scoet met toebehoren in Eersel, grenzend aan goed van de hertog van Brabant dat bezeten wordt door Elsbene, vrouw van Hanegreve, en de verbetering van een huis en hoeve met toebehoren, beide in Eersel.
265 1364-08-04.
Notaris Petrus Polslauwer de Buschoducis en notaris Daniel de Oerscot, clerici van Luik, instrumenteren dat in aanwezigheid van Johannes geheten de Eelaer namens de ene partij en Johannes geheten Waerloes, Lambertus geheten Bolaert en Theodericus, zoon van Egidius Sartor de Berse, namens de andere partij wegens hun geschil over de goederen van Ellaer arbiters aanwezen werden, namelijk door Johannes de Ellaer de arbiters heer Ghiselbertus de Palude, investiet van Heerscafen, priester, en Luppertus de Hapart, zoon van Godefridus geheten Bierkens, en door Johannes Waerloes, Lambertus Boelart en Theodericus, zoon van Egidius Sartor de Berse, de arbiters Martinus de Dusel en Johannes geheten Waerloes. Op verbreking van hun oordeel stond een straf van 100 pond Bosch' geld, half voor de hertog van Brabant, half voor de heer van Petershem met nadere bepalingen. Gedaan in Oirschot op het kerkhof van de Sint-Petruskerk met als getuigen de heren Henricus Bac en Arnoldus geheten Vrient, dekens van de kerken van Oirschot en Sint-Oedenrode, Luppertus de Hersel en Johannes de Goerle.
266 1364-10-17.
Johannes geheten Waerloes, echtgenoot van Katherina, dochter van Deenkinus geheten Droghemont, Lambertus geheten Lolaert en Theodericus zoon van Egidius de Berze, echtgenoot van Agnes, dochter van Willelmus de Meghen, hebben afstand gedaan voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan Johannes de Ellaer van goederen geheten Tot Ellaer in Oirschot met toebehoren, toebehorend aan hen en aan Johannes geheten de Ellaer, op voorwaarde dat Johannes betreffende alle inkomsten uit de goederen Tot Ellaer en uit goederen geheten Te Winterle aan hen ontslagen is.
267 1365-01-14.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Dyderic geheten Creyte van Loen en zijn vrouw Margriet geheten veren Jueten hebben overgedragen aan Dyderik zoon van Ard van den Eechove van Herentals al hun goederen in Hoogeloon onder de dingbank van Eersel.
268 1365-01-16.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Dyderic Ards zoen van den Eechoeve van Hereltals in pacht gegeven heeft aan Dyderik Creyte en Margriet zijn vrouw de goederen die hij van Dyderik geheten Creyte van Loen en zijn vrouw Margriet geheten veren Jueten verkregen heeft in Loon in de dingbank van Eersel voor 6 mud rogge en de wol van 50 'hoet' schapen.
269 1365-09-22.
Mannen van 'onse lieve geduchte vrouw van Brabant' oorkonden dat broeder Jhan van den Poel, ondermeester van Postel, een erfpacht van 25 lopen rogge opgewonnen heeft.
270 1366-04-11.
Johannes de Ellaer, zoon van Johannes de Ellaer, heeft verkocht voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan Willelmus, zoon van Luppo geheten de Lomel, zijn goederen geheten tEellaer in Oirschot onder Spoordonk, met uitzondering van een cijns, 1 bunder hei en een beemd, geheten Tielen Beemt de Knechsel, met lasten aan de hertog en anderen, aan de erfgenamen van heer Johannes de Henzel, deken van Oirschot, de erfgenamen van meester Johannes Basijn, Henricus de Aggere, zoon van Engbertus geheten Ludinc de Aggere en, gedurende zijn leven, aan Coelkinus, verwant van Elyas.
271 1366-06-03.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Goetscalc geheten Scelleken van Dommelen schuldig was aan broeder Jhan geheten van den Poele, ondermeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van het godshuis een erfpacht van 1 mud rogge uit al zijn erven met opstallen en toebehoren met opstallen en toebehoren in Dommelen.
272 1366-07-01.
Nadat Gerardus geheten Scilder als echtgenoot van Elyzabeth, dochter van Henricus geheten Coertken, verkocht had aan Petrus Pistor een erfcijns uit een stukje beemd geheten Die Heydebocht in Eersel en de gehele verbetering van diezelfde beemd, heeft Petrus Pistor beloofd voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan Willelmus geheten Bruyn, smid, een erfcijns van 30 schelling te betalen uit deze beemd.
273 1367 of 1368.
Willemus, zoon van Luppo de Lomel, heeft overgedragen voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan heer Andreas de Rypemont, meester of provisor van het huis van Postel, ten behoeve van dat huis goederen geheten Te Ellar in Oirschot ter plaatse geheten Spoordonk, met akkers, beemden, wei, hei en toebehoren, verkocht aan Willelmus door Johannes geheten de Ellaer, zoon van Johannes de Ellaer, met lasten aan Johannes de Ellaer en zijn kinderen, en uitgezonderd 1 bunder hei tegenover een goed ter plaatse geheten Aen den Torfculen, en Tielen Beemt de Knechsel.
274 1367-03-08.
Notaris Nicholaus de Palude, clericus van Luik, instrumenteert dat heer Andreas de Ripemont, regulier kanunnik van Floreffe en provisor van het huis van Postel, en Godefridus geheten van der Witrijt de Ghestel bij Eykelberghe (Bergeijk) hun geschil over een wei geheten Die Vloet in Eykelberghe aan arbiters geven voor een uitspraak, waaraan ze zich zullen houden op straffe van 100 penningen, half te betalen aan de bisschop van Luik en half aan de hertog van Brabant. Dit beloven ook de conversen van het huis van Postel, namelijk frater Johannes de Poel, supprovisor, frater Johannes de Oerschot, frater Johannes de Budel, frater Johannes de Ghestel, frater Heijnricus Steynmans de Arendonc, frater Nicolaus de Roede de Zomeren en andere fraters daar. Gedaan in Postel in de hal voor de kamer van de provisor met als getuigen Reynerus geheten Meyers, clericus van Herentals, Johannes geheten Molneer de Helmont, clericus van de hertogin van Gelre, en Elias (zoon van) wijlen Gherardus de Ghestel bij Eykelberghe.
275 1367-06-09.
Mannen van 'onse lieve geduchte vrouw van Brabant' oorkonden dat Rumbout Lemmens verklaard heeft dat hij een pond payment per jaar erfelijk bezit uit een bocht.
276 1367-06-17.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Amelius Amelijs soen van Lyderop geschonken heeft aan broeder Jan geheten van den Poele, ondermeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van dat godshuis al zijn goed dat vroeger van Heinric van Stoclo was.
277 1367-09-15.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Jan geheten Scubelen van Westerhoven beloofd heeft aan Jan Gherarts soen van den Kerchove een erfpacht van 15 lopen rogge uit een beemd geheten Die Horne Beempt in Westerhoven en uit een stuk land genoemd Voer Derdalf Loepensaeds Lants, gelegen achter Loever Bossche in Westerhoven, met als extra onderpand een beemd voor Die Boxsvoert.
278 1368-03-05.
Rutgherus geheten van den Scadeacker heeft overgedragen voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan heer Andreas geheten de Rypemont, meester of provisor van het huis van Postel, ten behoeve van dat huis een hoeve, vroeger van Johannes geheten Metten zoen, in Oisterwijk en Loon op Zand met toebehoren en een hoeve hei van 12 bunder.
279 1368-03-05.
Katherina, dochter van Marcelius geheten de Fine de Zoemeren, heeft overgedragen voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan heer Andreas de Rypemont, meester of provisor van het huis van Postel, ten behoeve van dat huis alle goederen die ze geërfd had van haar ouders in Someren en al wat ze daar verworven had.
280 1368-04-19.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Jhan Jhans soen van Haperde verkocht heeft aan Herman Yden soen van Bladele een roggepacht uit een stuk beemd, gelegen in Hapert aan een hof van het godshuis van Tongerlo en de helft van een waterlaat die daar loopt, en uit een stukje beemd aan de andere kant van deze waterloop, grenzend aan een paal die staat tussen het goed van Jhan, verkoper, en voornoemd stukje beemd aan een hangende 'eycsken', tot een andere paal, die staat tussen het goed van Jhan, verkoper, en het goed van het godshuis van Tongerlo aan het bakhuis dat behoort aan dat goed.
281 1368-06-20.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Goetscalc geheten Scelleken van Dommelen verkocht heeft aan broeder Jan geheten van den Poele, ondermeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van het godshuis een erfpacht van een halve mud rogge uit de verbetering van zijn goederen met opstallen en toebehoren in Dommelen.
282 1368-08-24.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heinric geheten die Hertoge van Waelwijc, zoon van Elysabet van den Teynden, overgedragen heeft aan heer Andries geheten van Rijpemont, hogemeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van dat godshuis zijn kindsdeel en alle recht op de goederen van zijn vader en moeder in Waelwijc onder Riethoven.
283 1368-08-30.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Didderic Dideric Creyten zoen van Loen en zijn vrouw Elisabet, dochter van Ard Didderics van Herentals, hebben overgegeven aan heer Andries geheten van Rypemont, hogemeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van dat godshuis al hun rechten op de goederen van Didderic Creyten van Loen.
284 1368-09-01.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Elisabet, dochter van Jan Godeverts en vrouw van Tielman Ards soen van den Eechoven, en hun kinderen hebben overgegeven aan Didderik Diddercs Creyten zoen van Loen en zijn vrouw Elisabet, dochter van Art Didderics van Herentals, al hun rechten op de goederen van Didderic Creyten van Loen.
285 1369-05-08.
Notaris Nicholaus de Palude, clericus van Luik, instrumenteert dat Johannes en Marselius de Westerwijc aan heer frater Andreas de Ripenmont, regulier kannuik van Floreffe en provisor van het huis van Postel, ten behoeve van dat huis geschonken hebben ter verkwikking van de armen het vierde deel van een bunder bos ('nemor') in het bos ('silva') van Wolfswinkel met het opstaande hout en de weilanden, gelegen in Bladel. Gedaan in het bos van Wolfswinkel in het genoemde deel, met als getuigen Willelmus Lips de Lumel, Heijnricus Niemen (of Memmen) de Hapart, Nicolaus Nicolai geheten Arendonc en Heijnricus dictus Slonden (of Slouden) de Eersel.
286 1369-05-12.
Schepenen van Eersel oorkonden dat heer Andries geheten van Rypemont, hogemeester van het godshuis van Postel, en broeder Jan geheten van den Poele, ondermeester van Postel, verkocht hebben aan Amelys Amelijs soen van Lyderop voor 850 gulden al hun goederen die vroeger waren van Heinric van Stoclo.
287 1369-09-20.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Jan Gherarts soen van den Kerchove overgedragen heeft aan Heinrik geheten die Wolf van Steensel ten behoeve van het godshuis van Postel een erfpacht van 15 lopen rogge uit een beemd geheten Die Hoerne Beempt, vroeger van voorschreven Jan, in Westerhoven, en uit een stuk land geheten Voer Derdehalf Loepensaeds Lants, vroeger ook van Jan, gelegen achter Loever Bossche in Westerhoven.
288 1370-02-07.
Schepenen van Loon op Zand oorkonden dat Johannes zoon van Vastrardus de Andel wegens schulden van wijlen Nycholaus geheten Betthen zoen de Venloen verkocht heeft aan Petrus van den Pasch de huisplaats en hof van wijlen Nycolaus in Loon op Zand aan de gemeint.
289 1370-11-16.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Willem Lyppen soen van Lumel in ruil heeft overgedragen aan Marselies Marcelijs soen van Bladel een erfpacht van 1 mud rogge uit een huis en hoeve met toebehoren in Eersel.
290 na 1370-09-31 en voor 1371-10-01.
Arnoldus, natuurlijke zoon van heer Arnoldus geheten Wauthers soen uter Haghe, priester en pastoor van Zonderwijk (Veldhoven), heeft verkocht voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan Henricus zoon van wijlen Theodericus geheten ... soen een halve bunder beemd geheten Die Straet in Helmond ter plaatse geheten op Hods Donc tussen een beemd geheten Die Scant(?) en akkers geheten Hodsdonc.
291 1371-02-07.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Lodewijch die Kemenader Lodewijchs zoen van Dalem overgedragen heeft aan broeder Jan geheten van den Poel, ondermeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van dat godshuis een erfpacht van 2 mud rogge uit een huis en hof en aangelegen beemd en uit een bocht, bestaande uit land en beemd, in Hoogeloon, en uit land binnen Den Eckeren van Hokasterle, waarop men een 'sleike lopen rogge' placht te zaaien.
292 1371-02-20.
Truda, dochter van Walterus geheten Coelbornre de Lyemde, en haar zoon Walterus hebben overgedragen voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan Johannes geheten de Stockeloe een erfcijns van 40 schelling van een erfcijns van 4 pond.
293 1371-02-20.
Gertrudis, dochter van Walterus geheten Coelbornre de Lyemde, en haar zoon Walterus hebben overgedragen voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan Johannes de Stockeloe een huis, schuur en hof, aaneen gelegen in Eersel aan de openbare weg en grenzend aan een beemd geheten Die Scoet.
294 1371-03-26.
Schepenen van Oerle oorkonden dat Peter Jhans Snyders soen verkocht heeft aan Rutgher Rutghers soen van der Wilgen een erfpacht van 3 lopen rogge van een van 6 lopen rogge uit een stuk land in Oerle aan de straat, uit een stuk land geheten Dat Cloetken, uit een stuk land aan Willem Willems Beckers Geloecte, en uit een stuk land gelegen aan een goed geheten Die Haghetisse Ketele en een goed van het godshuis van Postel.
295 1371-03-27.
Johanne, hertogin van Brabant, oorkondt dat ze schenkt aan het godshuis van Postel het maalrecht van de dorpen van Someren en Lierop en wel op de molens van het godshuis die de inwoners het gemakkelijkst kunnen bereiken, te weten de molen van Someren, Stipdonk, Venbergen en Westerhoven volgens het gebruikelijke molster. Gegeven in 's-Hertogenbosch.
296 1371-04-02 – Postel.
Notaris Nicholaus de Palude oorkondt dat Johannes geheten Boels van Arendonk en zijn vrouw Heilewigis bij schenking onder levenden al hun goederen, met inbegrip van een huis, schuur en schaapstal, gelegen in Arendonk ter plaatse geheten Berendonc, overdragen aan Andreas de Ripomont, kanunnik van Floreffe, provisor van Postel.
297 1371-05-21.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Jhan Heinric Memmen zoen verkocht heeft aan Jhan Heinrics zoen van der Kyevitshoven een erfpacht van 4 lopen rogge uit een bocht, gelegen te Lemel in Hapert.
298 1371-08-25.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Jan geheten van Stoclo, hun medeschepen, overgedragen heeft aan broeder Jan geheten van de Poele, ondermeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van dat godshuis al zijn recht in de verbetering van een beemd, geheten die Scoet, met toebehoren, gelegen in Eersel aan goed van de hertog van Brabant dat bezeten wordt door Elsbene, weduwe van Hanegreve, en in de verbetering van een huis en hoeve met toebehoren in Eersel.
299 1372-02-22.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Heinric geheten Roben zoen van Eyke verkocht heeft aan broeder Jan geheten van den Poele, ondermeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van dat godshuis een roggepacht van een half mud rogge uit zijn land in Bergeijk bij Der Broeker Molen aan Die Vloete.
300 1372-03-03.
Schepenen van Eersel oorkonden dat Herman Yden zoen van Bladele overgedragen heeft aan broeder Jan geheten van den Poele, ondermeester van het godshuis van Postel, ten behoeve van dat godshuis een erfpacht van een halve mud rogge uit een stuk beemd, gelegen in Hapert aan een hof van het godshuis van Tongerlo met een eind aan een halve waterlaat, en uit een stukje beemd aan de andere kant van deze waterlaat, liggend vanaf een paal die staat tussen goed van Jan Jhans zoen van Haperde en genoemd stukje beemd aan een hangend 'eycsken' tot een andere paal die staat tussen goed van Jan Jhans zoen van Haperde en goed van het godshuis van Tongerlo aan het bakhuis dat tot het goed van Tongerlo hoort.
Records 301 t/m 400
Records 401 t/m 500
Records 501 t/m 600
Records 601 t/m 700
Records 701 t/m 800
Records 801 t/m 900
Records 901 t/m 1000
Records 1001 t/m 1100
Records 1101 t/m 1159
2.519 beschreven archiefstukken
1.359 gedigitaliseerd
totaal 27.594 bestanden

Kenmerken

Datering:
1138-1797
Vindplaats origineel:
Abdij van Postel
Categorie:
2.519 beschreven archiefstukken
1.359 gedigitaliseerd
totaal 27.594 bestanden