1436 februari 24 (anno Domini millesimo quadringentesimo trigesimo quinto)
Schepenen van 's-Hertogenbosch, Johan Spiering en Wilhelm Loyer, oorkonden, dat Wilhelm, zoon wijlen Henrik Dicbier Godefridzn, overgedragen heeft aan Johan Bathenzn:
stenen huis en erf, destijds van Goswinus Steenweg, later van Godefrid Cuper, op erfgoed van Goswinus voornoemd over en langs de Dieze, welk goed hij verworven had van Geerburgis, weduwe Johan Reinbrants
Gevidimeerd in Brabants Boek van Vidimus (inventarisnr 88) folio 17r
1436 februari 24 (anno Domini millesimo quadringentesimo trigesimo quinto)
Schepenen van 's-Hertogenbosch, Johan Spiering en Wilhelm Loyer, oorkonden, dat Wilhelm, zoon wijlen Henrik Dicbier Godefridzn, overgedragen heeft aan Johan Bathenzn:
stenen huis en erf, destijds van Goswinus Steenweg, later van Godefrid Cuper, op erfgoed van Goswinus voornoemd over en langs de Dieze, welk goed hij verworven had van Geerburgis, weduwe Johan Reinbrants
Gevidimeerd in Brabants Boek van Vidimus (inventarisnr 88) folio 17r