Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Op zondag 3 juni 1962 organiseerde rijvereniging Sint Martinus in Uden - opgericht september 1932 - een concours hippique, zowel dresseur als bespannen. Het concours werd gehouden op een wei gelegen aan de Kruisweg (buurtschap Veghelsedijk).
Eén van de deelnemers was Piet Pennings,
deftig gekleed in jacquet en gezeten op de concourswagen. Piet was een echte paardenliefhebber. Hij was boer, had verder nog een werkpaard en was buurtbewoner op de Maasstraat. Ook bewerkte hij de grond voor mijn vader. Piet overleed 10 november 1992 op 74-jarige leeftijden. Hij liet een kast na, gevuld met behaalde prijzen, zowel strikken als bekers.
Op zondag werden de paarden - die de hele week gebruikt werden voor het werk op de boerderij - meegenomen naar concoursen en wedstrijden in de regio. Vrachtwagens en trailers voor het vervoer kenden men niet. Alle afstanden werden gezamenlijk en te paard afgelegd. Het beoefenen van de paardensport in teamverband (afdelingsdressuur) stond hoog in het vaandel.
Bij dressuur voor dames was de amazonezit tot in de negentiende eeuw verplicht. Er bestonden speciale rijzadels voor dames met rok of jurk. Het schrijlings plaats nemen te paard door een vrouwelijke ruiter was door de katholieke kerk verboden. Het wekte lichamelijke lustgevoelens op en was strijdig en zondig. En voor de heren dan? Je zat toch ook schrijlings op het fietszadel en pakkendrager? Gelukkig bracht bisschop Bekkers, zelf een fanatieke paardenliefhebber, in de jaren zestig verandering in dat standpunt van de kerk.
Ik heb met vrouwelijke ruiters over de destijds negatieve zithouding gesproken. De uitspaak die ik te horen kreeg was telkens: “Nonsens, wanneer je op het paard zit, heb je alle aandacht nodig om het levendige paard in toom te houden.” Mijn zussen en broers gingen schrijlings te paard, maar dan op het houten hobbelpaard dat we met Sinterklaas gekregen hadden. Zonder dat daar sprake was van welke gevoelens dan ook.