skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg

De Commissaris van de Koningin over Uden

Rien Wols
Rien Wols Bhic
vertelde op 2 april 2004
bijgewerkt op 3 december 2018
Tussen 1894 en 1928 was Mr. A.E.J. baron Van Voorst tot Voorst Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant. Een van zijn taken was het regelmatig bezoeken van alle gemeenten in de provincie. Van die werkbezoeken hield hij nauwkeurig verslag bij. Dit had hij in al die jaren over Uden te melden:

Nieuwsgierig naar zijn handgeschreven tekst? Lees die dan hier.

Uden

Den 14e Augustus 1897 bracht ik een bezoek aan deze gemeente. Ik reed van Nijmegen over Grave en Reek naar Uden en nam daar den trein naar ’s Bosch. Op de grens van Zeeland en Uden vond ik eene eerewacht van 16 ruiters; deze geleidde mij naar het Gemeentehuis. Daar vond ik de zangvereeniging uit Uden; zij zong het oude Wilhelmus. B. en W. stonden mij op te wachten; de burgemeester verwelkomde mij. De burgemeester is gehuwd met eene juffrouw Boons, eene dochter van den oud-burgemeester van Uden; hij heeft geen kinderen.

Op mijne audientie verschenen de Katholieke geestelijkheid, Dr. van Dijk, de kantonrechter Mr. Hengst, de notaris Van Breda, diens candidaat-notaris Van de Ven, benevens een vijftal arme weduwen. Na de audientie zat ik eerst nog wat te praten met B. en W.; vervolgens gebruikte ik een lunch, welke men op het Raadhuis te mijner eere had aangericht. Ten slotte deed de eerewacht mij weer uitgeleide tot aan het station, alwaar ik van allen, ook van het Dagelijksch Bestuur afscheid nam.

Het Raadhuis te Uden staat, volgens den burgemeester, niet op zijne plaats; daaraan valt nu natuurlijk niets meer te veranderen; het staat er nu eenmaal. Buitengewone dingen heb ik in Uden niet opgemerkt. Het kwam mij voor, dat de verstandhouding tusschen B. en W. goed is; bij de laatste verkiezing behoefde er geen stemming plaats te hebben. De burgemeester was reeds 3 jaar lid der prov. Staten, toen hij burgemeester werd in 1882.

De Marktstraat in Uden, links het postkantoor en rechts het raadhuis. Het raadhuis is afgebroken in 1938. (1915)De Marktstraat in Uden, links het postkantoor en rechts het raadhuis. Het raadhuis is afgebroken in 1938. (1915)

De zaakwaarnemerij bloeide vroeger zeer sterk te Uden; door het huwelijk van den notaris Van Breda met de dochter van den grootsten zaakwaarnemers, den gemeentesecretaris Van Dijk, kwam er aan het zaakwaarnemen een einde. Zoowel op de administratie van den secretaris, als op die van den ontvanger vielen enkele aanmerkingen; bij vertrek uit de gemeente werden in het bevolkingsregister de kolommen 16 en 17 ingevuld, maar doorhaling had niet plaats. De politieverordening dateert van vóór 1886; de verordening krachtens art. 172 Gemeentewet ontbrak. Er waren van af 1875 wel voldoende aanteekeningen van aangiften en beschikkingen volgens de hinderwet, maar een eigenlijk gezegd register ontbrak.

Ontvangsten wegens vergunningsrecht, opbrengst van ingebruikgeving van gronden tot beweiding met schapen, toestemming tot aardhaling enz. worden door den ontvanger collectief in het journaal geboekt, zonder dat de speciale ontvangsten eerst genoteerd waren in een gezegeld hulpregister. Te Uden is een goed hotel “Terneuzen”, waar althans een redelijk ontbijt te krijgen is.

Den 18 Juli 1902 kwam ik weer in de gemeente. Ik ging per spoor naar Uden; wandelde van het station naar het raadhuis, en keerde later op dezelfde manier terug tot Vught, welke gemeente ik dienzelfde dag bezocht. Van B. en W. vernam ik, dat er tegenwoordig veel ruzie is in Uden. Wijlen Dr. Offermans, gehuwd met Juffrouw Boons, eene schoonzuster van den burgemeester, had drie kinderen, nl. een zoon, thans kapelaan te Cuijk, eene dochter, gehuwd met den olieslager Van der Putten te Uden, en eene ongehuwde ziekelijke dochter, wonende te Uden in het ouderlijk huis.

Oliefabriek Van der Putten (1907)Oliefabriek Van der Putten (1907)

Dr. Van Dijk is een zoon van den vroegeren secretaris van Uden; hij is een zwager van notaris Breda. Behalve Dr. Van Dijk is er nog een doctor in Uden, nl. Dr. Peters. De verhouding tusschen die twee medici is slecht. Mr. Hengst en Dr. Peters zijn zwagers; beide zijn gehuwd met eene Juffr. Spierings uit ’s Bosch. Sinds zij de nalatenschap van wijlen den Heer Spierings verdeeld hebben, zijn ze geslagen vijanden.

Het moreel der bevolking is goed; in 1901 kwam op 199 geboorten één onwettig kind voor. Van de 45 huwelijken waren er twee “gedwongen”. De raadsleden wonen over de geheele gemeente verdeeld: 2 wonen te Volkel, 1 te Kooldert, 1 te Duifhuis, 1 te Hoogstraat, 1 te Loo, 1 te Moleneind en 4 in de kom van Uden. Van de twee wethouders woont er 1 te Volkel en 1 in de kom; deze laatste woonde vroeger op de Hoeven, en ging eerst in den allerlaatsten tijd in de kom wonen. Bij raadsverkiezingen wordt er niet gewerkt met bier, borrels of sigaren.

In 1879 kocht de gemeente voor f. 55.000 de tiend van het Domein aan. Uit de jaarlijksche opbrengst is reeds lang het kapitaal gedelgd; daar schoot, behalve de rente zooveel over, dat de gemeente er twee scholen van kon bouwen en er een weg van kon aanleggen. Voor en na worden er tienden door verschillende eigenaren uitgekocht; in 1901 voor f. 800; in 1902 voor f. 2.000. De tiend brengt jaarlijks aan de gemeente nog ± f. 1.400 op.

Het oude Kruisherencomplex. Bron: Stichting Het Uden-archief van BressersKerk en klooster van de Kruisheren

Van de uitgestrekte gemeentegronden werden voor en na vele perceelen verkocht; deze brachten gemiddeld f. 150 per H.A. op, ze werden door de koopers meestal aangelegd tot hooiland; met behulp van stalmest en kunstmest kan men nu tweemaal ’s jaars hooien; de H.A. geldt gemiddeld voor wat de eerste snede betreft f. 100,- en voor de tweede snede f. 25,-. Uden heeft nog ruim 1.300 H.A. over, meestal heide, gelegen tusschen Volkel en Wanroij. Ik gaf den raad, om, met betrekking tot de ontginning, eens een algemeen groot plan te laten maken door de Heide Maatschappij.

Gemeente kreeg van Mr. Van Cooth een legaat van f. 40.000 en is nog bovendien erfgename. Ik wees B. en W. met nadruk op hun plicht, om de renten van al dat geld te gebruiken overeenkomstig de bedoeling van den erflater. Ik vernam, dat de kerk der Kruisheeren benevens een gedeelte van hun klooster bij het kadaster ten onrechte ten name staat van Uden; een andere gedeelte van het klooster staat ten name van het Rijk. De Kruisheeren zouden nu doende zijn om hun Klooster van het Rijk terug te krijgen. Ik raadde, om, zoodra de zaak met het Rijk geschikt is, ook vanwege de gemeente klooster en kerk aan de Kruisheeren terug te geven.

Fabriek van Coenen en SchoenmakersFabriek van Coenen en Schoenmakers

Men beklaagt zich zeer over de bedelarij. Een tiental gezinnen hoort in Uden tehuis en leeft in woonwagens van bedelarij. Bij kermis en derg. is dat volk zeer lastig. Ze zijn te lui om te werken, en betalen niets en niemand, hoewel ze wel geld hebben, maar dat liever in drank omzetten.

De kunstmeststoffenfabriek van Coenen en Schoenmakers werkt druk. Aanvankelijk opgericht door het hoofd der school in Zeeland (omstreeks 1882), werd het geld geschoten door Schoenmakers. Nu is het eene groote fabriek, welke de eigendom is van 4 gebroeders en 1 zuster Coenen, en van 3 Heeren Schoenmakers. Men vervaardigt niet veel kunstmest, maar heeft het zooveel te drukker met het mengen van de verschillende kunstmeststoffen.

De olieslagerij van v.d. Putten noemde men eene zeer belangrijke zaak. Men moest nogal eens verbaliseeren bij het voeren van de schouw over de Leijgraaf. De kantonrechter deelde hooge straffen uit; zoo kreeg het klooster der Brigittinen eene boete van f. 15. Men hoopte dat het zou helpen.

Het gaat de boeren veelal goed; ze wonen meestal op hun eigen en hebben hun plaats vrij. Ze maken wel boter, maar mesten vooral veel kalveren. Nu in den allerlaatsten tijd is er in de kom een klein boterfabriekje met handkracht opgericht, overigens wordt de boter op de boerderij gemaakt.

Post- en Telegraafkantoor in de MarktstraatPost- en Telegraafkantoor in de Marktstraat

Audientie verleend aan den Directeur van het telegraafkantoor Voorthuis, thans te Uden, vroeger te Oirschot. Deze, Protestant, klaagde over de Roomschen, die uiterlijk wel vriendelijk waren, maar eigenlijk toch niet met hem wilden te maken hebben. Daarna Mr. Hengst ontvangen, die mededeelde, dat de wet soms zoo slecht werd nageleefd; zoo had hij den burgemeester Van Boekel er niet toe kunnen brengen, om bij eene besmettelijke ziekte het kenmerk daarvan te doen aanslaan aan de woning van den lijder. Mr. Hengst kende geen wettelijk voorschrift, om in deze den burgemeester tot zijn plicht te brengen. Ik heb hem toen gezegd, dat hij zich tot mij had moeten wenden; dat ik dan den burgemeester wel onder handen zou genomen hebben.

Den 18 Maart 1905 kwam ik weer in Uden. Ik had tevoren Cuijk bezocht; reed vandaar op den trein te Haps, en spoorde toen naar Uden. Vandaar keerde ik per trein naar Den Bosch terug. Ik verleende audientie aan den kantonrechter Hengst, voorzitter van de gezondheidscommissie te Veghel. Hij had in die laatste qualiteit veel voldoening van zijn werk; de gemeentebesturen werkten aanvankelijk tegen, maar die tegenstand was nu gebroken en had voor vertrouwen plaats gemaakt. Hij had de voldoening, dat de gezondheidscommissie bepaald veel nut stichtte.

B. en W. deelden mij mede, dat aan de vele ruzies in de gemeente vrij wel een einde is gekomen. Van de raadsleden wonen er drie in de kom, drie te Volkel, een te Hoogstraat, een te Bitswijk, een te Kooldert, een te Loo en een te Duifhuis. De Uder markten zijn steeds druk bezocht; ze brengen veel voordeel aan de gemeente; er zijn er nog pas weer vijf bij ingesteld, die even druk zijn als de rest; vooral Belgische kooplui komen het vee koopen; zij koopen vooral vee van uitstekende qualiteit. In verband hiermede wees men er mij op, dat het reglement op de stierenkeuringen, ten gevolge waarvan de minwaardige fokstieren werden afgekeurd, zoo bijzonder goed werkte tot verbetering van het veeslag.

Ik heb B. en W. sterk aangeraden om een uitgebreid register van alle gemeente-eigendommen aan te leggen, waarin alle bijzonderheden omtrent cultuur, exploitatie, ontvangsten en uitgaven nauwkeurig worden oogeteekend. Eveneens gaf ik B. en W. in overweging, daarin gesteund door den Burgemeester, om het onderhoud van alle waterleidingen in eene hand te brengen en ten laste van de gemeente te nemen.

Pensionaat der Ursulinen Pensionaat der Ursulinen

Wegens overtreding van de leerplichtwet moesten enkele processen-verbaal worden opgemaakt. Bijzonder onderwijs wordt gegeven door de Ursulinen; deze hebben aan hare inrichting tevens een pensionaat verbonden. Herhalingsonderwijs valt nogal in den smaak; te Volkel meldden zich daarvoor 18 kinderen aan, te Uden 30. De bedelarij is wel minder dan vroeger; broodsgebrek wordt er nergens geleden. De armenfondsen zijn echter niet voldoende voor de bedeeling; de gemeente geeft een jaarlijksche subsidie van f. 1.600. De bekende fabrikant v.d. Putte is een broeder van den burgemeester van Deursen.

Burgemeester Thijssen, 1909-1929Burgemeester Thijssen, 1909-1929

Den 9 April 1909 kwam ik weer in Uden. Thijssen, de opvolger van v. Wijnaerden, wordt op 11 April als burgemeester geïnstalleerd; kwade tongen hebben hem belasterd; hij zou anticlericaal zijn, terwijl zijne verhouding tot zijne huishoudster tot praatjes leidde. Voor zooveel mogelijk moet ik die praatjes den kop indrukken, voordat zij den naam van den nieuwen burgemeester afbreuk doen.

Van station Oss ging ik per tram naar Uden; via Boxtel keerde ik later naar Den Bosch terug. Op het Raadhuis verleende ik audientie aan kantonrechter Hengst, die van het Kamerlid Van Vlijmen veel goeds over den nieuwen burgemeester gehoord had; aan den Brigadecommandant Van der Riet, sinds Augustus in Uden in functie, die niets dan lof had voor den geest der bevolking; en aan Hermans, lid van den Raad, tevens lid der Commissie van den ontworpen weg, om de parochies Loosbroek, Vorstenbosch en Vinkel aan harde weg te helpen; liefst 38 K.M.; de weg zou f. 265.000 kosten, waarvan de gemeenten 20% wilden bijdragen!

Ik heb hem niet veel hoop gegeven, dat er op die manier veel van de wegen kon terecht komen; m.i. moest men het er op aansturen, dat de gemeenten den weg betalen, en dat de provincie later onderhoudt; met het oog op haar weggeld heeft de provincie tegenwoordig belang bij een uitgebreid wegennet,

B. en W. deelen mij mede, dat dr. Van Dijk overleden is; in den lateren tijd had v. Dijk een assistent laten komen, Dr. Noppen; deze was tegenwoordig de groote man; alles liep naar hem toe. Dr. Peters is belast met de armenpractijk. Hengst is weder goede vrienden met zijn zwager, dr. Peters; uiterlijk, tenminste. Van de tiend, in der tijd voor 55 mille aangekocht, is voor ongeveer 2/3 afgekocht; de meeste groote boeren kochten in den loop der jaren af; de gemeente toucheerde tot nu toe 47 mille, zoodat die tiend voor Uden een voordeelige zaak is geweest.

De Heide Maatschappij is bezig een plan te maken voor de exploitatie der gemeentelijke bezittingen; als men het water kwijt kan raken, wil men beginnen met den aanleg van 100 H.A. grasland en eene groote hoeveelheid bosch; de uitgewerkte plannen moeten echter nog uit Utrecht komen. Jammer, dat al die gronden zoo ver van de kom liggen; ongeveer twee uur; daar woont geen God of goed mensch, daar in die afgelegen heide.

Uden kreeg in het geheel van den Heer Van Cooth ± 60 mille; de wethouders meenen blijkbaar te goeder trouw, dat de renten van dat kapitaal overeenkomstig de bedoeling van den gever, voor onderwijs enz. besteed worden.

De bedelarij neemt af; er zijn nog 5 gezinnen, die met woonwagens rondtrekken, en ’s winters in Uden komen overwinteren; men heeft daar van die menschen zoo goed als geen last; ook volgens den brigadecommandant der marechaussee.

Omtrent het onderhoud der waterleidingen kreeg ik den indruk, dat men in Uden het hek vrijwel aan den ouden paal heeft laten hangen, niettegenstaande het provinciale reglement. De Uder markten zijn nog steeds zeer druk; bij de laatste veemarkt stonden er 800 stuks vee aan de lijn; toch brengen die markten thans niet meer zooveel voordeel aan de bewoners als vroeger, omdat de marktbezoekers niet meer den heelen dag in de gemeente blijven hangen; om twaalf uur is er van zoo’n markt niets meer te bekennen.

Udense Kersenveilingen (ca. 1908)Udense Kersenveilingen (ca. 1908)

De Kersenbouw (zwarte en spaansche) neemt groote afmetingen aan; de kersenveilingen brengen vele vreemde opkoopers in de gemeente; de prijzen loopen van 10 tot 24 cnt. de K.G. Dat een boomgaard van nog geen H.A. f. 1.000,- rapporteert, is geene uitzondering. Er worden steeds meer kersenboomen geplant, kersenboomgaarden aangelegd.

Het station in Uden (ca. 1915)Het station in Uden (ca. 1915)

Ik maakte er B. en W. eene aanmerking over, dat op de secretarie twee zoons van den secretaris als ambtenaren zaten; de Heeren deelden mij mede, dat wijlen de Heer Van Wijnaerden dat had toegelaten, en er later grooten spijt over gehad had; toen kon hij er echter niets meer aan veranderen. Men was het heelemaal met mij eens, dat het verkeerd was. De wethouders deden mij uitgeleide naar het station; de secretaris kwam daar later ook nog.

Donderdag 13 Maart 1913 kwam ik weer in Uden. Vanuit Helmond reed ik per auto daarheen, langs de Zuid Willemsvaart en Veghel; langs denzelfden weg keerde ik naar Helmond terug; ik bracht toen nog een bezoek aan Beek en Donk. Bij mijn aankomst te Uden maakte het geen aangenamen indruk, dat de wethouders op de secretarie stonden en de burgemeester in zijn kamer was.

Burgemeester Thijssen had mooie bloemen laten komen, een reuzenbouquet anjers met seringen. Het vulde de tafel; ik moest het opzij zetten, omdat we elkaar anders niet konden zien. Hij had bovendien eene harmonie besteld, om mij eene aubade te brengen; ik trachtte die nog af te wimpelen, maar het ging niet meer; juist toen mijn boodschap van niet spelen beneden kwam, begonnen ze te blazen; ik heb mij toen in vredesnaam maar laten executeeren.

Gemeente kocht in 1879 den tiend voor f. 55.000; door verschillende eigenaren werd successievelijk voor f. 47.000 afgekocht; voor het restant krijgt gemeente thans van het Rijk f. 45.000. Het gemeentelijk bezit bedraagt ruim 1.300 H.A.; daarvan is 20 H.A. met bosch bezet; de rest ligt nog woest. Voor de ontginning van 130 H.A. broekgronden maakte de Heide Maatschappij een ontwerp, waarvan de kosten f. 40.000 zouden bedragen. Door moeielijkheden met de gemeente Zeeland en met den Heer Van Ophoven over de sloot, waarlangs die 130 H.A. ontwaterd moeten worden, bleef het plan tot nu toe onuitgevoerd. Sterk geadviseerd, dat men zich met Staatsboschbeheer in verbinding zal stellen.

Luchtfoto van stoomzuivelfabriek St. Henricus (ca. 1951)Luchtfoto van stoomzuivelfabriek St. Henricus (ca. 1951)

Voor legaat Van Cooth – f. 60.000 – heeft men eene slechte Muloschool; één onderwijzer voor drie klassen, met tesamen 15 kinderen, van welke slechts 7 uit Uden. Het gaat den boeren best; ze mesten nog veel kalveren vet, omdat daaraan zoovel verdiend wordt; boter wordt op de boerderij haast niet meer gemaakt, sinds er een stoomzuivelfabriek werd opgericht te Volkel, en een te Uden. De laatste is pas geopend; verwerkt thans 6 à 7.000 Liter; dat zal wel 12.000 Liter worden, tegen dat de boeren, die thans nog een contract hebben met Jurgens te Oss, daarvan vrij zijn.

Het getal Uder markten wordt steeds uitgebreid; thans weer met 3 paardenmarkten. Toch gaan ze achteruit, tengevolge van de Bossche markten. Ook de fruitteelt – kersen – neemt toe; jammer, dat in de jonge aanplantingen van kersenboomgaarden eene tot nu toe onbekende ziekte heerscht, waardoor heel wat boomen succombeeren; men neemt thans in een proeftuin allerlei proeven met verschillende soorten onderstammen, en enten van allerlei soorten kersen – Eysden, Mierlo, Uden – enz. om een kersenboom te kweeken, die van bovenbedoelde ziekte niet te lijden heeft.

Veemarkt in Uden omstreeks 1900Veemarkt in Uden omstreeks 1900

Omtrent het onderhoud der waterleidingen had burgemeester het verkeerde begrip, dat de aangelanders daartoe verplicht waren; ik heb getracht hem daarvan te genezen. Bedelarij is veel minder dan vroeger, ook die van de woonwagens. Op de secretarie werkt secretaris Hoefs met één zoon; deze laatste moet volgens Verdijk heel goed zijn; het secretariewerk zag er zeer goed uit.

Van den weg Vorstenbosch-Loosbroek-Vinkel zal wel niets komen; Uden wil een kapitaal aan provincie geven voor onderhoudskosten, en zich niet schikken naar de voorwaarden van het provinciaal reglement. Burgemeester Thijssen is een warhoofd, die iemand licht niet begrijpt, en dan maar op zijn eigen idee door redeneert. Herhaaldelijk en telkens weer werd hij door wethouder Hermans getikt, omdat hij mijne vragen niet begreep, en dan verkeerde antwoorden gaf. Hermans begreep mij zeer goed. De vele moeielijkheden, welke Thijssen heeft, moeten m.i. voor een groot deel daaruit – en uit ’s mans groote zenuwachtigheid voortspruiten. Het is wel jammer, en het is een ongeluk voor de gemeente!

Den 26 Juli 1918 bezocht ik vanuit Helmond per auto Uden en Beek en Donk. Het gaat helaas in Uden nog niet zoo als het gaan moet; de burgemeester is een warhoofd; hij weet geen leiding ten goede te geven. De administratie ter secretarie is heelemaal niet bij; vanuit Den Bosch gaan ontzaggelijk veel rappels naar Uden; de zaken en de menschen lijden onder de trage afdoening van stukken. Acht maanden waren noodig, om antwoord te krijgen op eene aanvrage om vergoeding wegens kostwinnerschap! Bakkers wachtten reeds 16 maanden op vergoeding van het Rijk wegens voorraden graan en meel, waarvan tegen verminderden prijs brood moet gebakken worden. De distributie is slecht geregeld, anders kon zooiets niet voor komen.

Burgemeester Thijssen (1909-1929), rechts,  bij de ontginningen. Links minister Kan. Burgemeester Thijssen (1909-1929), rechts, bij de ontginningen. Links minister Kan.

De burgemeester weet alles aan de ambtenaren; ik weet echter alles aan den burgemeester, die niet voldoende leiding geeft, en toezicht houdt. Wanneer de menschen hun werk niet af kunnen dan moet er meer personeel komen; maar het werk moet goed en regelmatig, en op tijd worden afgedaan. De gemeente wil een provisorium maken voor licht voor den aanstaanden winter; het distributienet is klaar; koper voor de leidingen is aanwezig. Terwijl het Gemeentebestuur daarmede bezig is, werpt zich een comite van zes ingezetenen op, hetwelk die taak van de gemeente wil overnemen en zich in de plaats wil dringen van B. en W. Echt Udensche toestanden, welke onmogelijk zouden zijn, wanneer B. en W. het vertrouwen van de burgerij hadden.

Door de vele tekort komingen van het Gemeentebestuur, hebben B. en W. dat vertrouwen van de ingezetenen verbeurd. Vandaar ook die strijd bij de Raadsverkiezingen, waarbij Raadsleden worden uitgeworpen, wethouders worden afgestemd. Het is in Uden een vrijgevochten land, waar de noodzakelijke leiding van het gezag ontbreekt. B. en W. hebben zich in contact gesteld met het Staatsboschbeheer, in zake de bebossching van een deel der gemeentelijke bezittingen; het is te hopen, dat er van die zaak iets terecht komt.

Den 23 Mei 1922 bezocht ik per auto vanuit Helmond de gemeenten Boekel en Uden. Het is weer misère met deze Burgemeester; hij liet niettegenstaande allerlei rappels – schriftelijk, telegrafisch, telefonisch – den Minister van Binnenlandsche Zaken een jaar op antwoord wachten inzake eene klacht over het niet-uitbetalen van gelden aan de burgerwacht (Cfr. mijn schrijven aan Binnenl. Zaken van 19 Mei 1922 A nr. 2/3 IV \Afd. Onderwerp Burgerwacht). Ik heb den burgemeester gezegd, dat hij nu de laatste waarschuwing kreeg; wanneer er weer iets van dien aard voorkomt, dan kan hij als burgemeester niet gehandhaafd worden.

De burgemeester van Boekel had mij heden geklaagd, dat burgemeester van Uden zijn woord niet hield: Boekel had met Uden afgesproken, dat Boekel eene gemeenschappelijke waterleiding zou vegen voor gezamenlijke rekening. Boekel had geveegd en kon nu van Uden al sinds anderhalf jaar geen geld krijgen. Aan de veiling werd voor f. 150.000 kersen geveild. De ziekte in de kersenboomen is veel minder.

Tarief elektriciteit licht: 70 cnt voor de eerste 200 K.W.U.; 60 tweede 200 K.W.U.; 50 cnt voor de rest. Voor kracht: 50 cnt voor de eerste 200 K.W.U.; 30 tweede 200 K.W.U.; 20 cnt voor de rest. Het is een tarief van eigen vinding. Van de PNEM wil men niets weten.

Stoomploeg waarmee gedeeltelijk de gronden in de ontginningen door de Heidemij werden geploegd (ca. 1909)Stoomploeg waarmee gedeeltelijk de gronden in de ontginningen door de Heidemij werden geploegd (ca. 1909)

Heide Maatschappij maakte voor gemeente een ontginningsplan van 140 H.A. 40 H.A. werden ontgonnen tot weiland; daarin zijn thans 80 beesten ingeschaard. Er werden 12 boerderijen gebouwd met Rijkssteun; 9 kregen f. 1.000 per H.A.; 3 f. 800. Iedere boerderij is ± 10 H.A.. Met den burgemeester ben ik die boerderijen gaan kijken; ze liggen in de Peelsche heide, oostelijk van Volkel; om er te komen volgden we den weg Volkel-Mill. De gewassen, vooral het weiland, leed blijkbaar sterk door de droogte.

Uden is daar ter plaatse bovendien bezig een terrein aan te leggen voor de stichting van een nieuw dorp van ± 40 woningen, met een terrein voor kerk, school enz. Er waren ± 60 menschen bezig het terrein te egaliseeren, wegen te traceeren, waterleidingen te graven, duikers te leggen enz. enz. Het is een plan van de Heide Maatchappij; wel wat grootscheeps opgezet voor Uden. Ik ben zeer benieuwd, wat daarvan terecht komt. Het was voor mij eene warme wandeling, bij sterken zon, geen wind, zeker 85 gr in den schaduw, minstens 2½ uur.

 

Reacties (19)

Cor van den Broek. (Bruukske) zei op 6 juli 2017 om 11:46
Vreemd, dat Burgemeester Thijssen, een warhoofd, het toch nog twintig jaar heeft volgehouden. Ruzie maken met buurgemeenten en totaal geen leiderschap. Je zou zeggen dat de provincie en/of het rijk wel eerder ingegrepen zou hebben. Of zou het zijn dat hij enkele hooggeplaatste vrienden had op die plaatsen. Het is natuurlijk helemaal bizar te noemen dat deze Thijssen na zo'n 70 jaar, in Uden, ook nog geëerd werd door een straat naar hem te noemen. Ik denk dat de ambtenaar die in de jaren negentig, verantwoordelijk voor het benoemen van de nieuwe straten, niet geweten heeft van het feit dat de straat genoemd is naar een hele slechte burgemeester uit onze geschiedenis.
Maarten van den Elzen zei op 6 juli 2017 om 14:02
De foto van het huidige Kruisherenklooster en Kapel (o.L.V. ter Linde is hier niet op zijn plaatst. Dit gebouwencomplex is gebouwd in 1904/1905. In 1902 stond er het voormalige klooster (met de oude kapel voor O.L.V. ter Linde uit de veertiende eeuw) het Kruisherenklooster (17de eeuw) en de achtkantige kapel (eveneens voor O.L.V. ter Linde uit de 18de eeuw. Meer dan jammer dat dit fraaie en interessante complex afgebroken werd aan het begin van de vorige eeuw. Monumentenzorg werd opgericht in 1875...maar helaas....
Rien Wols
Rien Wols bhic zei op 19 juli 2017 om 10:19
@Maarten van den Elzen: soms moet je roeien met de riemen die je hebt: we hebben geen foto's van het oudere complex dat u noemt, en dan hebben we uiteindelijk liever wel dan niet een plaatje :-) Maar dankzij uw reactie is de lezer nu wel gewaarschuwd, dat hij niet naar dezelfde kerk met klooster kijkt, als waar de Commissaris het in de tekst over heft.
bob pfaff zei op 22 juli 2017 om 09:53
Rien, een vraag, weet jij wanneer door wie en waarom het huis van dokter Grimbergen precies is gebouwd.

Wat ik weet is dat voor dokter Grimbergen dokter Schaab er heeft gewoond. daarvoor Burgemeester Buskens, en daarvoor dokter van Dijk. Buskens was de schoonzoon van dr. van Dijk.
Het huis is eind 18e begin 19e eeuw gebouw met 1 bouwlaag, tussen 1860 en 1870 is er een bouwlaag op gekomen en in 1890 is er aangebouwd.
zijn er nog originele bouwtekeningen en vergunningen in te zien??
Annemarie van Geloven
Annemarie van Geloven bhic zei op 24 juli 2017 om 11:23
Beste Bob, dit is na te gaan in Kadaster Archiefviewer, het digitale rijkskadaster dat u in de studiezaal van BHIC in Den Bosch kunt raadplegen. Als u nog meer informatie heeft, neem dan even contact met me op via info@bhic.nl
In het archief van het gemeentebestuur van Uden zie ik geen informatie over een dokters- of burgemeesterswoning. Als het een particuliere woning geweest is, zijn er van vóór 1901 geen tekeningen te vinden in het archief, daarna mogelijk van verbouwingen.
bob pfaff zei op 24 juli 2017 om 16:18
Annemarie, wat ik nog heb gevonden is dat de woning tussen 1811 en 1831 eigendom was van Dokter Cornelius van Wielen, afkomstig uit Schaik. Deze was dokter in Veghel tot 1810. in die tijd was de straatnaam niet onze lieve vrouwe plein maar Kapelstraat. Kapelstraat 139 om precies te zijn. We zoeken verder

gr bob
Barbara van Dijk zei op 25 juli 2017 om 11:46
Mijn grootvader, Janus van Dijk, was koetsier van dokter Van Dijk en woonde met zijn gezin in het achter de villa liggende koetshuis. Over het uitrukken met paard en wagen van de dokter bij nacht en ontij, vertelde mijn vader (geboren in 1898) graag. Later vervoerde opa Janus de dokter per automobiel. Ook mijn oudste broer Jan (geboren in 1925) mocht zijn opa wel eens vergezellen op nachtelijke tochten.
bob pfaff zei op 25 juli 2017 om 12:06
Barbera, wat was de achternaam van jou Oma de vrouw van janus
Barbara van Dijk zei op 25 juli 2017 om 12:15
Dag Bob, mijn oma van vaders kant heette Maria Eichelsheim. Haar vader was Christoff Eichelsheim. Mijn vander heette eveneens Christoffel.
Annemarie van Geloven
Annemarie van Geloven bhic zei op 25 juli 2017 om 13:19
Wat een leuke reactie, Barbara! Mocht je nog verhalen van je vader weten, laat ons meegenieten.
Barbara van Dijk zei op 25 juli 2017 om 13:25
Dag Annemarie, Mijn vader was erg goed in verhalen vertellen en wij genoten daar erg van als kinderen. Echter, hij was er ook heel goed in om zo'n anekdote een beetje naar zijn hand te zetten en wellicht maakte hij zijn eigen rol erin extra spannend!
Annemarie van Geloven
Annemarie van Geloven bhic zei op 25 juli 2017 om 13:40
Dan worden ze nog leuker! Onze ouders hadden vroeger allemaal een spannende verteltrant, dus daar kijken we wel door heen. Dus laat ons vooral meegenieten!
Barbara van Dijk zei op 25 juli 2017 om 13:57
Mijn vader vertelt:
Mijn vader was reclameschilder en letterzetter, een beroep wat tegenwoordig niet meer bestaat. Hij was een kleine zelfstandige met zijn werkplaats aan huis. Mijn vader was een echte vakman: hij kon letters schilderen uit de losse pols, zowel in gotische- als druk- en schrijfletters. Ook kon hij prachtig 'marmeren'. Later is mijn vader in loondienst gaan werken voor De Oosthoek, het wegenbouwbedrijf van de familie Louwers in de Sationsstraat.
Vaak werd mijn vader geroepen voor klusjes in de Petruskerk (voor pastoor De Louw). Dit keer werd hij geroepen voor een klusje hoog op de toren van de kerk. Volgens de overlevering moest mijn vader het haantje van de toren opnieuw voorzien van bladgoud, hij wekte de indruk dat hij daarvoor de torenspits beklommen heeft, maar dat betwijfel ik. Maar goed, voordat mijn vader aan de klim begon moest er eerst een borreltje gedronken worden om moed te verzamelen en op de goede afloop. Alles ging goed en van blijdschap hebben mijn vader en meneer pastoor toen de fles maar helemaal soldaat gemaakt. Mijn vader kwam stomdronken thuis, zonder een cent te hebben verdiend. De rekening was met het borreltje voldaan! Mijn moeder was woedend en riep : '" als ge nou nog inne keer vur dieje rotpastoor gaat werken ga ik van oe scheien!'.
Blijkbaar was het al vaker gebeurd.....
Luciën Bressers
Luciën Bressers zei op 25 juli 2017 om 14:27
Hoi Rien, je geeft aan dat je geen foto's hebt van het oude complex van de Kruisheren. Omdat het via dit scherm niet mogelijk is om bijlagen mee te sturen, za ik je per email enkele foto's doorsturen. Groetjes Luciën. Bronvermelding: Stichting Het Uden-archief van Bressers. www.udenarchief.nl
Annemarie van Geloven
Annemarie van Geloven bhic zei op 25 juli 2017 om 14:47
Dat is erg aardig van je Lucien, ik zal het aan Rien doorgeven.
Rien Wols
Rien Wols bhic zei op 26 juli 2017 om 08:54
Dank voor de foto's Luciën! Ik heb de gewraakte foto vervangen door een van het oude complex. Dat zal Maarten van den Elzen ook deugd doen :-)
Annemarie van Geloven
Annemarie van Geloven bhic zei op 26 juli 2017 om 10:10
Barbara, leuk dat je ons het eerste verhaal uit de oude doos verteld hebt. Je ziet het als lezer helemaal voor je. Saai was je vader niet, maar met zo'n beroep moet je ook creatief zijn..
We zijn benieuwd naar het volgende verhaal.
Peter van de Kerkhof zei op 24 oktober 2017 om 17:25
In het stuk wordt gesproken van de aankoop van ""de tiend, in der tijd voor 55 mille aangekocht". Ik ken een tiende als een vorm van belasting of vergoeding, maar wat is dat in dit geval?
Rien Wols
Rien Wols bhic zei op 25 oktober 2017 om 11:50
Dag Peter, in dit geval is het nog steeds het recht om een bepaalde heffing op te leggen en de inkomsten daaruit te innen. Tienden waren inderdaad oorspronkelijk een soort belasting, namelijk een heffing ten behoeve van de bouw en onderhoud van een kerk en van de bijbehorende geestelijkheid. Het was dus een kerkelijke heffing, maar in latere tijden waren er ook wereldlijke machthebbers die over het tiendrecht beschikten. Dat kon zijn omdat er tienden geheven werden op nieuw ontgonnen land (novale tienden) (de landsheer was in principe “eigenaar” van alle woeste gronden). Ook zijn veel kerken door wereldlijke personen gesticht. De kerkstichter beschouwde zich ook als rechthebbende op de aan 'zijn' kerk te betalen tienden, uit de opbrengst waarvan hij een gedeelte bestemde voor het ondehroud van de kerk en pastoor.
Die kerkelijke rechten zijn uiteindelijk door de wereldlijke overheid geconfisqueerd en ondergebracht bij Domeinen. Blijkbaar heeft de gemeente Uden die rechten overgenomen van Domeinen en ze dus een aantal jaren voor eigen rekening geïnd. Aan het fenomeen tiendrecht is een einde gemaakt door de Tiendwet van 1907.
Heb je hier wat aan?

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.