skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic
Menu
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic

De Heilige linie: een vrijmetselaars-neurose

In het verhaal De Hemel boven Eindhoven berichtte ik iets over de wijze waarop de beroemde neogothicus Pierre Cuypers zijn ontwerp-opdracht voor de bouw van de Sinte Katrien verwierf uit handen van een geïmponeerd Eindhovens kerkbestuur. Piet – ik blijf de Roermondenaar spijts zijn talenten en verdiensten gewoon Piet noemen – wilde de torenfaҫade van Eindhovens’ dekenale kerk niet westwaarts richten, maar oostwaarts.


De achterkant van de Catharinakerk, foto Dick Bakker


Met het front, waarboven de klokken luiden en de lijkstoeten hun laatste gang plegen te gaan, aan het Statumseind. Dat front pleegt, als het even kan, westelijk te liggen: het westen, de richting van het wereldse en imperfecte, zelfs zondige. Nu dat Stratumseind vaak een scéne oplevert van dronkenmansgetier en geweldplegingen is deze kerkschip-richting dus nog niet eens zó misplaatst. Maar was dat de bedoeling van de Roermondse bouwheer?
Gaat heen naar het westen en doe u daar als vrijmetselaar kennen.

Dat is de slotgroet van de voorzittend meester als hij plechtig de loge sluit na verrichte tempeldienst bij de vrijmetselarij. Die groet wijst op de oriëntatie van Salomos’ tempel in het heiligdom dat deze koning in het Jerusalem deed oprichten. Die tempel was met de plaats waar de gebedsrollen waren veiliggesteld in het tabernakel, oostwaarts gericht.

De joden kennen het oosten, zoals vele semitische religies uit het Midden Oosten, als de heilig baken. Waar het Licht der Wereld pleegt op te gaan. Het katholicisme heeft veel Judaïsche tradities overgenomen in de geloofsleer en eredienst. Het hoogaltaar behoort in het oosten te liggen. Soms kan het niet, wegens planologische of geologische zwarigheden. Dan hoeft het niet. De kerkrichting oostwaarts is geen Wet van Meden en Perzen. Dat is zij nooit geweest. Cuypers wist dat. Hij handelde er naar. Hij richtte het priesterkoor van zijn Sinte Catharinakerk niet naar het oosten.

Miskende Cuypers de Heilige Linie?

Natuurlijk niet. Hij wist goed dat ze niet plichtmatig was. Hij deed, zoals ik in mijn bijdrage aan BHIC weergaf. Mijn aandacht werd terstond gevestigd op het boekje “Trotse burgers, Cuypers en de Sint Catharina-kerk. Speciale uitgave ter gelegenheid van het 150-jarig jubileum van de Sint-Catharinakerk te Eindhoven”, verlucht met vele afbeeldingen. Waaronder de grondplannen en de richtingsalternatieven die de Roermondse kunstenaar opperde. Ik kende die uitgave natuurlijk niet, zo werd geopperd. Deze publicatie ken ik zeker. Die alternatieven ken ik ook. Het verhaal dat de Nederlandse Bisschoppen de "Heilige Linie" verplicht hadden gesteld, met oriëntatie, van het hoogaltaar en priesterkoor, dat ken ik óók. Dat staat in dit boekje. Vandaar de referte, vermoed ik.

Dus het voorschrift dat dat altaar en de apsis waarin het gesteld is met het tabernakel naar het oosten moeten liggen. Maar dat het kerkbestuur van de parochie daar uiteindelijk niet toe besloot. Ik zei in mijn bijdrage: het kerkbestuur wilde die oriëntatie, Cuypers wilde die niet. Dus precies omgekeerd. Wilde Cuypers de bisschoppen tarten?

De bisschoppelijke macht in Nederland tijdens de negentiende eeuw

De kerkelijke hiërarchie werd in 1853 hersteld in de Noordelijke Lage Landen. Hersteld: de Heilige Stoel gebruikte dat voltooid deelwoord opzettelijk. Ze wilde zeggen: wij in Rome restaureren de situatie zoals die in 1559 had behoren te zijn. De kerkelijke organisatie was toen opnieuw ingericht met onder meer bisschoppen in Den Bosch en Roermond. En een aartsbisschop in Utrecht. De bul, waarin Paus Pius IX dat deed, was niet erg diplomatiek gesteld. Hij geselde de protestanten als ketters. Hij noemde het Huis van Oranje usurpatoren. Terwijl de katholieken destijds echt wel voorzichtig moesten zijn. Ze bleven tweederangs burgers.

In 1559 waren de bisschoppen topambtenaren geweest van de Koning van Hispagniën in Madrid, Philips II. Ze hadden onder meer taken bij belastingheffingen. En bij de bevolkingsregistratie. Ook op waterstaatkundig terrein dacht Philips ze in te schakelen. Ze hadden aanvullende wetgevingsbevoegdheid. In 1853 voer dus een schok door Nederland. Werd de geschiedenis nu herhaald? Waren die nieuwe bisschoppen soms óók nog eens wereldlijke gezagsdragers? Het moest niet mogen!

Den Haag wist niets van de bul. Het voelde zich geschoffeerd. Willem III was woedend. Thorbecke, minister van binnenlandse zaken, kon meteen ophoepelen. De hele negentiende eeuw door was die machtsaanmatiging van bisschoppen een heikel punt. Konden bisschoppen ook nog eens planologische besluiten nemen? En besluiten over de inrichting van het onderwijs? Hadden ze de publieke gezondheidszorg tot hun taak? In België was dat zo.

Daarom was Cuypers’ beslissing de Eindhovense Katrien niet te oriënteren destijds een in het oog lopend punt. Dat was anders dan de bisschoppen aanbevalen. Sloeg hij een plichtmatig voorschrift van de aartsbisschop te Utrecht in de wind?

Piets staatkundige zuiverheid in de leer

Piet wist heel goed wat de bisschoppen vermochten. Zij konden in geen enkel opzicht verplichten tot de oriëntatie. Dat hoort noch tot hun wijdingsmacht noch tot hun administratiefrechtelijke gezag. Ze konden voorstellen als een loffelijke gewoonte.

Maar zelfs dat hebben ze niet gedaan. Want ook in de middeleeuwen bestond deze gewoonte niet in de Lage Landen, waarover de bisschoppen van 1853 bevoegd werden ingevolge de bul van Pius IX. Die paus was niet erg gevoelig voor politieke verhoudingen. Hij wist niet veel van de wordingsgeschiedenis van Nederland, vooral niet van de scheiding tussen “kerk” en “staat” die zich daar ontwikkelen ging. De bouw van een kerk was daar altijd een burgerlijke aangelegenheid geweest. Er zijn dan ook nogal wat middeleeuwse kerken in Nederland niet georiënteerd. Dat hing meer van het stadsplan af. Daar had Rome niks over te zeggen.

Wie de oriëntatie een aanbevelenswaardige lengterichting vond ingevolge een West-Europese traditie die door de vrijmetselaars is ingezet was de Amsterdamse katholieke emancipator Joseph Alberdinck Thijm, hoogleraar aan de Amsterdamse Academie voor Kunsten. Thijm was een echte Amsterdammer, die van Brabant niet veel begreep. Hij was de schoonvader van Piet Cuypers. Hij vond echter dat bouwstijlen van bedehuizen een leken-aangelegenheid waren. Hier hadden priesters niets over te vertellen. Dat is echt Hollands.

Wat vond het kerkelijk gezag van de Heilige Linie?

Maar Mgrs Zwijsen en Schaepman die destijds het aartsbisschoppelijk gezag uitoefenden hadden grote bezwaren tegen een maçonnieke gewoonte, aangezien destijds de vrijmetselarij verboden was door het concilie van Trente. Het was een geheime organisatie, die de leden verplichtten de vrijmetselaarsgeheimen niet te openbaren, ook niet in de biechtstoel. Verder bestreden de vrijmetselaars in 1850-1870 de Paus als wereldlijk heerser over de toen nog uitgebreide kerkelijke staat. In 1870 namen ze Rome in. Dat was natuurlijk onacceptabel voor de katholieke kerk. Dat is het eigenlijk nog. Alleen is het deelnemen aan de vrijmetselarij tegenwoordig geen zonde meer. Dat is besloten tijdens Vaticanum II. De vrijmetselarij is nog steeds verdacht binnen de kerk.


De foto laat de noodzaak zien van een opgekrikte Katrien,

Foto Michel Teeuwen


Ik ga op de kwestie in, in het boekje "Strijp, niet van gisteren" en uitvoeriger in het boek "De (Sint) Laurens, stadskerk van Rotterdam". In beide gevallen was de oriëntatie van priesterkoor en hoogkoor niet volledig mogelijk zoals Thijm die zou hebben gewild. Bij de middeleeuwse Laurens niet, omdat dan koor en altaar zouden hebben gelegen in een bekken van het afwateringsgrachtje "Het Amsterdamse Veer" bij het kerkeiland waarop de Rotterdamse Laurens zou liggen. Bij de negentiende eeuwse Strijpse Trudo niet, omdat dan de kerk schuin op de wegas kwam te liggen van het Strijpse Zandpad. Het eerste wilde het Hoogheemraadschap Schieland niet. Het tweede wou de Strijpse gemeenteraad niet. Die wilde niet dat het hele kerkhof geroerd, geruimd en geseculariseerd zou worden.

Het is jammer dat het aangepaste ontwerp van Cuypers, waarbij altaar en koor tóch aan het Stratumseind komen te liggen mét handhaving van de torens daar in de lijn van de gevelwanden niet is doorgegaan. De middenstanders van Eindhoven wilden dat. Als de kerk uitging, zouden de bierhuizen, restaurants en koffietenten dan veel klandizie krijgen. Want de hoofdingangen zouden aan die winkelstraat liggen. Dat snapte Cuypers. Die aanpassing, mét torens en hoofdingangen oostwaarts zou nog uitzonderlijker zijn geweest dan de kerk nu al is.

Cuypers vond niet echt sjiek de echte reden op te geven waarom de frontzijde met hoofduitgangen aan het Stratumseind kwamen. Vanwege de inkomsten voor de winkels en neringen. Er was destijds geen zondagssluiting. Net als nu. Cuypers kwam met een verheven zwamverhaal. Over de bovenzinnelijke reden waarom, op het kleinsteeds perceel, niet georiënteerd kon worden. Om te pesten. Dat had hij wel vaker. Victor de Stuers, zijn vriend, die hem de bouw van het Amsterdams Centraal Station en het Rijksmuseum gunde als topambtenaar bij monumentenzorg deed dat ook graag. Ze vonden dat wereldlijke overheden zich nooit mochten bemoeien met katholieke bedehuizen. Ook kerkbesturen eigenlijk niet.

Toen Piet begon aan zijn moeilijke metier in protestants sceptisch Nederland, durfde hij niet zo op zijn ponteneur te staan. Later, toen hij ten hove was beproefd en houdbaar bevonden – hij mocht de koninklijke ridderorden zelfs ontwerpen! – kwam hij wat strijdbaarder voor het voetlicht. Zoals in Eindhoven, waar hij zowel kerk- als gemeentebestuur tarten dorst. Het opkrikken van zijn stadskerk had hij toegejuicht. Ook vanwege de fluit en de duit. Commercieel dacht Piet wel.

Reacties (1)

Pierre Cuypers zei op 30 maart 2024 om 02:26
De man heette Pierre; dat is een Limburgse naam. Het verhollandsen tot Piet is beledigend voor mensen die in die tijd liever bij België wilden horen. De benaming doet niets af of toe aan de prestaties en intenties van de architect. Ergo, er zit ergens een pijnpunt bij de schrijver dat kennelijk "ad personam" (ofschoon de man al lang dood is) afgereageerd moet worden. Kom eens tot ratio, Gradje.

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.