Ik schrijf dit naar aanleiding van het verhaal van rijksarchivaris Jan Sanders over de speurtocht naar een boerderij in Groot Linden. Inderdaad is deze plaats in de grote plas verdwenen, helaas!
Het was reeds lang bekend, dat deze plaats waarschijnlijk een archeologisch belangrijke site kon zijn, maar de ROB toonde geen belangstelling, ook niet na melding bij de provinciale archeoloog.
Dr. C.R. Hermans beweerde in 1864, dat hier een tempeliersklooster gestaan heeft, omdat hij vijf zogenaamde Jacobakannetjes had gekregen, die hier in de buurt gevonden waren. Hij zegt ook dat hij ter plaatse een oude schans had gezien, vierkant in haar wallen en grachten. Deze behoorlijke verhoging in het landschap werd door de plaatselijke bewoners "de Hoge Renning" genoemd.
Ter plaatse heb ik uit molshopen e.d. in 1987 een doos vol steengoedscherven opgeraapt, waarvan de datering zo tussen de 14e en 15/16e eeuw kan worden gesteld (determinatie met hulp van Jan Thijssen, stadsarcheoloog van Nijmegen). Er is ook tijdens de ontgronding geen enkele natuursteen- of baksteenrest te voorschijn gekomen.
Martien Koolen uit Grave heeft wel vastgesteld, dat hier een dubbel rechthoekig grachtenstelsel heeft gelegen, waarin scherven voorkomen uit eind 13e en begin 14e eeuw. Een tempeliersklooster kan het dus nooit geweest zijn, want die orde is 1312 door Paus Clemens V opgeheven. Vervolgens zijn vele Tempeliers in 1314 op de brandstapel terecht gekomen. Prof L.P. Louwe Kooijmans heeft ter plaatse wel onderzoek gedaan naar een dieper gelegen neolithische site en daarover gepubliceerd.
13-10-1307 werden de meeste tempeliers gearresteerd. In 1314 werd de laatste grootmeester Jaques de Molay op de brandstapel gezet. Daarnaast ca. 40 overige tempeliers.
a-archeoloog
zei op 19 juli 2015 om 03:29
De plaats waar de Tempeliers klooster gestaan heeft ligt nu in handen van beide amateur archeologen Jo de Wit en Martien Koolen uit Grave.
Beiden hebben alles in kaart gezet, gefotografeerd en de vondsten verzameld, aan sporen hebben zij op kaart gezet fundament van kloostermoppen van een gebouw, stenen verzameld en opgeslagen. Een aanlegsteiger of brug van houten palen, aangespitste palen verzameld en opgeslagen. Uit de gracht en aan de oever van de gracht veel steengoed scherven, merendeel uit de 13e - 14e eeuw en zelfs kano peddels hebben zij tussen de steigerdelen kunnen bergen door de voortschrijdende ontgronding.
Al om al, het tegendeel is nooit bewezen dat hier geen Tempeliers klooster gestaan kan hebben, wat wel jammer is dat Kees niet meer energie heeft genomen de twee eerder genoemde archeologen te helpen met hun onderzoek.
Omdat buiten hun activiteiten om toch nog een heel hoop verloren is gegaan.
Kees Wijnhoven
zei op 13 december 2016 om 17:21
Vreemde reactie van "archeoloog" (naam?) Bij dezen bevestigt deze archeoloog, dat de gevonden scherven meerendeels uit de periode 13e - 14e eeuw komen, dus dat hier gèèn tempeliersklooster gestaan heeft!
Zelf heb ik later op de oeverversteviging door de firma Smals bakstenen gevonden met het uitzonderlijke formaat 6.7 x 11,5 x 24,5 cm, die een "aanwijzing" zijn voor een gebouw uit de 15e eeuw. Wanneer hier eerder een tempeliers klooster gestaan heeft zouden er natuursteen brokken moeten zijn en die heb ik in ieder geval niet aangetroffen. In de 13e eeuw uit de tijd van de tempeliers bestonden in dit deel van Nederland gèèn steenovens
Kees Wijnhoven
zei op 13 december 2016 om 17:31
Sorry, Het verslag van Martien Koolen vermeldt scherven uit de 14e en 15e eeuw, zoals ook mijn bevindingen waren. Dus hierboven niet goed aangegeven!
Martien Koolen uit Grave heeft wel vastgesteld, dat hier een dubbel rechthoekig grachtenstelsel heeft gelegen, waarin scherven voorkomen uit eind 13e en begin 14e eeuw. Een tempeliersklooster kan het dus nooit geweest zijn, want die orde is 1312 door Paus Clemens V opgeheven. Vervolgens zijn vele Tempeliers in 1314 op de brandstapel terecht gekomen. Prof L.P. Louwe Kooijmans heeft ter plaatse wel onderzoek gedaan naar een dieper gelegen neolithische site en daarover gepubliceerd.
