
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
![]() |
Amerikaanse paratroopers van de 101st Airborne Division fouilleren krijgsgevangen genomen Duitse Fallschirmjäger, 18 sept. 1944 (NIMH, fotonr. 2155_500384) |
Iedereen rent op ze af, omhelst hen. Vanuit een raam krast een oude naald het Wilhelmus naar buiten. Iemand zingt huilend mee, anderen vallen in. Terwijl wij de bevrijding vierden, hoorden we de kanonnen bulderen langs Hells Highway.
Ik liep, als jochie van twaalf, langs café Waldeslust. Tijdens de bezetting mochten burgers niet in dat door Duitsers bezochte café komen, maar die waren verdwenen. De naam was al overgeschilderd; de buurt plunderde het café. Buurman de Rode duwde een kruiwagen met een biertap, anderen sjouwden met stoelen, een radio.
Op het trottoir lag een gewonde Duitse soldaat. “Laat maar liggen. Wij zorgen wel voor hem”, riep iemand grijnzend. Om de soldaat verzamelden zich mensen. “Sla ‘m kapot!” riep buurjongen Hendrik. Opgejut door de menigte hief Hendrik zijn buitgemaakte spa. Mijn vader was ondertussen ook komen kijken. Hij pakte Hendrik de spa af. “Wil je net zo worden als de Duitsers?” riep hij en liep naar de Duitser, een jongen van een jaar of zestien die hem met grote angstogen aankeek. “Bitte, lass mich leben!” “Haal wat te drinken!” riep mijn vader. Het werd stil; het ratelen van verre machinegeweren was nu hoorbaar. Een van de net nog schreeuwende mannen kwam met een fles bier aanlopen. Hij keek om zich heen of de omstanders niet boos werden als hij een Duitser hielp. Iedereen zweeg. “Hier, de Wind. Eigenlijk jammer van het bier, maar ja…” “Danke”, stamelde de jongen. Mijn vader ging bij hem zitten, veegde het bloed uit zijn gezicht en ondersteunde zijn hoofdtot hij werd opgehaald.“Pa, waarom help jij een Duitser? Het zijn toch rotzakken? Ze hebben opa en oma en oom Gideon vermoord.” “Omdat jij er ook had kunnen liggen. Ergens wacht net zo’n vader als ik. ’t Is maar net aan welke kant je moet vechten.”
![]() |
Leden van de Partizanen Actie Nederland brengen een NSB-er op (Foto: Ben Postema. Bron: collectie RHCe, fotonummer 64757) |
De volgende dag belden PAN-mannen bij weduwe Boorstra aan. “Doe open, we komen Oene halen.” Ik kende Oene goed. Hij liet ons wel eens meerijden op zijn motor met zijspan. Gisteravond had ik hem het huis van zijn moeder binnen zien sluipen. Een paar jaar geleden had hij zich gemeld voor de Nederlandse SS. Om tegen het bolsjewisme te vechten. Hij had het Oostfront overleefd. Oene kwam naar buiten. Omstanders grepen hem beet, begonnen te schoppen en te slaan. Mijn vader kwam ook kijken. “Waarom doe je nou niks, Pa?” “Oene heeft hier zelf voor gekozen. Hij moést niet gaan vechten voor de Duitsers. Dat is het verschil.” De PAN-mannen namen de bloedende Oene mee.
Jaren later, toen ik wist wat mijn vaders familie had meegemaakt, dat hij zelf voor zijn leven had gevreesd, begreep ik pas hoe bijzonder het was dat juist hij een gewonde Duitse soldaat had geholpen en beschermd. Hij wist wat haat en hetzes teweegbrengen. Ik had bij de bevrijding van Eindhoven geleerd wie schuldig kan zijn en wie niet.
Bron: Ger de Wind, Oorlogsverhalen uit Eindhoven en de rest van de Wereld. Ze staan in mijn geheugen gegrift want ik heb ze zelf meegemaakt, Eindhoven 2019