Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Beide partijen waren tweeëntwintig man sterk. Plaats van handeling was de besneeuwde Vughterhei, op korte afstand van de stadsmuren van ’s-Hertogenbosch. Het duel was bepaald geen spelletje: er vielen nogal wat doden, onder wie de beide aanvoerders.
Aan Bossche kant sneuvelden er nog vier man, aan Staatse zijde nog eens zeventien, allemaal Franse militairen. “Lekkerbeetje” (dat betekent: lekkerbek, "snoeper", maar ook wel "snoever") werd al vrijwel direct dodelijk getroffen door een pistoolkogel. Charles de Bréauté werd, nadat hij zich had overgegeven, alsnog door een aantal soldaten vermoord.
Het gevecht werd door meer dan 500 toeschouwers bijgewoond. Er zijn dan ook verschillende getuigenverklaringen bewaard gebleven. Hieruit enkele fragmenten:
“De Bréauté had een grote pluim op zijn helm. Ook op het hoofd van zijn paard was zo’n pluim en om de hals hing een grote, groene sjerp. Van Houwelingen, de luitenant van Grobbendonck en aanvoerder van de vijandelijke ruiters, had een grote rode sjerp om zijn middel.
Toen beide partijen aanvielen, ging de Bréauté recht op de luitenant af, die bij die eerste aanval al dood bleef, samen met zijn broer en met zijn zwager. Van de zijde van de Bréauté sneuvelden bij dat eerste treffen zijn kwartiermeester Hugo Plisson en de Bahubert.
Hijzelf reed dwars door de vijandelijke linie heen, keerde terug om opnieuw een charge uit te voeren, maar daarbij werd zijn paard dood geschoten. …
De Bréauté vocht te voet verder met zijn degen en deed alles wat hij kon om zich te verdedigen. Maar een paar van zijn mensen sloegen op de vlucht. De eerste die dat deed was kapitein la Pierre, die later overliep naar de vijand. Na hem sloegen ook le Tarte, Beaurou en Champaigne op de vlucht. …
Terwijl de Bréauté nog te voet vocht, vluchtte du Lyon ook weg. Toen de Bréauté dat zag riep hij: ‘Schurken, jullie laten me in de steek?!’ En de getuigen riepen: ‘Lafaards, kom terug!’, maar de anderen gingen er vandoor. Mijnheer de Bréauté gaf zich daarna over aan een ruiter uit het vijandelijke kamp, op voorwaarde dat men hem het leven zou sparen.
De trompetter van de vijand zei tegen mijnheer de Bréauté dat kapitein Grobbendonck voor hem een avondmaal zou bereiden met allerlei soorten wildbraad. Op weg naar de stad, voorbij een paar duinen, kwamen ze een groep voetvolk tegen, zo’n dertig tot veertig man. De kornet van kapitein Grobbendonck, die te paard was en een zwarte mantel droeg bij wijze van sjerp, vroeg aan de Bréauté : ’Bent u de Bréauté?’ En toen die bevestigend antwoordde, zei de kornet: ‘Handen omlaag! Geef je over! Sla hem dood! Sla hem dood!’
En hij trok zijn degen en sloeg hem. Toen zei mijnheer de Bréauté: ’Mijnheer, sla mij niet dood als een lafaard, maar geef mij wapenen, zodat ik mij kan verdedigen. Ik sta niet bekend als een lafaard.’ Maar de kornet en de andere ruiters van de vijand die bij het gevecht waren geweest, stortten zich op hem, brachten hem veel wonden toe en vermoordden hem ter plaatse. …"