Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
De twee schilders namen huis voor huis onder de kwast. Ook al waren die twee een paar huizen verder aan het werken, bij Door stond de koffie altijd klaar. Frans had een plan dat hij met zijn maat Tum besprak. Als Door in de buurt was en de twee ervan verzekerd waren dat Door het goed zou horen, moest Tum luid en duidelijk zeggen: “hé Frans, wat is dat erg dat dien hond jouw Vlaamse Reus kapot heeft gebeten.” “Ja,” zei Frans, “dè is een heel gevecht geweest, heel de kooi kapot, alles overhoop; maar het ergste is dat ons vrouw hem niet wil braden.”
En ja, Door reageerde: “Hé Frans, brengt hem dan maar naar hier, dan braad ik hem wel.” Frans zei met enige terughoudendheid: “Door, als gij dat wild doen.”
De dag daarop had Frans de Vlaamse Reus geslacht en ontdaan van ingewanden, huis, kop en staart. Door zette de pan op de kachel, boter in de pan en braden. De hele buurt rook toch zo lekker. Om twaalf uur riep ze: “Mannen, eten!” Ze had bij bakker Bér Vogels een verse mik gehaald en smikkelen maar. Nu had Door een klein keukentje. Tegen de muur stond een klein tafeltje en daar tegenover was den aanrecht. Door zelf had een vaste plaats op het kopeind, tegenover zat Tum en Frans in het midden.
Tum de Penning had last van zijn maag en lustte niets, hij at enkel een boterham met jam. Door zette de pan midden op tafel en smullen maar. Frans en Door hadden zich tegoed gedaan aan de Vlaamse Reus. Het had heerlijk gesmaakt, ze dronken nog een tas koffie en weer aan het werk. Tegen half vijf waren de schilders afgewerkt. Tum zei enigszins zacht “miauw”. Daar viel bij Door het kwartje: daarom heb ik mijn kater al twee dagen niet gezien. Maar ik zal hem krijgen die rotzak!
Door zinde op wraak en na enige tijd had ze haar plan klaar. Ze vertelde het tegen de buurvrouw. Nu is mij wel eens gezegd dat vrouwen nooit een geheimpje dat ze aan niemand verder mogen vertellen, voor zichzelf kunnen houden. Daar geloof ik nou niets van, dat is enkel kwaadsprekerij. Onzin! Vrouwen in een kwaad daglicht zetten, dat doen die mannen. Vrouwen kunnen wel degelijk een geheimpje voor zichzelf houden.
Nou ja, het kan wel eens gebeuren dat het net ontschoten is. Ja, dat kan den beste overkomen. Deze keer was het de buurvrouw ook ontschoten. Dus de Penning was op de hoogte en lichtte Frans in. Door gedroeg zich normaal en zong als een lijster. Om drie uur riep ze “Mannen, koffie!” De twee gingen naar binnen, ieder zat op zijn vaste plaats. Nu had ze koppen op de aanrecht staan en daar schonk ze de koffie in en zette die op tafel. Frans wist inmiddels dat er in zijn koffie een laxeerpil zat. Hij zou geen Van de Werf zijn als hij daar geen oplossing voor wist. Frans keek eens links en dan rechts naar zijn koffiekop en zei, “hé Door, een kaal tas koffie! Krijgen wij geen koekje?”
Door stond op en pakte in de keukenkast de koekjestrommel. Op dat moment ruilde Frans de kopjes om. Door heeft vervolgens zelf twee dagen op “het huisje” gezeten.