
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
De eerste gemeente die hertog Jan II in 1309 aan de inwoners van Rode verkocht, omvatte de gehele zuidwesthoek van het dorp. Deze zogenaamde Groene Gemeente werd door de inwoners van Rode gebruikt om hun vee te weiden. Het bestond voornamelijk uit moerassige gronden en blauwgraslanden, en slechts voor een klein gedeelte uit heide.
Twee jaar later, in 1311, kregen de inwoners van Rode een gebied in erfpacht, dat juist uitgestrekte heidevelden omvatte. De gebied wordt aangeduid als de Grauwe Gemeente.
Tot slot gaf hertog Jan III in 1314 de gement Bodem van Elde uit. Het gebied vormde een aparte rechtsgemeenschap op de grens van vier plaatsen. De boeren die er woonden behoorden voor een deel tot Sint-Oedenrode, voor een deel tot Schijndel, voor een deel tot Boxtel en voor een deel tot Sint-Michielsgestel. Zij hadden als enigen recht op het gebruik van de gronden.
In dit verband verdient ook het pootrecht van 1462 nog aandacht. Dat recht hield in dat de bewoners hun huizen mochten beschermen tegen stuifzand door de aanleg van stuifzandwallen en dat zij tevens konden profiteren van de eikels en - tegen betaling van een belasting, de houtschat geheten - van het hout. Tevens mochten de grondeigenaren volgens dit pootrecht bomen planten langs wegen die langs hun eigen perceel liepen.