Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Zonder al te veel schade bereikte de luchtvloot Aken en wierp de bommen af. Op de terugweg ondervond men echter heftig beschietingen door luchtafweer (Flak) en aanvallende Duitse nachtjagers. Die nacht gingen niet minder dan 25 vliegtuigen verloren.
Daartoe behoorde ook MH-Z, die in de vleugel getroffen werd door een 88mm granaat van de flakbatterij aan de IJzeren Man in Tongelre. Een van de motoren explodeerde en de boel vloog in brand. Terwijl de piloot, P/O Wilfred Carroll (Carl) Lawson (25), het toestel probeerde het toestel in bedwang te houden, gaf hij zijn bemanning opdracht te springen.
Vijf van hen slaagden er daadwerkelijk in het vliegtuig te verlaten. Vier overleefden de sprong, maar de vijfde en enige Engelsman onder hen (de rest was Canadees), boordwerktuigkundige Sgt. Wilfred Arnold Gosnay (19), vond de dood. Hij ligt begraven in Eindhoven (Woensel), graf KK 59.
Terwijl de parachutes nog in de lucht hingen, stortte de Halifax rond 01.10 uur bij de Anthony Fokkerweg neer, met aan boord nog steeds de piloot en de staartschutter, Sgt. Stanley Percy (Stan) Beech (25). Hun lijken zijn nooit meer gevonden, zodat ze sindsdien als “vermist” te boek staan. Hun namen staan vermeld op de panelen 251 en 255 van het Runnymede Memorial.
Navigator Sgt. John Noel en radiotelegrafist Sgt. Ken Minifie kwamen niet ver van elkaar terecht op een omgeploegde akker. Ze bereikten in de loop van de volgende avond Eindhoven, waar ze vergeefs probeerden contact te krijgen met de ondergrondse.
Tijdens hun pogingen werden ze opgepakt door de Nederlandse politie en overgedragen aan de Feldgendarmerie die ze op transport stelde naar Stalag Luft 7, een krijgsgevangenenkamp bij Breslau. Twee maanden later arriveerde daar ook de boordschutter van de MH-Z, Sgt. Bruce Fraser. Voor hen eindigde de oorlog in 1945, toen ze bij Potsdam werden bevrijd door Russische troepen.
In augustus 1945 schreef John Noel een brief over de crash van MH-Z aan de ouders van piloot Caroll Lawson.
Heel anders verging het de bommenrichter Sgt. Joseph (Joe) Hooks. Hij kreeg wél contact met de ondergrondse en belandde via via bij een onderduikadres in Zeelst. Daar maakte hij op 19 september de bevrijding van Veldhoven mee. Op 21 oktober 1944 was hij terug in Engeland.
In juli 1993 meldde het Eindhovens Dagblad dat de Explosieven Opruimingsdienst van plan was bergingswerkzaamheden te gaan uitvoeren naar de resten van een Engelse bommenwerper. De berging vond tussen 17-20 augustus plaats, de resten bevonden zich zo’n vier á vijf meter onder de grond.
Behalve een pilotenhorloge en een propelleraandrijver leverde de actie niet veel op, vermoedelijk vanwege te grote hitte tijdens crash. “Het moet verschrikkelijk gebrand hebben”, aldus kapitein Van den Berg (de verantwoordelijke officier). “Dat is in dit geval erg jammer, omdat we stoffelijke resten van twee vermiste militairen in het wrak hoopten aan te treffen. We hebben de nabestaanden dus geen duidelijkheid kunnen geven.”
Dankbetuiging
De gegevens voor dit verhaal zijn ontleend aan de uitgebreide documentatie van A.J. van Lingen uit Nistelrode.