Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
In 1955 krijgt vader opdracht een kist te maken voor Mevrouw Lammers-Eijsbouts en die te voorzien van handgrepen. Denkend aan de toekomst bestelde vader meerdere grepen. In de loop der jaren werden dertig hengsels besteld, Palm & Kruis N.O. á fl. 1,07 bij de firma B.C. Smit in Rotterdam, hét adres voor alle soorten rouwartikelen.
De handgrepen werden met vier houtschroeven op de kist bevestigd en warenn ⅛ tot ¼ draaibaar. Tegenwoordig worden meestal houten grepen geplaatst.
Hierbij enkele soorten: het staalkleurig hengsel is bij graafwerkzaamheden gevonden in het centrum bij de nieuwe kerk in Haelen (L) op 24 oktober 1954. Vermoedelijk was het afkomstig van de doodskist van Baron de Keverberg, gestorven in 1810.
De roestvormige afbeelding, toegestuurd door Gerard de Bie, is aanwezig bij ‘Heemkundekring Sint Achten op Boeckel’, in Boekel. Over de betekenis van de symbolen schrijft Rindert Brouwer uit Eindhoven het volgende:
De handgreep (of deurklopper, zoals wij wel eens voor de grap zeggen). Deze vorm kwam in een aantal variaties voor op kisten in de 19e en begin 20e eeuw, toen de dood nog niet zo’n groot taboe was. Toen werden er, ook op grafstenen, vaak dezelfde symbolen (vanitassymbolen) gebruikt, waarvan je op twee handgrepen ziet, namelijk de doodskop met gekruiste dijbeenderen en de brandende fakkels.
De schedel en de dijbeenderen blijven bij het vergaan het langst bewaard, omdat daar het meeste calciumfosfaat zit, m.a.w. omdat daar het bot het dikst is. De schedel met gekruiste (dij)beenderen is het symbool van de dood, en het is dan ook niet toevallig dat ze ook als symbool voor gevaar en vergif worden gebruikt. [Bij het Archeologisch Centrum in Eindhoven ontdekte ik dat gecremeerde botresten na jaren nauwelijks vergaan, Rini].
Een ander vanitassymbool dat vaak wordt gebruikt, zijn de brandende fakkels, wat jij ‘flossen’ noemt. Op grafstenen kom je de fakkel nogal eens tegen, ofwel als een omgekeerde fakkel met dovende vlam (teken van het uitdovende leven) of als een brandende fakkel als symbool van het vernieuwde leven en de wederopstanding. De zandloper en de kaars staan voor de tijd die verstrijkt; de zandloper staat stil, de kaars is net gedoofd.
Bij het sluiten werd de deksel met kruisjes op de kist geschroefd, onder het eerste afgebeelde kruisje werd een 4 centimeter grote nikkelen rozet gelegd, verder modellen door de jaren heen.
De overtollige handgrepen, kruisjes en het papier bestemd voor de binnenbekleding, werd later onder de kinderen verdeeld.