‘ik ken in onze gemeente iemand die rijk is en veel humaniteit bezit, namelijk de heer Hermanus Johannes Kessler. Ik stel voor om op staande voet met een deputatie van vijf of zes der onzen, den heer Kessler ons plan voor te stellen’.
v.l.n.r. achterste rij: o.a. Adrianus van de Rijt, …., Harrie Klerx, Louis Bouwman, Ferdinand van de Ven, Piet Damen, Cornelis Pijnenburg; 2e rij Bernard de Jong, Lamber Lucius, Harrie Nieuwenhuizen, Hein Brugmans, Albert Vogels, Cornelis van der Hagen, Marinus Willems; 3e rij Lamber Smits, Jan van de Wijck, Wilhelm van Eupen, Mathijs van de Brand, Chris van de Rijt, Hub Habraken, Harrie de Leijer, Jan Muller; 4e rij Pieter van der Hagen, Jantje Klerx, Alphons Kemps, Jac. van der Hagen, Jan van Oorschot, jongen Pardoel.
De welsprekendsten van het gezelschap begaven zich naar het huis van de heer Kessler, hij bleek thuis te zijn en was genegen hen te ontvangen. Na enig heen en weer praten was de zaak beklonken. Kessler vond hun plan prachtig, magnifiek, en wat de financiën betrof merkte hij het volgende op:
|
|
| De Fraters Hoeve |
‘Weest gij lieden daaromtrent nu maar niet bekommerd. Ik vind uw plan subliem, iets tot stand te willen brengen tot opluistering van onze dierbare gemeente. Bestelt een catalogus en schaft u de nodige instrumenten aan. Wat de kosten aangaat, die zal ik dekken, Ik verstrek u lieden het bedrag renteloos, dat ge later als uw kas het toelaat, in kleine gedeelte kunt aflossen.
Dat er in het stamcafé nog eens goed werd gedronken en geklonken op de in het leven te roepen harmonie, mogen we wel beschouwen als een overbodige mededeling. Daags daarna bestelde Gerard Wijnen de catalogus en kon er besteld worden.
Grondeigenaar Hermanus Johannes Kessler en zijn vrouw Johanna Hermine Opde Laaij kwamen met hun twee kinderen vanuit Indonesië in Sint-Oedenrode wonen. In 1865 werd hij gekozen als gemeenteraadslid en later tot wethouder. Hij was een groot voorstander van het bouwen van een gasfabriek. In datzelfde jaar doet hij dan ook een verzoek aan de gemeente om op het Kofferen een gasfabriek te mogen bouwen.
|
|
| Het Ooievaarsnest |
In Sint-Oedenrode was Hermanus eigenaar van een eeuwenoude hoeve met de naam ‘Fratershoef’, gelegen in de Hulst. Deze kocht hij van Jonkheer Christiaan Bangeman Huijgens, gezant aan het hof van Denemarken. In 1861 kocht hij de ‘Kleine Bobbenagel’, ook wel genoemd ‘Ooievaarsnest’, gelegen tussen de Liempdseweg, de Bobbenagelseweg, het goed ‘Ten Hulst’ en de rivier de ‘Dommel’.
Hermanus en zijn vrouw bezaten ook nog twee huizen op de Markt. In 1858 kocht hij het huis dat in vroeger tijden ‘De Swaen’ werd genoemd (nu Markt 8), en ook was hij even eigenaar van nummer 12, in oude tijden voorkomende als ‘Het Wit Cruijs’.
 |
 |
| Markt 8-10-12 in 1832 |
Markt 8-10-12 in 1955 |
Op Markt 8 overkwam het gezin in januari 1872 een drama: een van zijn kinderen valt in een onbewaakt moment in de beerput en komt om het leven. Na het verlies van zijn zoon neemt hij afscheid van de gemeenteraad en vertrekt in april 1872 naar Delft.
Bronnen:
Foto Fanfare: Jo van der Kaaij.
Pater Wiro Heesters in: Heemschild (1972), afl. 1, p. 1-28.
BHIC, Gemeentebestuur Sint-Oedenrode 1811-1933, Toegang 7634.
BHIC, Notarissen in Sint-Oedenrode 1642-1935, Toegang 7637.
BHIC, Gemeentelijk Kadaster Sint-Oedenrode 1832-1971.
