Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Als een zeer kordate dame, zo wordt Geertruida Catharina Theresia Maria Beliën (Oirschot, 1902) omschreven. En dat moet ook wel. In juli 1944 wordt haar man door de Duitsers opgepakt. In zijn functie als waarnemend burgemeester weigert hij mensen aan te wijzen voor de Arbeitseinsatz. Via Kamp Vught belandt hij via omwegen in Buchenwald. Als de geallieerden steeds dichterbij komen, moeten de uitgeputte gevangenen te voet verder. Als Jan Smulders na een half uur niet meer verder kan, wordt hij langs de weg doodgeschoten. Al die informatie komt ook Truus ter ore.
En als het leven na twee jaar weer rustiger lijkt, brandt in de nacht van 5 op 6 januari 1947 het huis in Middelbeers af, het huis waar zij veertien jaar met Jan heeft gewoond, waar hun kinderen zijn geboren. Maar Truus beschikt over een enorme veerkracht. Niet alleen neemt zij het burgemeestersambt van haar man over, maar zij neemt ook twee jaar haar intrek in een zijvleugel van de pastorie, en zet het leven van haar en de kinderen weer op de rit.
Tijdens de verhuizing is er geen ruimte voor verdriet of weemoed: het lijkt op een uitbundig feestje. Het is een echte ‘overtrek’, dat wil zeggen dat de buren ‘hun gerij spannen om bed en bult en bewoners feestelijk in te halen’, lezen we in de Volkskrant van 7 januari 1949. “De theemuts in de braadpan, waar vanmorgen nog een vrij eitje in was geroosterd”, lijkt de journalist verbaasd op te tekenen. We lezen verder: “De overtrekkers zijn jong en jolig. De meisjes met witte muts, zwart wollen omslagdoek en blauwe schort, de jongens in dito kiel en zwartzijden pet en op witte klompen.”
Op de film zien we de kapelaan een kastje tillen, een boer met pijp die de fluitketel op een kar zet, en vooral heel veel mensen er omheen. Ook de traditie dat Truus deze ‘overtrekkers’ bij iedere herberg op een borrel moet trakteren, is mooi in beeld gebracht. Dankzij het verslag in de krant weten we dat ook de kippen van dochter Marie-Louise en Troeke, het wit konijn van zoon Jan, met de nodige voorzichtigheid naar hun nieuwe huis worden gebracht. Opnieuw zien we het flinke karakter van de burgemeestersvrouw. Zij bedankt de pastoor en zijn meiden, en zwaait manmoedig. “Deze ietwat woordkarige dorpspastoor bewondert haar voluit. ‘Zij werkt veel te hard’”, noteert de journalist.
“Zo wonderlijk is het leven. Zo goed kan het zijn. In een land waar men van zijn burenplicht een feest maakt”, besluit de schrijver zijn verhaal. Het filmpje eindigt met de scène dat Truus samen met haar kinderen in fotoboeken bladert. Waarbij dan toch de vraag rijst of ze kijken naar foto’s waarop ook hun vader nog staat. Aan haar blik is het niet te zien. De dag erna pakt zij haar taken weer op. De taken van de eerste vrouwelijke burgemeester van Nederland. Nog tot 1964 blijft zij de enige vrouwelijke burgemeester. Twee jaar later overlijdt Truus Smulders-Beliën.
(Film: De burgemeesteres van Middelbeers gaat verhuizen, 3 januari 1949, door Polygoon-Profilti (producent) / Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (beheerder), gelicenseerd onder Public Domain Mark.)