Terwijl ik gisteren enig speurwerk aan het doen was naar familie Sweerts de Landas, kwam ik uit bij de volgende aktes van de respectievelijke heren van Oijen vanaf 1595:
Naam Johan van Gent, heer tot Oijen
Functie Raad van State
Datum 6-5-1595 Benoeming tot heer van Oijen
Bronverwijzing Nummer toegang: 1.01.19, inventarisnummer: 1525, folionummer: 095v
1620-08-01.
1620 augustus 1 (juli 22 oude stijl)
Kanselier en raden vorstendom Gelre en graafschap Zutphen oorkonden, dat zij Walraven van Gent, heer van Oijen en Dussen, overste met opdracht van koninklijke Majesteit in Frankrijk, op diens verzoek toestemming hebben gegeven om heerlijkheid Oijen te verkopen aan Johan van Ketler, vrijheer van Manjoij, stadhouder van het vorstendom Kleef
Inventarisnr 1 Heerlijkheid Oijen, 1550 - 1899
Toegang 286, Inv.nr. 1
15 1620-09-12.
1620 september 12 (2 september oude stijl)
Walrave, vrijheer van Gent, heer tot Düssen, Münsterkirchen en Hertzwerth, besteld overste van koning van Frankrijk, oorkondt, dat hij hierbij hoge en lage heerlijkheid Oijen overdraagt aan Johann van Kettler, vrijheer tot Monjoije en Amboten, geheimraad van ' t keurvorstendom Brandenburg, besteld krijgsoverste en stadhouder in Kleefse, Gulikse en Bergse landen, met een garantie dat de heerlijkheid onbelast is
Met als transfix akte van dezelfde datum waarin Gerlich van der Capel, kanselier en stadhouder der lenen van het vorstendom Gelre en het graafschap Zutphen oorkondt dat Walraven van Gent aan de gevolmachtigde van Johan van Kettler, Everhard Haasen, dokter in de rechten en Brandenburgs raad de heerlijkheid Oijen erfelijk heeft overgedragen ten Zutphense rechte
Zegel Walraven van Gent half verloren en aan transfix zegel Gelre en Zutphen beschadigd
Inventarisnr 1 Heerlijkheid Oijen, 1550 - 1899
Toegang 286, Inv.nr. 1
21 1646-09-06.
1646 september 6 (27 augustus oude stijl)
Dirk van Bemmel, raad en stadhouder lenen vorstendom Gelre en graafschap Zutphen, oorkondt, dat Willem Frederik van Kettler, heer van Oijen en Monjoije, heerlijkheid Oijen in leen heeft ontvangen ten Zutphense rechte, krachtens broerlijke erfscheiding van 5 juni 1640, voor Jacob Losecaat, scholtus tot Hellendoorn, als vertegenwoordiger Staten van Overijssel
Zegel Gelre en Zutphen
Inventarisnr 1 Heerlijkheid Oijen, 1550 - 1899
Toegang 286, Inv.nr. 1
22 1646-09-06.
1646 september 6 (27 augustus oude stijl)
Dirk van Bemmel, raad en stadhouder lenen vorstendom Gelre en graafschap Zutphen, oorkondt, dat Willem Frederik van Kettler, heer tot Oijen, en zijn echtgenote Maria Sophia van Rockolfing, dochter heer van Nazaret, vruchtgebruik heeft gegeven van heerlijkheid Oijen, met goederen en rechten ingeval van zijn vooroverlijden, mits zij ongetrouwd blijft, geen zoon van hem heeft, en aan eventuele dochters een bruidsschat zal geven; ingeval van kinderloosheid blijft tucht echter bij hertrouwen van kracht
Zegel Gelre en Zutphen
Inventarisnr 1 Heerlijkheid Oijen, 1550 - 1899
Toegang 286, Inv.nr. 1
23 1649-05-29.
1649 mei 29 (19 mei oude stijl)
Willem Aret Perissen en Nicolaas Hendrikse, schepen van Oijen oorkonden, dat Jan Klasen, aan Fredrik Guilaume, baron van Kettler, heer van Oijen, en Marie Sophie van Rockolfing, dochter tot Nazaret, overdraagt: 1 morgen land, Korte Kempken, onder Oijen, waar tegenover staat dat koper 'heiminge en waterlatinge' zal onderhouden
Zegel schepenen van Oijen
Inventarisnr 478 Heerlijkheid Oijen, 1550 - 1899
Toegang 286, Inv.nr. 478
Aantekening:
27 1669-11-21.
1669 november 21 (11 november oude stijl)
Johan van Wijnbergen, 1e raad en stadhouder lenen vorstendom Gelre en graafschap Zutphen oorkondt, dat:
Louise Catharina van Ketler, dochter tot Oijen, bijgestaan door haar man en voogd Jacob Ferdinant Sweerts, heer tot Landschadenhoff, volgens boedelscheiding afstand doet van al haar rechten op heerlijkheid Oijen, ten gunste van haar broer Johan Hendrik van Ketler
Zegel Gelre en Zutphen
Inventarisnr 1
Heerlijkheid Oijen, 1550 - 1899
Toegang 286, Inv.nr. 1
AW: Louisa Catharina en Johan Hendrik zijn knderen van voornoemde Willem Frederik en Maria Sophia
28 1669-12-23.
1669 december 23 (13 december oude stijl)
Hendrik Pepercoren, Jan Rutten en Jan Driken Rutten, schepenen in Oijen, oorkonden dat Johan Hendrik, baron van Kettler, heer van Oijen, aan Jacob Ferdinandt Sweerts, heer van Lantschadenhoff, heeft verzocht afstand te doen van:
recht van verwin op veer van de Maas / benedenste middelweert en visserijen / Hoge Kamp, welk recht hij 2 juni 1668 van Blank, als gevolmachtigde van Catrine van de Boetselaar heeft overgenomen, en dat Johan Hendrik, baron de Kettler, heer van Oijen, beloofd heeft aan heer van Lantschadenhoff 7.565 gulden te betalen, en dit tegen afstand van uitgewonnen goederen als boven vermeld, waartoe als onderpand dient heerlijkheid Oijen, waarvoor zich borg stelt Johan Opten Noort, burgemeester van Arnhem
Transfix ter bevestiging authenticiteit zegel
Inventarisnr 1
Heerlijkheid Oijen, 1550 - 1899
Toegang 286, Inv.nr. 1
36 1694-04-05.
1694 april 5 (26 maart oude stijl)
Engelbert Tilman, grote raad, plaatsvervanger stadhouder lenen vorstendom Gelre en graafschap Zutphen, oorkondt dat hij, aan Elizabeth van Els, weduwe Jacob Ferdinand Sweers de Landas, heer van Oijen, Landschadenhoff, Appeltern en Altforst, president van 's-Hertogenbosch, en raad en rentmeester beden in Brabant, bijgestaan door haar voogd Emont van Els, luitenant-kolonel, als voogdes van haar oudste zoon Derk, in leen heeft gegeven: heerlijkheid Oijen ten Zutphense rechte in tegenwoordigheid van 2 mannen van leen
Authentiek uittreksel uit leenboek vorstendom Gelre en graafschap Zutphen, 18e eeuw
Inventarisnr 1 Heerlijkheid Oijen, 1550 - 1899
Toegang 286, Inv.nr. 1