Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Bij huis Mazenburg, gelegen tegenover een in 1888 afgegraven eiland in de Maas, werd vanouds tol geheven en was al vroeg een veer over de rivier. In de negentiende eeuw werden veerhuis en voetveer door de Nederlandse Staat verpacht.
In het veerhuis bevindt zich ook nu nog een zogenaamde peilput. Dagelijks werd hier de waterstand van de Maas afgelezen en aan Rijkswaterstaat doorgegeven. Huis Mazenburg was zoals veel veerhuizen ook een herberg, waar menige inwoner van Boxmeer op zijn vrije zondag naar toe wandelde om onder het genot van een versnapering te genieten van het uitzicht over de Maas.
Tot in de eerste helft van de twintigste eeuw bleef het voetveer onregelmatig en vrijwel alleen in de zomer varen. Het veerhuis bleef ook daarna herberg en restaurant, totdat het eind 2010 de deuren sloot.
Begin jaren tachtig van de twintigste eeuw werden Mazenburg en omgeving gescheiden van Boxmeer door het rechttrekken van de Maas tussen Boxmeer en Gennep. De oude meanders werden doorgegraven, waardoor tijdelijk twee eilanden ontstonden. Het Limburgse noordereiland kwam aan de Brabantse zijde van de Maas te liggen en ging naar de toenmalige gemeente Beugen. Het Boxmeerse gebied rond Mazenburg belandde aan de Limburgse kant en ging over naar de gemeente Gennep.
In april 1981 was de nieuwe Maasloop een feit. In de oude Maasarm werden dammen aangelegd, waardoor de tijdelijke eilandjes weer met het vasteland – nu aan de tegenoverliggende oever – werden verbonden. In de tussentijd, zo’n dertien weken lang, was Mazenburg een echt eiland. Tijdens die weken zette Rijkswaterstaat een pontje in, want het gebied moest voor dokter, ambulance en brandweer bereikbaar blijven.
Daarom voer het scheepje dag en nacht, ook in het weekend, op verzoek (via een soort praatpaal) tussen de oude veerstoep van het voormalige Groot Veer en de overzijde. Toen de vaste verbinding met de Limburgse oever was voltooid, werden op 26 juni 1981 om vier uur in de middag de kinderen van boer Ronnes als laatste passagiers overgezet en kwam er een einde aan dit zeer tijdelijke pontje.