
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Nadat de Genie de Vlagheide had verkend, besloot men medio november 1944 om daar een vliegveld aan te leggen. Hoewel het terrein bij zware regenval in een modderpoel veranderde, begonnen vijfhonderd geallieerde militairen met hulp van Nederlandse arbeiders met de aanleg.
Het vliegveld, ontworpen om een complete wing van vier squadrons te huisvesten, moest op 15 januari 1945 gereed zijn. De oplevering liep echter vertraging op en de eerste Spitfires arriveerden pas op 6 februari. Dat was net op tijd om de Britse en Canadese troepen die het Rijnland binnentrokken (Operatie Veritable) luchtsteun te verlenen. De toestellen van 2nd TAF moesten bovendien de toevoerwegen naar het front voor de vijand blokkeren.
Ondanks het feit dat B. 85 Schijndel nog niet helemaal klaar was, werden niet één, maar twee Spitfire-wings op het veld gestationeerd: de 145 Free French Wing en de 132 Norwegian Wing met in totaal negen squadrons. Deze squadrons, waaronder ook het Nederlandse 322 Squadron, deden in februari 1945 tevens mee aan Operatie Clarion, waarbij duizenden geallieerde vliegtuigen aanvallen uitvoerden op spoorwegstations, opslagplaatsen en wegen in een groot deel van Duitsland.
Een maand later leverden de squadrons luchtsteun tijdens de gecombineerde operaties Plunder en Varsity die ten doel hadden om een bruggenhoofd ten oosten van de Rijn te vestigen.
Dat deze operaties niet zonder risico’s waren voor de op Schijndel gestationeerde vliegers, blijkt wel uit het aantal van zeventien crashes of (al dan niet gelukte) noodlandingen in twee maanden op of in de buurt van vliegveld B. 85. Het betrof allemaal Spitfires van de squadrons die hier hun tijdelijke thuisbasis hadden, op één geval na. Dat was op 9 februari, toen een Douglas A-26B (een tweemotorige lichte bommenwerper) van 394BG/587BS, gevlogen door F.L. Lash, een noodlanding moest maken op de airstrip. We weten niet precies hoe dat is afgelopen.
Van die zestien Spitfires die in moeilijkheden kwamen, waren er drie van het Nederlandse 322 squadron. Op 25 februari waren het er twee tegelijk, namelijk de Spitfires van F/O Cramerus en Sgt Knappert. De derde crash was op 19 maart 1945. De naam van die piloot kennen we (nog) niet.
De laatste twee crashes (of noodlandingen) vonden plaats op 16 april. Als gevolg van de voorspoedige opmars van de Canadezen in Nederland en Duitsland kwam airstrip B.85 steeds verder van de frontlijn te liggen. Daarom werd het vliegveld eind april 1945 gesloten. Na de oorlog werd een gedeelte van het terrein aan de voormalige eigenaren teruggegeven.
Een groot deel van deze tekst is ontleend aan het mooie “Vliegveldoverzicht” op de site van het Nederlands Instituut voor Militaire Historie, waarin alle militaire vliegvelden in Nederland kort beschreven staan.