Erna Hodenius bestudeerde de Memorieboeken van het klooster van de Penitenten van de Eenheid in Reek. Sinds 1949 heette dat klooster Nazareth. Dit verhaal vertelt hoe de zusters zich in het klooster vestigden.
Graf van Anton Verkuijlen in Huisseling, waar hij later pastoor werd (foto: BHIC / Henk Buijks, 2007. Detail)
De eerwaarde heer Antonius Verkuijlen pastoor te Haren (geboren te Uden) was door den Bisschop benoemd tot buitengewone biechtvader van ons klooster en de eerwaarde heer Hermanus van de Sandt, pastoor te Reek (geboren te Deursen) tot gewone biechtvader, zoals blijkt uit een brief voor de oprichting van het huis, nog in het archief aanwezig en welke wij hier nog even opnemen, gericht aan den pastoor van Haren.
Bisschop Zwijsen (Foto: I. Stollenwerk. Bron: BHIC, Collectie Van de Mortel-De la Court nr. 305-2221-02)
Bisdom ’s Bosch Huize Gerra onder Haaren, 19 augustus 1858
Weleerwaarde heer pastoor,
In antwoord op uw brief van 17 l.l. dient dat de zusters naar Reek kunnen vertrekken, het getal en welke door u eerwaarde, met overleg der overste te bepalen. De overste kan tijdelijk meegaan. De zusters moeten zo stil mogelijk zonder ergens onderweg aan te gaan en als onverwachts te Reek aankomen. De kapel mag niet gebenediceerd worden. De pastoor of u eerwaarde kan het klooster in stilte benediconeeren nova domus inzegenen. In de kapel mag mis gelezen worden en het H. Sacrament rusten, de inwoners van het huis kunnen er mede volstaan met daarin mis te komen en de paaschcommunie te ontvangen. Over den kruisweg later. Er mag bij gelegenheid der aankomst geen feest of maaltijd aangelegd worden. U eerwaarde verzoek zal ik nimmer inwilligen, u eerwaarde blijft biechtvader der zusters ( Haren) en de eerwaarde heer pastoor van Reek benoem ik tot gewone biechtvader der zusters te Reek, en u als buitengewoon biechtvader van het huis te Reek.
De aartsbisschop J. Zwijsen
Op den 24e augustus 1858 wierde er 5 zusters door de regeerder bestemd, deze waren:
Zr. Maria Aloysia van Osch, geboren te Uden Zr. Maria Theresia Vissers, geboren te Tilburg Zr. Maria Gertrudis Koenen, geboren te Geertruidenberg Zr. Maria Elisabeth Boeijen, geboren te Berchem Zr. Maria Benedicta Burgers, geboren te Leur
Die hun dan ook geheel aan de gehoorzaamheid van hunne overigheid hebben overgegeven, omdat zij hierin zagen, dat het den wil van God was, waaraan zij hun allen gaarne onderwierpen.
Op de 26e augustus 1858 zijn zij ’s morgens om 8 uur vergezeld van de eerwaarde moeder Henrica van Lankveld naar het nieuw klooster in den Reek vertrokken en werden door de zeereerwaarde heer pastoor H. v.d. Sandt met alle liefde en vriendschap ontvangen, en heeft hun als een oprechte vader in alles geholpen, want de zusters waren alles vreemd, en hadden nog niets in voorzorg. Maar zijn eerwaarde heeft alles door zijn nichtjes dadelijk laten brengen.
Klooster Sint Elisabeth. Het witte gedeelte is het oorspronkelijke huis dat de zusters in 1857 aankopen: Den Oudhof. Rechts de zijvleugel met kapel uit 1900 (BHIC, Beeldcollectie Ton Cruijsen nr. 1903-000263a, uitsnede)
Op 1 september 1858 werd als rector aangesteld eerwaarde heer Gerardus v.d. Weijer. Maar omdat er in het klooster geen geschikt verblijf voor een rector was, ging hij in het kosthuis bij Demaré.
De Aartsbisschop schreef het volgende briefje:
Weleerwaarde heer pastoor,
Het huis te Reek moet afhankelijk blijven van dat te Haren; hier te Haren worden alleen novicen aangenomen en geprofest. Tevens bepaal ik dat de zusters te Reek niemand ’s nachts zullen logeren dan de geestelijken die daar verblijven om retraite te geven, dat de rector die daar voortdurend de H. mis leest in het klooster niet zal dejeuneren, maar dit in zijn logement kan nemen.
De aartsbisschop, J. Zwijsen
Wil je meer verhalen van Erna Hodenius over de Penitenten in Reek lezen?
