Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Verbinding: Den Bosch- Orthen |
Waterweg: het overstroomde gebied tussen Den Bosch en Orthen |
Type veer: vrijvarend |
In 1757 vaardigde het Bossche stadsbestuur een ordonnantie uit waarin de gang van zaken rond dit veer werd vastgelegd. Voortaan zouden zes schippers een veer tussen beide plaatsen onderhouden, zodra de weg tussen de stad en Orthen was overstroomd. Drie van die schippers moesten afkomstig zijn uit de stad, drie uit Orthen.
De schippers moesten minstens achttien jaar oud zijn en in het bezit van een bequame Schuyt: een boot met een losse vloer en twee zitbanken, voorzien van het nodige gereedschap. De schippers moesten zelf met hun boten varen. De Bossche schippers dienden bij het openen van de Orthenpoort present te zijn, hun Orthense kompanen een half uur voor zonsopgang aan het veer te Orthen. Er werd vervolgens per toerbeurt afgevaren.
Het varen gebeurde in eene gemeene Beurs, zoals dat genoemd werd: de inkomsten werden in een gemeenschappelijke pot verzameld en ’s avonds of uiterlijk de volgende dag eerlijk verdeeld.
Aan de Bossche kant waren er verschillende afvaartplaatsen mogelijk: van buiten de Orthenpoort of van de contrescarp van de fortificatie aldaar – dat is aan de buitenoever van de vestinggracht. Maar als de weg vanuit de Orthenpoort langs de buitenzijde van de Citadel nog begaanbaar was, dan kon ook afgevaren worden vanaf de brug in de zandweg, een eind verder richting Orthen.
Bij afvaart vanaf de Orthenpoort betaalde iemand die in zijn eentje overgezet werd een stuiver. Als er twee of meer personen tegelijk werden vervoerd, was de prijs per persoon een halve stuiver. Stapte men op bij de brug, dan betaalde men slechts het halve tarief. Bij stormwind en ijsgang rekenden de veerlieden daarentegen dubbel tarief.
De schippers van het veer waren voor hun broodwinning afhankelijk van de hoogte van het water. Blijkbaar hielpen zij de natuur nog wel eens een handje door gaten in de zandweg naar Orthen te graven of verhogingen in het landschap door te steken. Het veer moest daardoor langer in de vaart blijven, wat de schippers hogere inkomsten opleverde. Dat dit soort praktijken daadwerkelijk gebeurden, blijkt wel uit het feit dat het stadsbestuur in 1757 zulke dingen uitdrukkelijk verboden op straffe van directe intrekking van de vergunning.