Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Jans voorouders komen voor in de oud-rechterlijke archieven van Capelle en Klein Waspik vanaf 1537 met de achternaam “de Leeuw” (of “de Leeu”, “de Leu”). Het gebruik van een achternaam in die tijd was ongewoon en gaf status. Een leeuw was een symbool van moed, trots en sterkte. De wapens van vele Nederlandse provincies hadden een leeuw en samen werden die ook in de vorm van een leeuw te kaart gebracht.
Jan was geboren in onrustige tijden, want vanaf de jaren 1570 was de provincie Holland, waarvan Capelle deel uitmaakte, in opstand tegen de Spaanse koning. Dat ging om godsdienst, maar ook om de handelsvrijheid van de Hollandse steden. Capelle lag aan de grens met Brabant, en Spaanse en Hollandse legers trokken door de Langstraat terwijl Jan opgroeide.
Rond 1595 trouwde Jan met Aenken Joosten. Acht kinderen zijn volwassen geworden, drie zonen Anthonis, Peter en Bastiaan, en vijf dochters Jooske, Lijsken, Jenneke, Maria en Anneke. De twee jongste kinderen Bastiaan (1614) en Anneke (1617) werden in de nieuwe, protestantse kerk van Capelle gedoopt.
In 1605 werd een ordonnantie gemaakt door de inwoners aan de westzijde van de Labbegatse Vaart als dagelijkse gebruikers van de Labbegatse sluis en de weg daarbij, en ook Jan staat op de lijst van 29 mannen.
Van 1609 tot 1621 was het Twaalfjarig Bestand, een tijd van vrede en welvaart. Capelle kreeg een protestantse predikant en kerk. In 1616 was Jan lid van de heemraad, mannen die het dorp bestuurde onder leiding van een schout. In 1618 werd Jan genoemd als een van vier kwartiermeesters in verband met behuizing voor de predikant.
In 1621 verliep het bestand en waren de legers weer terug in de Langstraat. Dat veroorzaakten veel vernieling en geweld. In 1625 kwam ook de pest weer. Jans dochter Jooske stierf in 1626 en Jan werd voogd van haar zoontje Jan Tonis de Haan. In hetzelfde jaar was ook Jans schoonzoon Frans Tonis van Campen, man van zijn dochter Jenneke, gestorven. In 1627 overleed Jans schoonzoon Jan Gerrits Snijder, getrouwd met zijn dochter Lijsken. In 1630 was Jenneke weduwe voor de tweede keer.
In 1631 werd Jan schout van Zuidewijn. Waarschijnlijk werd hij benoemd door de ambachtsheer van Zuidewijn, de jonker van Nuijssenborch. Aarnout van Raveschot was ambachtsheer van Capelle en Waspik. Schout zijn in oorlogstijd was niet gemakkelijk en ook gevaarlijk. Vooraanstaande mensen uit een dorp werden als gijzelaars gevangen genomen door beide legers.
Rond 1635 stierf Jans vrouw Aenken Joosten en Jan hertrouwde met Jacobken Gerrits weduwe van Jan Cornelis. Jan zelf overleed in 1643, dus voor de Vrede van Munster in 1648. Hij was ongeveer 78 jaar oud. Jan had bijna de hele Tachtigjarige Oorlog meegemaakt. Hij was lid van het dorpsbestuur in oorlogstijd, en had een gezin met acht kinderen grootgebracht.
Het verhaal van Jan verscheen ook in: Theo J. ter Borg, People in History: My ancestors from Capelle, Loon op Zand and Sprang from 1500 to 1970, Auckland, New Zealand (Capelle Press, P O Box 147121, Ponsonby 1144, Auckland), 2021.
Han Verschure, Overleven buiten de Hollandse tuin; Raamsdonk, Waspik, 's-Gravenmoer, Capelle, Sprang en Besoijen tijdens de Tachtigjarige Oorlog. (2004).
Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC).
Website Historische en genealogische bronnen van de gemeente Sprang-Capelle.
Doekefkes website (with rechterlijk archieven for Raamsdonk, Groot en Klein Waspik, Capelle, Vrijhoeve-Capelle, Sprang and Dongen).