skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Ans Holman
Ans Holman RA Tilburg

Joodse koopman uit Etten vermoord in Sobibor

Tijdens de deportatie in april 1943 woonde er nog één Jood in Etten-Leur, de koopman Sam Levie. Hij werd afgevoerd naar Sobibor waar hij in een gaskamer om het leven werd gebracht.

Samuël Levie werd op 13 oktober 1877 in Etten-Leur geboren. Hij was de zoon van Jacob Hijman Levie en Jenneke de Roos. Vader was koopman in huiden en vellen. Ook liet hij in de gemeente Hoeven arbeiderswoningen bouwen o.a. in Bosschenhoofd in de Pastoor van Breugelstraat, die men daar de Jodenhoek noemde. Sam groeide op in de Doelen aan de Roosendaalseweg.

In 1904 trouwde hij met Trijntje van Thijn de dochter van een Amsterdamse slager. In het begin van hun huwelijk woonde het gezin twee korte periodes buiten Etten-Leur, namelijk in Princenhage en Amsterdam. Terug in Etten-Leur gingen ze in de Doelen wonen. Eerst in een huisje naast de ouderlijke woning en sinds 1916 in de ouderlijke woning zelf. Zij leefden daar hun eigen leven en hadden weinig contact met de buren. Het echtpaar kreeg vier kinderen, een zoontje Jacob Hijman (Jac), twee meisjes Elisabeth (Bets) en Henriëtte (Jet) en een doodgeboren zoontje.

Sam was koopman in huiden en geiten. Voor dat laatste had hij aan zijn woning een slachterij laten bouwen. Ook was hij “Kleerenkoopman” op de markt en handelde hij in tweedehands meubelen en antiek. Evenals zijn vader liet Sam diverse huizen bouwen in de gemeente Hoeven o.a. op het Moleneind en het Hermansstraatje. Deze verhuurde hij eerst en daarna werden ze verkocht.

In 1930 overleed Sams vrouw, zij werd begraven op de Joodse begraafplaats op de Vrachelseheide bij Oosterhout. Sam bleef met drie kinderen achter. Een voor een trouwden ze en verlieten Etten-Leur.

Naarmate de oorlog vorderde werden er steeds meer maatregelen door de Duitsers tegen de Joden uitgevaardigd. Ze moesten o.a. een gele Davidster op hun kleding dragen. Ook moest op hun identiteitsbewijs de letter J worden gestempeld. In juli 1942 kreeg burgemeester Hamilton van Etten-Leur een reprimande van het bevoegd gezag omdat het persoonsbewijs van Samuël Levie nog niet van een stempel was voorzien.

In april 1943 ten tijde van de laatste fase van de Jodenvervolging , deportatie en systematische moord was Samuël Levie in Etten-Leur de enige inwoner van Joodse afkomst. Sam werd op transport gesteld, eerst naar kamp Vught, daarna naar “Durchgangslager” Westerbork. Van daaruit werd hij op 11 mei 1943 overgebracht naar het concentratiekamp Sobibor. Direct na aankomst werd hij daar op 14 mei in de gaskamer vermoord.

Alle drie Sams kinderen, aangetrouwden en kleinkinderen ondergingen hetzelfde lot. Aangrijpend is het verhaal van Louis Manuskowski, de kleinzoon van Samuel Levie. Louis werd in juni 1943 met het beruchte kindertransport vanuit Vught via Westerbork naar Sobibor gebracht waar hij kort na aankomst vermoord werd. Op zaterdag 5 juni werd bekend gemaakt dat alle Joodse kinderen die op dat moment in Kamp Vught verbleven overgeplaatst zouden worden naar een speciaal kinderkamp in de omgeving. Op 6 juni vertrokken de kinderen onder de vier jaar met hun moeder. De volgende dag verlieten de kinderen tussen de vier en zestien jaar vergezeld van hun vader of moeder het kamp. Louis was zes jaar en werd dus maandag 7 juni in ieder geval met zijn moeder Henriette Levie op transport gesteld. Zowel Louis als zijn moeder Henriette werden op 16 juli 1943 in Sobibor vermoord. Minstens 1.269 kinderen werden tijdens deze twee dagen uit Kamp Vught op transport gesteld. Alle namen van de kinderen en de leeftijden staan op het kindergedenkteken in Kamp Vught. De vader van Louis, Isidor Manuskowski overleed op 24 november 1943 in Auschwitz.

Van het gezin van Sam Levie heeft niemand de oorlog overleefd. Het enige dat nog aan Sam Levie in Etten-Leur herinnert is zijn naam in het gedenkboek “Er heerschte een ernstige oorlogstoestand” bij heemkundekring Jan uten Houte. Op het oorlogsmonument op het Joodse kerkhof op de Vrachelseheide bij Oosterhout staat zijn naam vermeld.

Reacties (4)

Cor Kerstens
Cor Kerstens zei op 8 juni 2019 om 20:50
Sam Levie had in 1906 als eerste een auto in Etten-Leur met kenteken N-447.
Marilou Nillesen
Marilou Nillesen bhic zei op 11 juni 2019 om 09:41
Klopt Cor, we vinden zijn naam ook terug op de site De auto van m'n opa: https://deautovanmnopa.nl/kentekens/n-447

Het blijft toch iedere keer een hartverscheurend verhaal om te lezen, dank voor het schrijven van dit aangrijpend relaas.
Cor Kerstens
Cor Kerstens zei op 7 november 2020 om 21:49
Op vrijdag, 6 november 2020 legde de burgemeester van Etten-Leur, Miranda de Vries, op de Roosendaalseweg nabij huisnummer 44a een Stolperstein voor Samuël Levie. Op de muur van het compartimentencomplex plaatste de heemkundekring Jan uten Houte een herinneringsplaquette.

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.