skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic

Baanwielrennen was het enige wielrennen

Er zijn eigenlijk geen echte stokoude wielerklassiekers in Nederland, zoals Parijs-Roubaix of De Ronde van Vlaanderen. Dat heeft een duidelijke oorzaak: sinds 1905 (en tot en met WOII) was het verboden om wedstrijden op de weg te houden. Daar werd slechts af en toe van afgeweken, zoals voor het jaarlijkse Nederlands Kampioenschap. De criteriums ('rondjes om de kerk') kwamen pas in het midden van de jaren dertig op. De wielersport werd groot dankzij het alternatief: fietsen op ovaaltjes.


De Ginnekense wielerbaan De Baronie aan de Reeptiend (1925-1944) was één van de grotere (Persbureau Het Zuiden/Stadsarchief Breda)

Dat kon heel eenvoudig door een zand- of grasbaantje uit te graven op een geschikt weiland. Voor je het wist stonden er een paar honderd mensen om de baan heen de renners toe te juichen.

Maar er zat ook muziek in het exploiteren van professionele wielerbanen van hout of beton, met tribunes en allerlei voorzieningen. Daarvoor was een investering nodig, en een ondernemer of gemeente met visie. 

Zo'n wielerbaantje moest wel voldoen aan de standaardeisen, wilde je er met toestemming van de wielerbond officiële wedstrijden op mogen houden. De bond (eerst NWB, vanaf 1927 NWU) hanteerde A- B- en C-classificaties. Daarbij was het materiaal en de lengte belangrijk. C was zand of gras, B enigzins verhard met leem of cement en A waren de topbanen van hout of beton. De lengte kon variëren van 100 tot 400 meter, meestal een deel van de Engelse mijl of de kilometer. Dan kon het uitkomen op 125, 150, 166, 200 of 250 meter, soms ook 333. Geen van die wielerbanen was overigens overdekt.

Brabantse wielercultuur

Er valt zo veel te zeggen over de Brabantse wielercultuur dat we de cijfers beter voor zich kunnen laten spreken: van alle Nederlandse wielerbanen (zeker 160) lag de helft in deze provincie. Tussen Bergen op Zoom en Deurne kwam je bijna letterlijk in elke gemeente een wielerbaan tegen, zij het van verschillend niveau. Meestal was er in de grotere steden meer budget en continuïteit om het groot aan te pakken. 

Zo bezien heeft bijvoorbeeld Eindhoven zeker liefst dertien banen gehad, maar dat komt ook door de typische wijkenstructuur van die stad en de annexatie van Tongelre. Wielerclub Het Zuiden is altijd zeer actief gebleven. Net als één van haar oprichters, de invloedrijke J. van der Horst, die tientallen jaren bondsconsul was.

Het credo dat elk Brabants dorpscafé zijn eigen wielerbaan in de achtertuin had, is wat overdreven maar geeft wel weer hoe de wielersport leefde. En reken maar dat inderdaad de caféhouders een belangrijke rol hadden, zeker in Westbrabant. 

De oorzaken zijn velerlei: de nabijheid van koersland België, het katholicisme, het landschap, de smokkelarij, de wil om zich via het fietsen te ontworstelen aan werkloosheid of het armoedige boerenbestaan. Allemaal geldige argumenten, hoewel ook weer niet specifiek voor deze provincie of zelfs voor Nederland. Ook in de buurlanden werden heel erg veel wielerbanen gesticht. Het was dé populaire publiekssport, je kon voor een paar dubbeltjes een prima zondagmiddag als toeschouwer hebben. De verschillende disciplines op de baan (sprint, achtervolging, aflossing, enzovoort) met steeds eigen specialisten zorgden voor een aantrekkelijke afwisseling in het programma. 

Door massaproductie werden de fietsen ook goedkoper en door de verbeterde arbeidstijden kregen de mensen meer vrije tijd. Ook speelt mee dat de gewone burgers kranten gingen lezen, waardoor de sportjournalistiek zich ontwikkelde. De maandagkranten brachten pagina's vol wedstrijdverslagen van de wielerbanen. De commercie sprong er gretig op in. Helden werden gemaakt en gebroken, sommigen konden er goed van leven en braken internationaal door, zoals Jan Pijnenburg, Piet Moeskops, Gerrit Schulte en Piet van Kempen. Op de zandbanen kwam Marijn Valentijn op, die zo getalenteerd was dat hij ook twee keer het Nederlands kampioenschap op de weg wist te veroveren.

Na de Tweede Wereldoorlog was het wel echt voorbij. De meeste wielerbanen waren verdwenen of bleven beschadigd en ongebruikt liggen. Het wielrennen moest opnieuw worden uitgevonden en de aandacht ging meer naar de criteriums, klassiekers en grote ronden. Wielerclubs gingen hun trainingsrondjes rijden op industrieterreinen of afgesloten parkoersen. Tot op heden is het baanwielrennen een niche gebleven. In Nederland zijn nu vier (overdekte) wielerbanen: Amsterdam, Alkmaar, Apeldoorn en Assen. In Rotterdam wordt jaarlijks voor de Zesdaagse in Ahoy' de houten wielerbaan opgebouwd. 

Compleet overzicht

Ik heb geprobeerd alle Nederlandse banen en baantjes op te sporen en te documenteren, tot ik zeker wist waar ze lagen en dat ze meer dan incidenteel zijn gebruikt. Daarna ben ik op de exacte plekken gaan fotograferen. Het overzicht lijkt behoorlijk compleet.

Maar in Brabant waren het er eigenlijk teveel om op te noemen. Soms vind je  wel verslagen van clubvergaderingen waarin de oprichting van een baan werd aangekondigd, maar regelmatig strandden die plannen in opportunisme of goede bedoelingen, werd er maar een enkele wedstrijd verreden en is er geen locatie of zelfs maar wedstrijdprogramma of -verslag terug te vinden.


Luchtfoto van de zandbaan in Alphen en Riel

Van een aantal regio’s zijn de (kranten)archieven nog niet ontsloten of openbaar te lezen, of zijn er geen luchtfoto’s beschikbaar. Dat laatste geldt vooral voor een deel van Oost-Brabant. Tegelijkertijd zijn van sommige plaatsen juist heel veel gegevens en verhalen bewaard dankzij een actieve internetgemeenschap, zoals in Eindhoven. Het BHIC doet indrukwekkende inspanningen om zoveel mogelijk historisch materiaal online te zetten.

Uiteindelijk mis ik een paar exacte locaties. Zo zijn er onder meer in Den Dungen, Gerwen-Nuenen, Lage Mierde, Lieshout (o.a. Ginderdoor), Oosterhout (Voorheide), Rosmalen (Kruisstraat), Rijen (Laareind), Tongelre, Uden-dorp, Veghel en Zevenbergen banen geweest, waarschijnlijk allemaal onverhard, waarvan ik de plek niet of nét niet gevonden heb. Daar is dus meer onderzoek voor nodig.

Verder had je op sommige plekken eerst een onduidelijke gras- of zandbaan, waarna er al snel een baan van betere kwaliteit kwam. Dan heb ik soms alleen voor de laatste gekozen. Overigens niet heel consequent: als de plek van een minder belangrijke baan wel duidelijk was, ben ik er toch wel gaan fotograferen.

Meer over het project en de maker

Koersen op karakter

Reacties (11)

Jan Peters zei op 20 juli 2022 om 11:08
Ook in Boxmeer was een wielerbaan. Uit een advertentie van 18 oktober 1903 maak ik het volgende op: Wedstrijden (rijden met hindernissen, eierwedstrijd, rennen, pijpenwedstrijd met hooge hoeden en Langzaam rijden. Schoone prijzen uitgeloofd. De wedstrijden hebben plaats op de prachtig aangelegde WIELERBAAN van het café "Buitenlust"op Het Zand. Wielrijdersvereeniging Wilhelmina.
Robert van Willigenburg
Robert van Willigenburg zei op 21 juli 2022 om 10:00
Bedankt Jan, die gaan we nazoeken. Waar stond de advertentie in?
Jan Peters zei op 21 juli 2022 om 10:28
Heb de advertentie inmiddels al gestuurd naar jullie via jullie optie "Doe mee en vertel jouw verhaal".
Succes.
Met groet Jan Peters
Robert van Willigenburg
Robert van Willigenburg zei op 21 juli 2022 om 14:29
Zijn we nu toch benieuwd wat het huidige adres is van dat café Buitenlust...
Robert van Willigenburg
Robert van Willigenburg zei op 21 juli 2022 om 16:07
Merci Marian!
Fons Zijlmans zei op 2 december 2023 om 23:10
Mijn vader Alfons Zijlmans uit kaatsheuvel reed ook wedstrijden en won meermaals.. (diverse. mooie foto's in bezit ook met P.Dalmeijer uit waspik) op het baantje waar later de stoomcarrusel in de Efteling is geplaats..
Robert van Willigenburg
Robert van Willigenburg zei op 3 december 2023 om 09:29
Dat is leuk, zijn die foto's beschikbaar? groet
Peter van den Berg zei op 3 december 2023 om 20:53
Uit Uden mag de wielerbaan van vluchtoord voor de Belgische vluchtelingen van de eerste wereldoorlog natuurlijk niet ontbreken. In het landschap is deze voormalige baan nog zichtbaar vlak bij naatje Piek.

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.