Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Mill maakte tot en met 2021 samen met de dorpen Sint Hubert, Langenboom en Wilbertoord deel uit van de gemeente Mill en Sint Hubert.
Verder bestond de gemeente uit een aantal kleine gehuchtjes en kleinschalige bewoning, zoals Molenheide, Borneo, Bruggen, De Gagel, Zuid Carolina en De Dellen.
De gemeente besloeg een grondoppervlak van 5.104 ha. Een groot deel van die grond wordt gebruikt voor de landbouw.
Mill ligt landinwaarts, de Maas ligt kilometers verder naar het oosten. In het noorden stroomt de Raam. Ten westen, aftakkend van de Raam, is het Peelkanaal gegraven door de voormalige woeste gronden.
Rondom Mill hebben aan het einde van de 19e en het begin van de 20e eeuw grootschalige ontginningen plaatsgevonden. Van de voormalige heidegronden rondom Mill is dan ook niets meer over. Slechts een enkele naam als Molenheide herinnert ons nog aan de tijden van weleer.
Waar de naam Mill vandaan komt is niet echt zonneklaar. In de loop der tijd heeft men allerlei verklaringen bedacht, maar geen daarvan is echt overtuigend. Mill zou afgeleid kunnen zijn van het Latijnse molendinum (molen), zoals ook het Engelse woord mill. Ook wordt wel gedacht aan een samentrekking van “middel” (een dorpje midden tussen andere in, zoals bijvoorbeeld ook Halfweg; een voorbeeld dichterbij is de Milakker onder Heeswijk, waarmee de middelste akker van bijvoorbeeld een drietal akkers werd aangeduid). Je kunt ook denken aan "the middle of nowhere".
Een meer speculatieve benadering is dat Mill afgeleid zou zijn van een oudere vorm (die we echter niet uit de overlevering kennen) Milliheim, ofwel het huis van een zekere Millo. We noemen het maar, voor de zekerheid.
De naam komt voor het eerst geschreven voor in een oorkonde uit 1166, waar gesproken wordt van Millen. Een afschrift van deze oorkonde is bewaard gebleven in het archief van de abdij Mariënweerd bij Beesd.
Een variant op deze spelling is “Myl of Mylle”. In de 19e eeuw schreef men de naam met slechts één ‘L’. Blijkbaar vond men dat op een gegeven moment te kaal en begon men, ongeveer vanaf 1870, in de officiële stukken “Mil” met twee “l”-en te schrijven.
De Hoge Raad van Adel verleende op 20 februari 1816 aan Mill het volgende gemeentewapen:
“Zijnde van lazuur beladen met Sint Willibrordus van goud”.
De keuze voor Sint Willibrordus lag voor de hand: Willibrord is de beschermheilige van Mill. De schepenen gebruikten vóór de Franse Tijd de schutspatroon ook al op hun zegel: het ‘nieuwe’ gemeentewapen was gelijk aan het schependomszegel dat rond 1800 werd gesneden. Op een ouder schepenzegel staat Willibrordus ook afgebeeld, maar dan met een boek in zijn rechterhand en naast hem een schildje, waarop een vogel zit.
De band tussen Mill en Willibrord gaat ver terug. Rond 700 was deze Angelsaksische missionaris hoogstwaarschijnlijk eigenaar van bezittingen in en rondom Mill. Na zijn dood vervielen de bezittingen aan de abdij te Echternach. In de twaalfde eeuw kreeg abdij Mariënweerd bij Beesd toestemming om op het oude landgoed Pisla de mis te vieren. Toen de kerk van Mill zich eeuwen later losmaakte van Boxmeer, koos men als herinnering aan de oude band met Echternach de heilige Willibrord als schutspatroon voor de nieuwe parochie. En die is dat tot op heden gebleven.
De geschiedenis van Mill gaat terug tot in de middeleeuwen. Kloosterbezittingen werden o.a. bewerkt door inwoners die hun middelen van bestaan vonden in de landbouw. Nog steeds is de landbouw in de gemeente Mill en Sint Hubert een belangrijke bron van inkomsten. De opkomst van de houtindustrie in het begin van de vorige eeuw zorgde voor een verandering, al bleef de landbouw de voornaamste sector.
De laatste decennia is er wel een verschuiving merkbaar naar andere sectoren. Door
de vergroting van de mobiliteit vonden de afgelopen jaren steeds meer Millenaren hun emplooi verder weg in de industrie en de dienstverlening. Mill heeft wel een belangrijke centrumfunctie voor het omliggende gebied. “Voor de grotere boodschappen ga je naar Mill”.
Een relatief groot deel van de bevolking bestaat nog steeds uit landbouwers. De bevolking is overwegend Rooms-katholiek. De enkele protestanten kerken in Boxmeer of Grave, voor zover men nog naar de kerk gaat. Mill telt op dit moment ongeveer 6.000 inwoners. Daarmee is het verreweg het grootste dorp van de ruim 11.000 inwoners tellende gemeente.
In het verleden was de gemeente Mill een heel stuk kleiner. Bij de volkstelling van 1795 woonden er 1.041 inwoners in Mill en 269 in Sint Hubert. In 1829 was dat aantal gegroeid tot 2.150 inwoners. Twintig jaar later was het aantal al gegroeid tot 2.425 inwoners. In 1859 is de gemeente echter weer terug op het niveau van 1829, vrijwel zeker als gevolg van een emigratiegolf naar Amerika.
Daarna groeit de bevolking heel geleidelijk tot boven de 3.000. We zitten dan inmiddels rond 1910. In augustus 1933 werd de 4.000e inwoner ingeschreven. Na de Tweede Wereldoorlog groeide de bevolking relatief snel. Op 21 juni 1966 werd de 9.000e inwoner geboren. Ruim 13 jaar later passeerde de gemeente Mill en Sint Hubert de magische grens van 10.000 inwoners. De 11.000e inwoner werd op 25 juli 1997 geboren. Anno 2007 waren er nog steeds iets meer dan 11.000 inwoners, van wie er ruim 6.000 in Mill woonden. In het inwonertal kwam weinig verandering tot aan de gemeentelijke herindeling.
Hoewel Mill relatief klein is, bezit het dorp een omvangrijk cultuurhistorisch erfgoed. Zo ligt vlakbij Mill zelf het Huis Aldendriel. Op het landgoed Tongelaar is het kasteel met de gelijkluidende naam te bewonderen. Na de opheffing van Gassel en Beers in 1994 werd dit Mills grondgebied.
Sinds 2005 heeft Mill een eigen “ziekenhuis”, Via Sana (de gezonde weg) geheten. Het is een medische kliniek die het midden houdt tussen een gewoon ziekenhuis en een particuliere kliniek. Via Sana is enkele jaren geleden opgericht door de eigenaren van Fitland in samenwerking met specialisten van het Universitair Medisch Centrum Radboud te Nijmegen. Er worden zowel operaties verricht die vergoed worden door de zorgverzekeraars, als ingrepen op basis van eigen keuze, zoals ooglidcorrecties.
De herindeling in het Land van Cuijk verliep wat chaotisch. Cuijk, Boxmeer en Sint Anthonis spraken zich in de herfst van 2017 al uit voor een fusie. In december 2018 stelden deze gemeenten een plan vast om tot een fusie te komen, in oktober 2019 het herindelingsontwerp.
Aanvankelijk verzetten zowel Mill en Sint Hubert als Grave zich tegen aansluiting bij een nieuwe gemeente in het Land van Cuijk. Mill en Sint Hubert haakte, na aanvankelijk tegen te zijn, alsnog aan op 30 januari 2020, nadat de inwoners de kans hadden gekregen zich over de fusieplannen uit te spreken.
In de gemeente Grave daarentegen, werd al jaren fel verzet gepleegd tegen aansluiting bij de nieuw te vormen gemeente, vooral door de Lokale Partij Grave (LPG). Liever nog wilde men aansluiten bij Oss, maar die gemeente voelde daar weinig voor. De bestuurscoalitie van Grave viel zelfs in januari 2021, omdat het CDA besloot alsnog voor het Land van Cuijk te kiezen. Maar nadat ook hier een inwonersraadpleging was gehouden besloot de gemeenteraad op 6 april 2021 vrijwel unaniem om alsnog aan te sluiten bij de gemeente Land van Cuijk. Daags daarna gaven de andere fusiepartners groen licht om Grave ook per 1 januari 2022 aan te laten sluiten.
Intussen was de herindelingswet al op 11 februari vastgesteld door de Tweede Kamer. Door middel van een zogenaamde novelle kon de Eerste Kamer op 13 juli 2021 akkoord gaan met een herindeling inclusief de gemeente Grave per 1 januari 2022.