skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic

’n Potje met vet

Uit hoeveel kelen zou “Ik heb een potje met vet, al op de tafel gezet” inmiddels al hebben geklonken? Bij ons thuis stond dat potje in de kelder en werd het bij de broodmaaltijd op tafel gezet.

Ieder voorjaar kocht Hannes Sanders op de maandagse biggenmarkt voor ons een jong varkentje. Moeke zorgde voor zijn maaltijd en ik voor het verblijf en uitgebreid met de kippen de kettinghond en de melkgeit. November was vanouds de Slachtmaand, het gezin nam op de binnenplaats afscheid van de huisgenoot die hét vleesgerecht werd voor de komende winter.

Huisslachter Frans Vissers maakte het varken kort. Het werden drukke dagen voor moeke, zoals de inmaak. Kinderen werden ingezet bij het stoken van de fornuisketel en het houtfornuis, terwijl ze de worstmachine bediende, de zult maakte en papieren darmen vulde voor de bloedworst.

Op de foto zie je de heldere witte reuzellap, als een engelenvleugel op de ribbenkast hangen. Deze werd kort gesneden, met de worstmachine fijner gemalen en daarna in gietijzeren ketels gesmolten op het fornuis. Ik herinner mij nog heel goed de geur bij het verhitten, en zou dat nu als stank benoemen.

Het verkregen vet van de twee reuzellappen, smout of niervet genoemd, werd in de kelder in een stènnepoti, een keulse pot, opgeslagen. Vandaaruit werd het grijs geëmailleerde vetpotje gevuld. Het vlees dat over bleef, de kooijkes (kaantjes), was een warm beleg en werd in de balkenbrij verwerkt.

Bij het braden en bakken van aardappelen werd het vet gebruikt, de eerste aardappelen uit Den Hof smaakten altijd zó lekker, wellicht door het gebruikte vet? Door het vet en ‘s avonds een lepel levertraan waren we bestand tegen de kou en kwamen we de winter door. Door anderen werd bij griep of verkoudheid het lichaam met reuzel ingesmeerd. Of het werd gebruikt als smeermiddel bij windmolens en karassen of voor het dichten van een lek in de scheepsromp.

Maar ook voor het besmeren van brood werd het kommetje aangesproken, we aten geen sneden maar boterhammen. De met vet besmeerde snee grijze mik met karig beleg werd afgedekt met een besmeerde plak roggebrood.

Tot in de jaren vijftig werd het lichtgrijze vet gebruikt. Daarna kwam het pakje Blue Band in huis.

Voor zuinig gebruik van de margarine op brood werd het minder smakelijk gemaakt en eerst met zout vermengd.

Later, op de eerste werkdag na ons huwelijk, maakte m’n kersverse bruid het lunchpakket klaar en vroeg hoeveel sneden, ik bedoelde het aantal boterhammen. Bij de middagpauze vond ik het maar een zuinige portie, de helft van normaal! ‘s avonds was het misverstand snel opgelost en vulde ik extra mijn maag.

 

Op de foto uit voorjaar 2013 vermaken twee rode Mangalitza’s met kort krulhaar, een zeldzaam negentiende-eeuws ras, zich in de modder van het Eindhoven Museum. In het najaar een eerbetoon met het evenement ‘Lang leve het varken’, zij waren binnenstebuiten gekeerd en werden verwerkt, het riep bij mij veel herinneringen op. Herbergier Hans Hovener verzorgde een compleet 6-gangenmenu met louter gerechten samengesteld van de wolvarkens.

Reacties (4)

Hans Hovener zei op 12 november 2015 om 21:26
Nou Rien,
Wat een eer.
Mooi verhaal.
Ga het in ieder geval bewaren.
Groet,
Hans
Mike Verdonk zei op 21 november 2016 om 11:48
En tof verhaal!
Mooi om te lezen hoe dit voor ‘mijn’ tijd ging en toffe foto’s van de wolvarkens.
Mike Marketing & Communicatie, Eindhoven Museum
Ria en Jeroen zei op 9 maart 2017 om 12:44
Hallo Rini,
Leuk verhaal over het verwerken van het varken.
Over dat onderwerp is nog heel wat te vertellen.
Wij hebben diezelfde soort varkens: Mangalitza.Dat is een spekvarken,
en geen vleesvarken. Stamt nog uit de tijd dat vet duurder was dan vlees :
men moest calorieën hebben om zwaar te kunnen arbeiden!
Mooie is dat het vet van dit varken in tegenstelling tot het gewone varkens veel onverzadigde omega 3 vetzuren bevat. Gezonde vetten dus!
In Landidee van deze maand stond een artikel over onze varkens.
Ik ga proberen die te (laten) scannen, en dan door te sturen.
Rini ,bedankt voor je mail, we gaan proberen (Deo volente) deze zomer eens op dat archeologisch centrum langs te gaan.
Groetjes,
jeroen.
P.S. Er zijn hier vorige maand net tien biggetjes geboren.
Dus misschien heeft dat archeologisch centrum nog interesse?
Annemarie van Geloven
Annemarie van Geloven bhic zei op 9 maart 2017 om 15:39
Heel leerzaam voor de lezer Jeroen, net als het verhaal van Rini!

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Lees ook deze verhalen