Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
De droppings- en landingszones van deze divisie lagen bij Groesbeek en Overasselt, maar deze zaterdagmiddag de 23e werd alleen nog gebruik gemaakt van de DZ/LZ-O bij Overasselt. Het was een indrukwekkende macht aan toestellen: maar liefst 408 C47-Skytrain transporttoestellen sleepten evenzoveel Waco CG-4A zweefvliegtuigen naar het gebied boven Grave.
Vanaf vijf vliegvelden in Groot-Brittannië werden zo in totaal 3.385 manschappen, 104 jeeps, 59 volgeladen jeeptrailers en 25 stukken geschut overgevlogen. Deze luchtvloot werd beschermd door een machtige schare van zo’n 850 jagers om de Duitse Luftwaffe op afstand te houden.
Als aanvliegroute boven Brabant hielden de toestellen de zogenaamde ‘corridor’ naar Nijmegen aan: de kilometers brede strook vanaf Leopoldsburg (B) naar Eindhoven, en verder via Son, Sint-Oedenrode, Veghel, Uden en Grave, die op de grond in handen van de geallieerden was. De gedachte was dat deze route de meeste veiligheid zou bieden, wegens het ontbreken van Duitse luchtafweer.
Maar die veronderstelling ging niet helemaal op: de Duitsers bleken heel goed in staat om vanaf de zijkanten van deze doorgangsroute passerende vliegtuigen te bestoken, zowel met luchtafweergeschut als met lichte handvuurwapens (!). Dat gebeurde vanuit de omgeving Schijndel (aan de westkant) en vanuit de omgeving Veghel (aan de oostkant) en leidde tot crashes van zowel C-47 Skytrains als gedwongen landingen van de Waco-zweefvliegtuigen.
Twee van die Waco’s kwamen in Erp terecht. De eerste was een glider met serienummer 43-39695 van 440TCG/98TCS die boven Schijndel getroffen werd door Duitse luchtafweer. De gliderpiloot, F/O Herbert J. Wasson, koppelde zijn zwever los van de trekker en maakte een noodlanding in Boerdonk, halverwege tussen de Zuid-Willemsvaart/kanaaldijk en de Boerdonksedijk in een weiland van H. Bekkers. De tweede glider (chalk nummer 13, we kennen het serienummer niet) maakte een noodlanding bij Het Hurkske in Erp. Hier werd de trekker in de rechter motor getroffen door luchtafweer, waarop de Waco werd ontkoppeld. Beide gliders hadden manschappen van het 325 Glider Infantry Regiment aan boord, respectievelijk zeven en twaalf man.
In Boerdonk werden de glider-piloot Wasson en vier manschappen door de Duitsers krijgsgevangen gemaakt. Dat waren Private First Class David C. Bailey, Corporal Henning E. Lindgren, Corporal George W. Simon en Sergeant Delman Whitt.
Private Walter J. Linehan werd later dood gevonden in het toestel met een kogel door keel en hoofd. Waarschijnlijk was hij al tijdens de vlucht door afweervuur geraakt. Op de maandag daarop hebben leden van het Erpse verzet hem begraven op het r.-k. kerkhof. In juli 1945 is hij samen met een aantal andere Amerikaanse militairen overgebracht naar de tijdelijke Amerikaanse begraafplaats te Wolfswinkel, Son en vandaar overgebracht naar de Amerikaanse begraafplaats te Margraten. In september 1948 is hij herbegraven op het Holy Sepulchre Cemetery te Philadelphia, U.S.A.
De twee laatste infanteristen, Staff Sergeant Lois W. Melvin en Captain Shelby L. White waren ernstig gewond geraakt. De terugtrekkende Duitse troepen hebben de twee ’s nachts achtergelaten in de boerderij van A. van de Berg aan de kanaaldijk (Antoniushoeve) te Boerdonk; deze familie was gevlucht. De twee werden daar op zondagmorgen aangetroffen door de buurvrouw Brans. Haar man Frans waarschuwde via omwegen een commandopost van de Amerikaanse parachutisten in Veghel en vandaaruit werden de twee met ambulances opgehaald en naar een verbandpost/hospitaal overgebracht; zij waren al na korte tijd terug in Amerika.
De tweede Waco zweefde na de loskoppeling van zijn trekker vanuit de richting Keldonk over het bosje aan het begin van de Meerbosweg en landde voorbij het Rauwven, zo’n 150 meter van de straatweg Erp-Gemert (Gemertsedijk), vlakbij de bosrand, niet ver van de plek waar een Duitse artillerieopstelling in het bos stond, en pal naast een droge sloot. Onmiddellijk na de landing vloog de glider in brand, zeer waarschijnlijk zelf aangestoken.
De piloot was Alvin Jones. Van de twaalf ‘passagiers’ kennen we slechts vier namen: Walter Barc, .. Baumgartner, T/Sgt. William (Bill) Condon en Pvt. Louis Delosh. Vanuit de glider konden de mannen zo de sloot induiken en dekking zoeken tegen het van alle kanten komende Duitse vuur. Ze kropen door de sloot richting Erp, de boerderij van Hanneske van den Crommenacker. Er ontstond een enkele uren durend vuurgevecht dat tegen de avond eindigde met de overgave van de Amerikanen wegens gebrek aan munitie. Zij waren allemaal gewond en nadat ze hun verwondingen hadden verzorgd, werden ze afgemarcheerd naar Gemert. Daar hebben de Amerikanen vrijwel zeker de nacht doorgebracht in het Klooster Nazareth aan het Binderseind om vervolgens op transport gesteld te worden naar Duitse krijgsgevangenenkampen.
Overigens ging lang het verhaal dat er één Amerikaan ontsnapt is aan gevangenneming: hij zou haast zeker de nacht door in een bietenveld achter de boerderij van Van den Crommenacker; sporen in het veld en op de grond wezen hierop. Hij zou zich op zondagmorgen, toen Erp door Britse landmachttroepen bevrijd werd, weer bij de geallieerden voegen. Maar Marcel Hermes meldt ons dat dat niet klopt: alle veertien militairen werden gevangengenomen.