Midden jaren '90 gingen Jan van Rooy, Bart van de Ven, Dina de Bie-Van de Ven (m'n moeder) en ik met enige regelmaat met de auto naar het archief in Tilburg om artikelen uit te zoeken in oude kranten over Boekel en omstreken. En zo kwam ik ook een bericht tegen over een Gemertse Handboogclub "Vergeet me niet".
In die zelfde tijd kwam ik door toedoen van archeologische opgravingen rond het 'Motte'-kasteel ook in contact met mensen van de Gemertse Heemkundekring, onder wie Jan Timmers. Hij vond dit zo'n leuke krantenvondst dat hij besloot daar een artikeltje aan te wijden in hun Heemblad Gemerts Heem wat resulteerde in het volgende:
Vergeet mij niet
"Er zijn verschillende manieren om ervoor te zorgen dat er in de toekomst nog vaak aan je wordt gedacht. Eén van die manieren werd gebruikt door een handbooggezelschap dat aan het eind van de vorige eeuw in Gemert actief was. Dit gezelschap bedacht voor zichzelf de naam “Vergeet mij niet”.
Dat is nog geen garantie voor een eeuwenlange herinnering, maar gelukkig voor het gezelschap haalden ze in 1892 de krant, omdat er een groot concours werd gehouden met maar liefst 23 andere gezelschappen uit de regio. Gerard de Bie uit Boekel vond het krantenbericht in de Provinciale Noord-Brabantsche 's-Hertogenbossche Courant van 8 juli 1892.
Het concours werd gehouden bij de herbergier A. Bouw op de Verreheide. De herberg stond langs de weg naar Boekel op de hoek met de weg naar Handel. Deze laatste weg draagt nu de naam ‘Verreheide’. Herbergier Bouw verkocht later zijn herberg aan Janus van de Ven [een broer van m'n opa 'kleine Janus'; GdB], die hem combineerde met een klein winkeltje. Het pand werd weer later gesloopt en vervangen door nieuwbouw."
"Er zijn verschillende manieren om ervoor te zorgen dat er in de toekomst nog vaak aan je wordt gedacht. Eén van die manieren werd gebruikt door een handbooggezelschap dat aan het eind van de vorige eeuw in Gemert actief was. Dit gezelschap bedacht voor zichzelf de naam “Vergeet mij niet”.
