Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Vanuit bijna het gehele dorp was de kerktoren te zien, en natuurlijk ook vanuit ons huis, met recht daartegenover de boerderij van Cees van Casteren. Pal naast ons de “wettering” , die een belangrijk deel van onze jeugd uitmaakte. Maar dit verhaal gaat over de kerktoren.
Je kon daar in, aanvankelijk nog gemakkelijk, maar naarmate je hoger kwam, werd het moeilijker. Het laatste stuk tot aan de voet van de spits moest overbrugd worden via een wankele ladder. Die stond op de houten vloer met rondom heel veel uileballen. Alleen al zo’n uilebal was prachtig, vaak vol van kleine botjes. Dus een geliefd object voor ons.
Helemaal bovenin kon je door een luik of deur naar buiten, op de trans. Daar beproefden we regelmatig hoelang het duurde voor een klodder spuug helemaal beneden was. Het waren er niet veel in het dorp die daarboven durfden te komen. Maar mijn broer Tinus en ik, wij durfden nogal wat.
Hij zat in de vijfde, bij meester Bode en ik in de zesde bij meester Van Moorsel. Het moet geweest zijn in de jaren 1949 en 1950. Vaak werden we betrapt en op school werd dan al vlug recht gesproken. En vooral meester Bode had grote handen. Bijna net zo’n grote als die van mijn vader. En die kon er wat van. Het was najaar en mooi weer. Wij de toren in, zoals we vaker deden. We gingen weer de wankele ladder op, tot we buiten op de trans kwamen. Het was aangenaam verpozen daar boven op de balustrade, met de benen bengelend over de rand, ongeveer op 50 meter hoogte.
We vermaakten ons, tot we plots boer Van Casteren naar boven zagen kijken. En nog eens kijken. Toen liet hij zijn werk in de steek en stiefelde snel over de straat naar ons huis. Kennelijk wilde hij ons niet aan het schrikken maken, anders had hij gehold. Maar desondanks wisten we wel wat er ging komen. Dus wij naar beneden. De wankele ladder af, de wenteltrap af en net toen we de kerkdeur uitkwamen, kwam ons vader het kerkplein op.
Als we gedacht zouden hebben dat hij opgelucht was, dan hadden we het mis. Hij hoefde maar te kikken en we vlogen naar huis, en naar boven. Daar wachtten we op onze straf. Dat wisten we. En die kwam dan ook. Maar dat wil ik jullie besparen. Ik woon nu in het zuiden van het land, maar moet nog vaak in Nijmegen en Wijchen zijn. Dan rij ik over de A50 en dan zie ik de toren van Schaijk. En nu op mijn 68e, geniet ik er nog van.