skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic

Spook in Sterksel

Op een grauwe herfstdag besloot vader André dat zijn zoontje Wout een frisse neus moest halen, daarom maken ze samen een ommetje. De twee lopen langs een oud landhuis wanneer ze worden overvallen door een stortbui. André belt aan bij het landhuis, om te vragen of ze mogen schuilen. En wat er dan gebeurt...

Een vriendelijke grijze vrouw laat de twee naar binnen. "Jullie lusten vast wel een kopje warme chocolademelk?", vraagt de vrouw. "Wat zeg je ervan Wout?" Verlegen knikt de kleine man. Ze nemen plaats in de oude muffe woonkamer. De gordijnen wapperen van de stormachtige wind buiten. "Het is hier eng", zegt Wout. Op dat moment loopt de vrouw de woonkamer in met drie koppen warme chocolademelk. "Wat zei je daar jongeman?", vraagt de vrouw. "Oh, dat dit een oud huis moet zijn", antwoordt André voordat Wout zichzelf zou herhalen.

"Nee, dat zei hij niet. Laat hem eerlijk zijn", antwoordt de vrouw. "Ik vind dit huis eng", herhaalt Wout. Glimlachend zet de vrouw het dienblad met de koppen chocolademelk op de antieke salontafel en gaat zitten. "Wist je dat hier ooit heeft gespookt?", vraagt de vrouw aan Wout. "Nee?", antwoordt Wout geschrokken.

Vroeger echode elke nacht het gerammel van een ketting door het huis. De toenmalige eigenaar durfde er niet meer te wonen en verhuurde het pand. In het begin nog voor een hoge prijs, maar elke nacht, wanneer de klok twaalf uur sloeg, begon het rammelen van de kettingen. Mensen waren zo bang dat ze hun bed niet uit durfden tot het weer licht was. Daarna vluchtten ze het huis uit. Al kregen ze geld toe, de bewoners hadden niet de moed om in het huis te blijven.

Tot op een dag schooier Jan langskwam. Jan was een brutale vlegel. Hij zwierf in de Kempen. Altijd schooide hij om geld of eten, maar omdat hij zo brutaal was, werd hem niks gegund. Daardoor pikte hij het een en ander, wat hem niet sympathieker maakte. Toen hij hoorde dat de huisbaas hier een landhuis voor een appel en een ei verhuurde, haastte hij zich naar Sterksel. De huurder was al eens beroofd door Jan, maar de man zag geen andere oplossing. Zo werd schooier Jan huurder van dit grote pand.
De eerste avond beviel Jan prima, met een fles drank viel hij op de bank in slaap. Ook met Jan in het huis sloeg de klok twaalf uur en maakte het kettinggerammel hem wakker. Hij had veel meegemaakt in zijn jaren in de buitenlucht. De nachten die hij had doorgebracht op de Kempen, tussen goeiïgen en fantomen, maakte Jan een bijzonder stoutmoedig persoon. Maar hij wilde toch weten wie of wat hem wakker hield.

Nors opende hij elke deur in het huis. Beneden, op de bovenverdieping, de keuken of badkamer; hij vond niks. Toen Jan de trap af wilde lopen, zag hij vanaf de balustrade onder aan de hal een lichtgevende gedaante met kettingen zweven. 

De verschijning zweefde dwars door de voordeur. Jan zag nog nooit een geest van zo dichtbij en besloot hem te achtervolgen. Op het erf zag Jan de geest plotseling in de grond verdwijnen. Hij wreef nog in zijn ogen, maar de geest was weg. Zo kon Jan weer rustig verder slapen.

De volgende ochtend was Jan toch nieuwsgierig naar het voorval in de nacht. Hij ging naar de plek op het erf waar hij de geest voor het laatst zag. Hij hoopte dat de verschijning hem naar een schat leidde. Zodoende begon Jan met graven. Tot hij op een geraamte stuitte, niet de schat die hij wilde. Hij gooide het skelet uit de kuil en groef verder. Hij vond niks. Jan ging weer naar binnen om te drinken.

Die middag kwam de huurder kijken of Jan nog in het huis te vinden was. Hij liep het erf op en schrok zich een hoedje toen hij de overblijfselen van het geraamte op het erf zag. De verhuurder haalde de autoriteiten erbij. Waarna Jan werd opgesloten, omdat ze dachten dat hij de moord had gepleegd. De verhuurder wilde het lichaam dat op het erf lag een goede rustplaats gunnen. Om die reden werd hij op het Rooms-Katholieke kerkhof begraven. Sindsdien is het gespook gestopt en woont de verhuurder weer ongestoord in zijn eigen huis.

‘En ik moet eerlijk toegeven ook nog nooit last gehad te hebben van spoken’, sluit de vrouw haar verhaal af. 

Lees meer verhalen over volksverhalen

Bronnen:
Janssen, B. (1976). VODA_002_15. Geraadpleegd op 31 oktober 2019, van http://www.verhalenbank.nl/items/show/69631#

Janssen, B. (1978). Nederlandse Volksverhalenbank | Nog enkele andere geesten. Geraadpleegd op 31 oktober 2019, van http://www.verhalenbank.nl/items/show/49819

KN Redactie. (2016, 25 oktober). Vaticaan: Liever begraven dan cremeren - Katholiek Nieuwsblad. Geraadpleegd op 31 oktober 2019, van https://www.kn.nl/nieuws/vaticaan-liever-begraven-dan-cremeren/

Lapinski, V. (2017, 11 juli). Why people think they see ghosts [YouTube]. Geraadpleegd op 31 oktober 2019, van https://www.youtube.com/watch?v=LFMuLqZ1zaU

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Lees ook deze verhalen

Doe mee en vertel jouw verhaal!