De profs en onafhankelijken zullen twintig ronden rijden, de amateurs en nieuwelingen tien. Voor de profs zijn er geldprijzen van 100 gulden beschikbaar en de amateurs en nieuwelingen kunnen een raceframe, wielen, banden en bekers winnen. De inschrijvingen lopen voorspoedig: de nationale kampioenen op de weg van 1932 en 1933 zijn van plan te komen en ook bekende wielrenners zoals Braspenninx en Valentijn. Ook aan de openbare orde is gedacht: de gemeentepolitie van Oss zal samen met de Koninklijke Marechaussee de kijkers van de weg houden.
Vals bericht: niet gekoerst
Op de bewuste zondag schijnt de zon uitbundig, zodat er veel volk langs het parcours staat. Een regionale krant telt duizenden toeschouwers. Die luisteren naar het welkomstwoord van de Oijense burgemeester Jans. Maar dan komt wedstrijdspeaker Bertens met een teleurstellende mededeling: directeur Verhoeven van de Osse wielerbaan, die overhoop ligt met “De Vrije Renners”, heeft telefonisch, telegrafisch en per post het valse bericht verspreid dat er in Oijen niet zou worden gekoerst.
Daarop hebben zich maar liefst 30 al ingeschreven renners afgemeld, onder wie niet de minsten. Het publiek is woedend, maar niet lang, want de renners die wel zijn komen opdagen, koersen prima. Ook laat de organisatie weinig steken vallen. Eigenlijk is er maar één misser, maar het is de vraag of het kijkerspubliek daar iets van merkt. Renner C. de Martelaere uit het Zeeuws-Vlaamse Groede neemt voor het eerst deel aan een wedstrijd in Brabant en komt naar eigen zeggen als derde over de meet.
Verkeerde uitslag
Tot zijn stomme verbazing ziet hij even later zijn naam als 13e op de uitslagenlijst. Na een protest bij de wedstrijdleiding schuift hij op naar de 11e plaats; ook mag hij handvatten en een paar kamwielen mee naar huis nemen. Daarmee is deze zaak niet gesust zoals blijkt uit een ingezonden brief in het Eindhovens Dagblad van 22 november. Daarin adviseert De Martelaere de deelnemers aan een volgende Ronde van Oijen minstens tien supporters mee te nemen als getuige. “Want het schijnt dat ze daar in Oijen niet goed zien, of anders de zaak van de verkeerde kant bekijken.”
