skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Saskia Green
Saskia Green Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Saskia Green
Saskia Green Bhic

“Waarom, waarom zijt gij zoo ver mijn lief?”

J.M. Legrand
vertelde op 3 september 2018
bijgewerkt op 20 januari 2021
Zijn oudste broer Louis stierf in 2010, na een lange strijd. Tijdens zijn ziekbed schreef Jan Legrand hem brieven over de belangrijkste zaken in het leven. Zoals de eerste liefde van hun moeder die zij nooit zou vergeten.

Schoten, 13 november 2010jeugdportret van Ties van de Broek

Mijn goeie broer Louis,

Nu ik nogmaals enkele dagen – in zalige eenzaamheid – in mijn atelier mag doorbrengen, geniet ik niet alleen van mijn schilderstalent, er worden ook allerlei herinneringen opnieuw levendig in mij. Ik sla er dan – tijdens de late en nachtelijke uren – mijn foto- en andere boeken op na… Alles wordt dan herinnering. “Herinneren” zoals Van Dale het omschrijft: “zich weer voor de geest halen, zich voorstellen wat in het verleden gebeurd is, wat men vroeger gezien, gehoord heeft.” En dit, mijn broer, wil ik met je delen.

Daarbij ben ik dan indachtig hoe jij onvermoeibaar dag en nacht aan ons moeders sterfbed hebt gewaakt. Dit terwijl ikzelf crepeerde van de jichtaanvallen en als gevolg van de medicatie – noodgedwongen – op de wc zat te verkrampen…

Nu ik precies even oud ben geworden – moeder is net geen 77 geworden – gaan mijn gedachten vaak en steeds meer naar haar. Waarom zij, die zo stevig de hand aan het roer van onze opvoeding hield, zich nooit heeft verzet tegen mijn jonge liefde heb ik nu pas begrepen.

Dit zal ook jou begrijpelijk worden wanneer je het hiernavolgende relaas zult lezen. Aanvankelijk wilde ik mijn opstel ‘het verhaal van een pijpenrek’ noemen. Tijdens het schrijven en opzoeken van gegevens ben ik meer tot de essentie doorgedrongen. Daarom heb ik dan ook de titel van mijn stukje gewijzigd. De geschiedenis van een verboden liefde…

Lang geleden, toen Francina van Bruggen, die later onze moeder werd, als jonge juf in Oss woonde, werd een buurjongen verkikkerd op haar… En zij op hem, zo is mij vele jaren later duidelijk geworden. Justinus van de Broek heette de jongen, maar hij werd gemeenzaam Ties genoemd. Hij was van hetzelfde geboortejaar als ons ma, 1900, misschien zelfs één jaartje jonger dan zij. Ties was een pientere kerel, die het meubelmakersvak van zijn vader had geleerd.

In een poging om Franciens vader, een stoere boerenzoon, afkomstig uit Streyen-Sas aan de Moerdijk te behagen, sneed Ties een pijpenrek voor hem. Er konden maar liefst zes pijpen in het rek en in het midden sneed Ties een cirkelvormig bas-reliëf met een pijprokende boerenkop ‘en profil’. Immers, Jan van Bruggen, onze grootvader, is levenslang een verwoede sigaren- en pijpen-roker geweest. Hij leerde mij als klein jongetje om zijn sigarenbandjes te verzamelen en in reclameschrijfboekjes van de Solo te kleven. Vader van Bruggen was zelfs met zo’n prachtig pijpenrek niet te vermurwen. Zijn oudste dochter was nog veel te jong, volgens zijn opvatting althans.

portret van Ties van de BroekFranciens oudste, artistiek zeer begaafde broer Nico was al in 1919, op 16-jarige leeftijd, gestorven. Dat fatale afscheid had diepe wonden in het gezin van Bruggen-Grobben geslagen. Dikwijls heb ik ons ma zien wenen telkens haar geliefde broer Nico ter sprake kwam. Omwille van vader Jans carrière verhuisde het hele gezin naar Merksem in België, waar vader eerst medeoprichter en later bedrijfsleider werd van de margarinefabriek Solo.

Francien was toen 21 jaar…

Wanneer enkele jaren later haar moeder, onze grootmoeder, na een ‘geslaagde operatie’ over-leed, moest Francien de zware taak voor een zeven leden tellend gezin op zich nemen. Vele, vele jaren later, het was in 1976, kwam onze tante To (of Cato), die officieel Catharina heette, ons ma opzoeken. Zo iets gebeurde hoogst zelden, want die jongere zus van ons ma was beslist niet haar lievelingszus. Tante To onderhield nog altijd contact met een vriendin in Oss en deze had een krant meegegeven…

Was het met goede bedoelingen, wie zal het zeggen, maar Cato wilde haar zus op de hoogte brengen van het succes dat Ties van de Broek op latere leeftijd oogstte in Oss. Ons moeder was er nog helemaal ondersteboven van toen ik haar bezocht. Zodanig zelfs dat ze mij in vertrouwen nam. In de eerste plaats was ze heel boos omdat haar zus – na zovele jaren – een diep sluimerend verdriet om die ene verboden liefde kwam oprakelen. Bovendien vertelde ons ma mij toen – in alle openheid – over haar jonge liefde… Het was dus wel degelijk liefde, want het zat haar na 55 jaar nog duidelijk hoog!

Na deze zeer zeldzame belijdenis van mijn moeder heb ik vaak gepiekerd over hoe het allemaal anders had kunnen verlopen… Was dit geen prachtig voorbeeld van wat men ‘lotsbestemming’ noemt? Die beeldhouwer had mijn vader kunnen zijn… Of ook weer helemaal niet… In dat geval was ik een andere geweest… Het is een nuance die hier het grote verschil maakt!

In moeders nalatenschap vond ik – na 1977 – heel wat sporen terug met betrekking tot haar jonge liefde… Deze wil ik hierna – gewoon als feitenmateriaal – reproduceren. Eerst en vooral vond ik het bewuste krantenknipsel uit het dagblad ‘De Sleutel’ van 9 september 1976, één jaar dus voor ons moeders heengaan… Verder vond ik een – als relikwie bewaard – programmaboekje van de ‘derde Huisvlijt-Tentoonstelling’ in de ambachtsschool van Oss, op 10 mei 1918. ‘Huisvlijt’, is me dat een woord! Iets dergelijks noemt men tegenwoordig ‘Amateurkunsten’, waarbij men dan het voorzetsel ‘Amateur’ liefst nog vergeet. In het zo zorgzaam bewaarde programmablaadje staan twee liedteksten afgedrukt om er waterlanders bij te krijgen: “Waarom, waarom zijt gij zoo ver mijn lief?”

Ook vond ik nog, en dit vind ik het meest ontroerende, twee bruine portretfoto’s van de geliefde Justinus, die ons moeder gedurende zovele jaren had bewaard. Het handschrift op de keerzijde van de kleine foto is duidelijk van ons ma:

Justinus Van den Broeck, Begijnestraat 35

Oss Holland 1920

(De schrijfwijze van de familienaam is duidelijk Vervlaamst.)

Later, en met een andere inktkleur heeft ze er nog aan toegevoegd: maker van kruis en pijprekje.

Op de foto in prentkaartgrootte staat enkel vermeld: 1921 Justinus. In de hoop dat dit warmmenselijke, historische verhaal je even in het verleden mag laten verwijlen om zo – heel even – het heden te vergeten. Ik wens je veel sterkte, mijn goeie broer, om het onvermijdelijke te kunnen dragen. Zo helpe je God.

Daarvoor heb ik vandaag alvast gebeden.

Een hartelijke broedergroet!

Jan

 

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Lees ook deze verhalen