Notaris-, schepen- en andere akten

13 Kapellen
Op 13.12.1632 had de Raad via de rentmr. der geestelijke goederen opdracht gegeven aan het stadsbestuur om de inkomsten te innen van de drie kapellen Anna Barbara en Cornelis omdat die niets gemeen hebben met de gilden, maar de inkomsten worden aangewend tot het lezen van missen en reparaties der kapellen. De wethouders van Den Bosch hebben 18.1.1633 antwoord gegeven dat de bedoelde kapellen eigenlijk de stad en haar inwoners toebehoren en daarom niet onderworpen zijn aan de ontvangst der geestelijke goederen en verzoeken herroepping van de opdracht die aan de rentmr. was gegeven 'ende dat hij met de voors. dry capellen, goederen ende incomen totte fabricquen der selver behoorende hun neffens de capelmeesters late geworden, latende andere goederen tot den dienst van de missen ende van de beneficiaten off rectoors der altaren daerinne gefondeert, blijven ten dienste van 'tlandt onder den ontfanck der voors. rentmr. ende ingevalle van voorder ondersoeck ondertusschen surceantie van executie'. De SG reageert met het zenden van deze brief naar rentmr. SCHUYL met de opdracht 'om hem neerstelick te informeren welcke der goederen vande voors. capellen onder de geestelicke goederen sijn behoorende ende welcke van de fabricque sijn dependerende, den Raedt daervan duydelick te berichten'. Nadien zal men een besluit nemen.

14 Sint Janskapittel
Rentmr. SCHUYL schrijft op 19 januari dat de DEKEN en de KANUNNIKEN VAN HET SINT JANSKAPITTEL hebben op 4 januari geinsinueert [= getuigd, kennis gegeven] dat ze volgens een besluit van de Raad de dato 7.12.1632 zouden moeten overhandigen het inkomen van de vier pastorale prebenden en van de pestpastoor sedert het overgaan van de stad en het inkomen van de 'canonice van BUYSEN [of RUYSCH ?]' van de aanvang af en te zeggen waar het aandeel gelaten wordt van RIJNBEECK gelaten wordt boven de f 40 die hij als 'foreanus' ontvangt en de andere aangegegven posten in het vorige document. Daarop hebben de kanunniken die 'daer binnen sijn' negen in getal, zich verontschuldigd vanwege de absentie van de kapitteldeken die te Leuven of daaromtrent vertoefde. De rentmr. is bang dat van uitstel afstel zal komen en verzoekt om nader order 'om de weijgerende canonicken daer toe te constringeren tsij bij ghijsselinge off anders'. Men schrijft de rentmr. dat hij bij provisie deezegoederen moet aanslaan met alles wat er toe behoort en dan moet hij de Raad laten weten wat de kanunniken hebben gedaan.

15 Klachten ingezetenen van de Meierij
De ingezetenen van de Meierij van Den Bosch klagen via een request alleerst over de zware belastingen van redemptie van middelen betalende een dubbele bede, maar vooral klagen ze over 'foulen ende exactien' van het krijgsvolk in het bijzonde dat van de GRAAF HENDRIK VAN DEN BERGE liggende binnen Erkelens en Weert en verzoeken om orde op zaken te stellen. Het request zal door de Raad doorgestuurd worden naar de SG met een advies en brieven aan de betreffende garnizoenen. Omdat echter dit alles geen effect sorteerde en het krijgsvolk haar praktijken rustig continueert. De oplossing zou zijn het krijgsvolk soldij inhouden of afdanken.

16 Retorsie en contreretorsie
Handelt over het gebied Gelderland en Overijssel waar soms in de kwartiersstukken van Peelland op gezinspeeld wordt tijdens onderhandelingen, vandaar deze notitie.